Verslag Het opbouwen van een gemeenschap staat centraal bij bottom-up gebiedsontwikkeling. Drie inleiders, Koen de Boo (Plein06), Bas van Rossum (TransformCity) en Sabrina Lindemann (OpTrek) diepen het onderwerp bottom-up gebiedsontwikkeling verder uit aan de hand van de instrumenten die ze in hun eigen werk inzetten.
Verslag Deelsessie D - Praktijkcongres 2016
Zoetermeer, Community building in een top-down stad
Koen de Boo laat zien hoe hij werkt aan het stationsgebied van Zoetermeer. Een excentrisch gelegen gebied in neergang met meer dan gemiddelde leegstand en bovendien te lijden onder het succes van de Randstadrail. Het aantal reizigers op station Zoetermeer is daardoor gezakt tot 6.500 per dag. Het stationsgebied ligt als een eiland in de stad en kent een verouderde gebouwvoorraad veelal in eigendom bij zogenaamde ‘ver-weg beleggers’. Door het monofunctionele karakter en extensieve opzet ontbreekt het aan een gebiedsidentiteit.
In samenwerking met de stad zoekt De Boo naar een nieuwe manier van gebiedsontwikkeling, meer organisch dan top-down georganiseerd. Dat begint met het formuleren van een gemeenschappelijke ambitie en het opstellen van een gezamenlijke visie. Ga eerst, in samenspraak met gebruikers, op zoek naar kansen in het gebied.
‘Praktijkcongres 2016 Koen de Boo’
Het gebied heeft behoefte aan meer samenhang en de potentie om de verbindende schakel te vormen tussen de twee stadsdelen aan weerszijde van de A12. Daarvoor is een ‘gebiedsinitiatieventafel’ opgericht, om initiatiefnemers, ondernemers, gebruikers en investeerders samen te brengen. Ook in de vorm van een digitaal platform, bedoeld voor zowel publiciteit als interactie. Daarnaast worden ook publiekslabs georganiseerd. Maar die blijken in de praktijk meer het karakter van bewonersavonden te hebben, waar vooral problemen worden benoemd en weinig initiatieven naar voren worden gebracht. De grote uitdaging is het overtuigen van ondernemers om zelf mee te denken en het voor het voetlicht brengen van het verschil tussen een gewone bewonersavond en de initiatieventafel.
Amsterdam Zuidoost, ZO!City
Bas van Rossum werkt voor TransformCity aan de geleidelijke transformatie van gebieden met de inzet van online tools. Maar ondanks die online tools, blijft het mensenwerk, zo benadrukt hij. Actuele thema’s als mobiliteit, leegstand en duurzaamheid betreffen veel stakeholders en zijn wat hem betreft gebaat bij een minder top-down en meer multidisciplinaire aanpak. Door in een vroeg stadium gebruikers te betrekken, ontstaat een vorm van bottom-up gebiedsontwikkeling. Daarvoor worden bijeenkomsten georganiseerd om kennis te delen en visie te ontwikkelen. Om vervolgens concrete projecten tot uitvoering te laten komen, die op hun beurt weer een positief effect hebben op het gebied.
‘Praktijkcongres 2016 Bas van Rossum’
Amsterdam Zuidoost is het pilot project. Op het digitale platform ZO!City worden gebruikers uitgenodigd onderdeel te worden van een actieve gemeenschap die meedenkt over de ideale toekomst voor het gebied. Op de website kan men een project aanmaken en ideeën voorstellen. Op de digitale kaart wordt informatie gebundeld, zoals functiekaarten, informatie over bouwhoogte en de potentie voor zonnepanelen. Ideeën voor het gebied worden zichtbaar voor andere betrokkenen en soms samengevoegd.
Op die manier ontstaat een dashboard waarmee integraal en actiegericht aan het gebied kan worden gewerkt door verschillende partijen tegelijk. Naast het digitale platform, worden ook wekelijkse bijeenkomsten georganiseerd om de ‘eindgebruiker los te kietelen’.
Den Haag, I’m Binck
Sabrina Lindemann werkt al vanaf 2011 aan de Binckhorst, na een lange periode als stadsvernieuwingsnomade in andere delen van Den Haag. Begonnen vanuit de nieuwsgierigheid naar waarom gebiedstransformatie gebeurt zoals het gebeurt. En wat ze daar zelf, opgeleid als kunstenaar, in kan betekenen.
Lindemann gaat op bestaande plekken op zoek naar bestaande kwaliteiten. Toen het masterplan voor de Binckhorst in 2008 in de prullenbak verdween en Den Haag naar organische gebiedsontwikkeling overstapte, besloot ze haar ervaring met ‘community building’ uit de Transvaalbuurt mee te nemen naar de Binckhorst.
‘Praktijkcongres 2016 Sabrina Lindeman’
In dit diverse gebied met de nadruk op bedrijvigheid waren al veel mensen met veel ideeën aanwezig, maar die kenden elkaar niet en werkten ook nog niet samen. Lindemann ging daarom netwerkbijeenkomsten organiseren om de ondernemers in het gebied zichtbaar te maken, aan elkaar en aan de rest van de wereld. Daaruit kwam het jaarlijkse festival I’m Binck voort, een evenement om na te denken over de toekomst van het gebied.
De volgende stap is het opvolgen van de initiatieven die in de netwerkbijeenkomsten ontstaan. Een voorbeeld daarvan is het initiëren van een lokaal bier (Binckse Belofte), wat heeft geleid tot de vestiging van een brouwerij (Kompaan) in het gebied. Samen met Superuse Studios is een metabolische analyse van de Binckhorst gemaakt en worden reststromen in een brede waarde-kaart in beeld gebracht. Van daaruit wordt naar nieuwe kansen gekeken voor ondernemers in het gebied, in een zoektocht naar nieuwe diensten en producten. Uit een deel van de afvalstromen van de brouwerij is bijvoorbeeld een procedé voor het bakken van brood opgezet waar een bakkerij mee aan de slag is gegaan.
‘praktijkcongres 2016 sessie D discussie’
Discussie
In de gesprekken met de zaal werd de vraag opgeroepen welke rol voor professionals is weggelegd in deze bottom-up gebiedsontwikkelingen. Het activeren van een gemeenschap en het proces van ontwikkelen vraagt ook om professionele kennis. Daarnaast wegen vaak grote maatschappelijke belangen die om politieke besluitvorming vragen. In deze processen is daarom wel degelijk ook een rol voor de overheid, zij het wel enigszins op de achtergrond.
Ook vraagt de zaal zich af wat het effect is van de aantrekkende economie op de getoonde processen. Dat is in Den Haag anders dan in Amsterdam en Utrecht. In de Binckhorst worden weliswaar door traditionele partijen weer posities ingenomen, maar ook de bestaande ondernemers willen graag grond kopen om in het gebied te kunnen blijven. De nieuwe toetreders voegen nieuwe identiteit toe aan een gebied, worden onderdeel van het proces en de gemeenschapsvorming.
Belangrijke les is dat het betrekken van gebruikers alleen zin heeft als het meer is dan een reguliere bewonersavond. Laat mensen alleen meepraten als ze ook echt mee gaan doen. Als professional kan je wel ‘creatief kietelen’ door kansen te laten zien die gebruikers zelf nog niet zien. Reik die kansen aan en doe dat op maat, afhankelijk van de locatie.
De slotvraag van gespreksleider Helma Born is wat de rol van de ontwerper is in dit proces. Die wordt in dit gezelschap vooral gezien als ideeëngenerator, als verbeelder en als verbinder.
‘Praktijkcongres 2016 Helma Bron’
Gespreksleider: Helma Born (Procap)
Bekijk de presentatie van Bas van Rossum hier (pdf).
Beeld: Jean van Lingen
Cover: ‘Praktijkcongres 2016 sessie D’