Opinie Volgens emeritus-hoogleraar gebiedsontwikkeling Friso de Zeeuw blijft bijbouwen de beste remedie om aan de woningvraag tegemoet te komen. Corporaties kunnen daarbij helpen, maar stuiten op 6 obstakels. De Zeeuw inventariseert en lost op.
Het Nationale Woonakkoord stelt de realisatie van 75.000 woningen (inclusief vervanging door sloop en nieuwbouw) als doelstelling. Gaan we niet halen, als het zo doorgaat. Kunnen corporaties hun aandeel opvoeren? Ik benoem zes obstakels. Sommige laten zich uit de weg ruimen, anderen zijn hardnekkig en taai.
1. Halt aan het heffingenfestival
Allereerst ondermijnt een stapeling van heffingen (verhuurdersheffing, vennootschapsbelasting en ATAD) ter grootte van 1 miljard euro de investeringscapaciteit. De 100 miljoen euro korting op de verhuurdersheffing is geen sigaar, maar slechts een peukje uit eigen doos. De aanvankelijke verhuurdersheffing van een half miljard euro had een zwakke rechtsbasis, maar droeg bij aan de efficiencyverbetering van de corporaties. Maar nu loopt het heffingenfestival uit de hand. De brancheorganisaties mogen best feller ageren.
2. Faciliteer verkoop
Het verbod op verkoop van sociale
woningen van een aantal gemeenten (waaronder Amsterdam) valt te kwalificeren
als een contraproductieve maatregel. In gebieden met een grote spanning op de
woningmarkt, kan de verkoopopbrengst van één woning de nieuwbouw van drie
sociale woningen mogelijk maken. Stom om dat te blokkeren.
3. Creëer innovatieve handjes
Ook corporaties zien zich geconfronteerd met snel stijgende bouwkosten en een tekort aan bouwcapaciteit. Daar valt nu weinig tegen te doen. Maar wie in crisistijd lokale aannemingsbedrijven volledig heeft uitgeknepen, krijgt nu zijn trekken thuis. Aannemers laten die corporaties als eerste stikken, en terecht: een koekje van eigen deeg.
Bij het verder ontwikkelingen en introduceren van innovatieve, industriële bouwmethoden kunnen corporaties een grotere rol spelen. Dat heeft op korte termijn weinig effect, maar ‘handjes’ blijven in de bouw op langere termijn waarschijnlijk schaars. Alleen al daarom heeft het zin.
4. Verduurzamen? Nieuwbouw!
Bij de inzet van de investeringscapaciteit van corporaties concurreert ‘nieuwbouw’ met ‘verduurzaming van de bestaande voorraad’. Een rationele keuze wordt vertroebeld door de krachtige duurzaamheidslobby, die hyperventileert met mantra’s als ‘zo snel mogelijk van het gas af’ en ‘nul op de meter’. Dat lokt renovatieplannen uit met een lage kosteneffectiviteit die te veel investeringsmiddelen opslokken. Zo blijft er te weinig over voor nieuwbouw.
5. Maak krachtige afspraken
Er is (eufemistisch gezegd) ruimte voor verbetering bij het maken van daadkrachtige afspraken van corporaties met ontwikkelaars en beleggers voor nieuwbouwplannen. Na de Grote Terugtrekbeweging van corporaties als gevolg van de crisis, de nieuwe Woningwet en supervoorzichtige toezichthouders, lijkt de tijd aangebroken om prudent weer enkele stappen voorwaarts toe zetten. Wat daarbij kan helpen, is dat corporaties iets meer armslag krijgen in het middenhuur-segment.
6. Blijf aan de poort rammelen
Het tekort aan geschikte bouwlocaties voor betaalbare (grond)prijzen treft niet alleen corporaties. Het ‘tekort aan handen’ bij de gemeenten, overdreven bureaucratie en het taboe verklaren van uitbreidingslocaties buiten bestaand stedelijk gebied, zijn de veroorzakers van het tekort. Aan de poort blijven rammelen bij gemeenten en provincies is hier de remedie, net als zelf met werkbare voorstellen komen.Cover: ‘Friso de Zeeuw’ door - (bron: gebiedsontwikkeling.nu)