Streekpark Kienehoeve door Goed Werk Communicatie (bron: NederLandBovenWater)

Aanpak buitengebied Sandwyck mikt op energie van plaatselijke ondernemers

26 augustus 2024

7 minuten

Interview De drie Brabantse gemeenten Best, Meierijstad en Son en Breugel delen een bijzonder buitengebied aan de noordkant van Eindhoven. Onder aanvoering van adviseur Peter van Rooy slaan ze de handen ineen voor een geïntegreerde aanpak. Belangrijkste opgave: het verwijderen van de ‘snelheidsremmers’ die de partijen in het gebied nu ervaren bij de projecten die ze willen ontwikkelen. “Voor de overheden geldt vooral: niet het initiatief van de ondernemers overnemen!”

Het gebied Sandwyck ligt tussen het stedelijk gebied van Eindhoven en grote natuurgebieden zoals Kampina. Van oorsprong een heideontginning van 1.620 hectare bestaat het nu voornamelijk uit agrarisch gebied met boerderijen op grote percelen. De druk op het gebied neemt de laatste tijd fors toe, onder aanvoering van internationaal opererende techbedrijven uit de Brainport Regio die hier graag hun grote fabrieks- en distributiegebouwen willen vestigen. Daar zitten de drie genoemde gemeenten echter niet op te wachten, omdat daarmee het karakter van hun gemeenten om zeep zou worden geholpen. Ook de ondernemers in het gebied willen dat het agrarisch karakter van het gebied in stand blijft.

Eigen narratief

Ze besloten om een eigen visie op de toekomst te ontwikkelen; in de eerste helft van 2024 hebben de lokale overheden, de ondernemers uit het gebied en maatschappelijke organisaties gesprekken gevoerd over de toekomst van Sandwyck. Dat gebeurde aan de hand van acht samenhangende ‘transitiethema’s’. De gebiedspartijen vroegen Peter van Rooy om dit ‘narratief’ op te tekenen, waarin een mix wordt gemaakt van verschillende programmaonderdelen die cirkelen rondom gezondheid, ontspanning en ontmoeting: behoud van de landschapsstructuur met verspreide bebouwing en daaromheen open ruimte, ontwikkeling van nieuwe boerderijen voor onder meer productie van voedsel en bouwmaterialen en iconen van betaalbaar en omgevingsneutraal wonen voor nieuw te vormen gemeenschappen van alle generaties (in totaal circa 1.000 woningen).

Tussen de gebouwen en locaties liggen wandelpaden, ruiterpaden en fietsvoorzieningen. Het buitengebied wordt zo beter beleefbaar en daarmee van grotere betekenis voor de schaalsprong van de Metropoolregio Eindhoven; stedelingen kunnen hier straks op korte afstand van de stad prettig buiten zijn.

De weerslag van dit ‘bottom-up’-proces is nu te vinden in een publicatie die dinsdag 13 augustus door auteur en procesbegeleider Peter van Rooy is aangeboden (namens de betrokken partijen) aan de minister van VRO, Mona Keijzer. We vroegen Van Rooy om een toelichting.

De wethouders door Peter van Rooy (bron: NederLandBovenWater)

Bij de presentatie van Sandwyck: vlnr Willy van Bragt (ambtelijk vervanger van Vincent Lokin, DB-lid Waterschap De Dommel), Jelle de Jong wethouder Son en Breugel, Jan van Burgsteden wethouder Meierijstad en Jan den Otter (ambtelijk vervanger van Rik Dijkhoff, wethouder Best)

‘De wethouders’ door Peter van Rooy (bron: NederLandBovenWater)


Kunt u iets vertellen over de aanleiding voor deze publicatie en de onderliggende gemeentelijke samenwerking?

“Het is echt het initiatief van de drie wethouders Jan van Burgsteden (Meierijstad), Rik Dijkhoff (Best) en Jelle de Jong (Son en Breugel). Zij zagen dat hun gedeelde buitengebied niet onder een hele serie van beleidsprogramma’s valt, uiteenlopend van de Novex tot en met Natuur Netwerk Brabant. Dat is zowel een voordeel als een nadeel; de gemeenten kunnen hierdoor geen aanspraak maken op steunfaciliteiten zoals het Groen Ontwikkelfonds Brabant maar ze zijn aan de pluskant ook meer vrij om hun eigen plan te trekken. En de urgentie voor een gezamenlijke aanpak is behoorlijk duidelijk: er zijn grote bedrijven die hun oog op dit gebied hebben laten vallen en voor wie geld geen probleem is.”

Als stedelingen uit Eindhoven hier komen kijken, willen ze niet tegen rotzooi aan kijken – en terecht
Peter van Rooy

“In een gewone situatie weet je dan wel hoe het gaat: ze benaderen de drie gemeenten afzonderlijk en dan hebben ze drie keer kans. Met drie gemeenteraden is er altijd wel een die zegt: doe ons die bedrijvigheid maar op ons grondgebied. Son en Breugel benaderde mij met de vraag: hoe wenden we die ontwikkeling af? De andere twee gemeenten sloten zich daar al snel bij aan en vroegen mij het verhaal van het gebied op te tekenen.”

“Overigens betekent het buiten de deur houden van grote bedrijven niet dat de bestaande bedrijven zelf maar ongebreideld mogen uitbreiden. Ook dat zou haaks staan op het behoud van het huidige open landschap. Wanneer een bedrijf bijvoorbeeld een andere locatie overweegt voor nieuwbouw, moet daar de best mogelijke plek voor worden gevonden, passend onder meer binnen de principes van water en bodem sturend en met veel aandacht voor de landschappelijke inpassing. Niet voor niets is het waterschap in een vroeg stadium aangehaakt bij Sandwyck. De plek die leegkomt kan dan bijvoorbeeld voor natuurontwikkeling worden ingezet. Ook de nieuwe woningbouw die is voorzien, leggen we op de hoogste plekken in het gebied.”

Wat heeft de samenwerking van de drie gemeenten concreet opgeleverd?

“We hebben eerst een simulatiespel ontwikkeld met daarin alle rollen van de partijen in het gebied, om daarmee grip te krijgen op de opgave en de vraagstukken die spelen, van woningbouw, de transitie van de landbouw tot en met waterbeheer. Een simulatie geeft altijd meer vrijheidsgraden dan de werkelijke praktijk dus dat zet mensen aan denken. We hebben de bestuurders daarin laten participeren. Om vervolgens weer de stap te zetten naar de uitdagingen van het gebied zelf. De belangrijkste daarvan is het weghalen van de zogenoemde snelheidsremmers die nu allerlei vernieuwende initiatieven van de partijen in het gebied vertragen en zo de uitvoering van het narratief in de weg zitten. Meer vragen de ondernemers en bewoners niet. In aansluiting daarop wordt de groenblauwe structuur verbeterd – het waterschap gaat onder meer inzetten op het beter vasthouden van water in dit droge gebied. Het gaat dus om een mix van individuele en collectieve ingrepen.”

Peter van Rooy door Peter van Rooy (bron: Peter van Rooy)

‘Peter van Rooy’ (bron: Peter van Rooy)


“Voor mij was dat, met 40 jaar ervaring in dit vakgebied in het ontwikkelen van top-down programma’s, ook wel een eyeopener: er is geen regie vanuit de overheid nodig, de partijen in het gebied zijn al volop bezig. Uit zichzelf verbinden zij al de thema’s die voor een brede welvaart van belang vinden en koppelen bijvoorbeeld gezondheid aan voedselproductie en een beter toegankelijk buitengebied. Ze kijken daarmee over de sectorale grenzen heen die de professionals vaak nog hanteren. Het is een boodschap die past bij deze tijd en de uitslag van de verkiezingen: laat ons gewoon doorgaan met de dingen waar we al mee bezig zijn. Daarbij schrikken ze er niet voor terug om elkaar ook onderling aan te spreken op de kwaliteit van hun bedrijfsomgeving. Lelijke loodsen worden niet geaccepteerd en dat wordt ook duidelijk gecommuniceerd. Waar we voorheen het welstandstoezicht via de overheid nodig hadden om de ruimtelijke kwaliteit op peil te houden, wil dit gebied daar nu zelf op gaan sturen. Als stedelingen uit Eindhoven hier komen kijken, willen ze niet tegen rotzooi aan kijken – en terecht.”

Kunt u een voorbeeld geven van die gebiedsenergie en hoe die wordt afgeremd?

“Ik vind het gesprek dat we voerden met Lianne van Genugten heel illustratief; zij studeerde aan de Design Academy maar koos ervoor terug te keren naar het land van haar voorvaderen. Ze heeft haar project daarom ‘Vaderland’ genoemd. Op haar gastronomisch erf produceert ze voedsel zonder toevoegingen, dat zowel verkocht wordt als gebruikt in het restaurant ter plekke. Van Genugten huurt de 18 hectare grond nu nog maar zou deze het liefst kopen. Dat vergt echter een omzetting van de bestemming van agrarisch naar natuur; het heeft maar liefst vier plannen gekost om dat te bereiken.”

Het rijksbeleid wordt het land in geslingerd zonder uitvoeringsparagraaf, veel succes ermee
Peter van Rooy

“Dat is dus een typisch voorbeeld van een ‘snelheidsremmer’ aan de kant van de overheid: minister Carola Schouten komt in 2018 met een visie op kringlooplandbouw maar verzuimt daar een paragraaf in op te nemen over de benodigde uitvoeringskracht. Het rijksbeleid wordt het land in geslingerd, veel succes ermee. Een typische natte wind vanuit Den Haag. Enfin, dan gaat een ondernemer aan de slag met dit nieuwe concept maar merkt dat er geen goede verbinding is tussen de lokale situatie en het rijksbeleid. Het gevolg: eindeloze vertraging. In plaats daarvan pleiten de ondernemers voor het instellen van een bedrijfscoördinatieregeling waarbij ze voor de vergunningverlening nog maar met één overheid te maken hebben, die namens alle betrokken overheden opereert.”

Wat moeten overheden doen om deze energie te laten stromen?

“Ondernemers als deze lopen af en toe langs de randjes. Geef ze de ruimte, maak ze belangrijk. En vooral: neem het initiatief niet van ze over! Het is tijd voor een aanpak waarbij de kracht van het gebied overeind wordt gehouden en er vooral geen programma van bovenaf op wordt gezet. Dat vergt vier L’s om dat voor elkaar te krijgen: lef in loslaten, leiderschap om te komen tot één geïntegreerde gebiedsregeling, luisteren naar de ondernemers en inwoners en leren voor de toepassing in andere gebieden.”

Wat vragen jullie in dit verband van het Rijk?

“De bij Sandwyck betrokken partijen pleiten ervoor om de sturing een keer op een totaal andere leest te schoeien. Samen met het Rijk doelen op hoofdlijnen bepalen en één geïntegreerde gebiedsregeling met bijbehorend budget. Dat budget is nodig om de investeringen te kunnen betalen die niet uit de ondernemingsexploitatie kunnen worden gehaald.”

Waterschap De Dommel door Waterschap De Dommel (bron: Waterschap De Dommel)

‘Waterschap De Dommel’ (bron: Waterschap De Dommel)


“Denk bijvoorbeeld aan de kosten die met de energietransitie samenhangen, zoals de bouw van grote batterijen voor de energieopslag. Vervolgens binnen kaders op hoofdlijnen vooral ondernemers en particulieren uitnodigen en uitdagen om tot ruimtelijke innovaties te komen.”

Hoe krijgt de aanpak van Sandwyck de komende tijd verder gestalte?

“Ik blijf het proces in 2024 en 2025 verder begeleiden. De publicatie wordt op dit moment breed verspreid en we gaan dit najaar tijdens de Dutch Design Week een iconisch ontwerp voor het gebied maken. Daarin kunnen thema’s als gezondheid terugkomen, die momenteel ook al als rode draad door het werk van de ondernemers in het gebied lopen. De betrokkenen zullen zelf met ideeën voor het project komen maar ik kan me bijvoorbeeld een Sandwyck-café voorstellen in de sfeer van ONZE kas in Almere. Waar allerlei thema’s in samenkomen, van lokale voedselproductie tot en met ontmoeting.”


Cover: ‘Streekpark Kienehoeve’ door Goed Werk Communicatie (bron: NederLandBovenWater)


Kees de Graaf door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Kees de Graaf

Eindredacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

GO jaarcover door Ineke Lammers (bron: gebiedsontwikkeling.nu)

Het Gebiedsontwikkeling.nu Jaaroverzicht 2024

Het jaaroverzicht van Go.nu laat de dynamiek van het vakgebied zien. Van de invoering van de Omgevingswet via RIA naar vele mooie Nederlandse gebiedsontwikkelingen vol uitvoeringskracht (met weer een speciale vermelding voor Didam).

Analyse

24 december 2024

Ellen van Bueren Column Cover door Esther Dijkstra (bron: Esther Dijkstra)

Voorkom dat minimale kwaliteitsborging ook het maximum wordt

Standaardisering staat op gespannen voet met innovatie. Volgens columnist Ellen van Bueren is daarom het bewust beknotten van de innovatieruimte extra zorgelijk. Juist in een tijd waarin een groter beroep wordt gedaan op ons adaptief vermogen.

Opinie

23 december 2024

ColoHouse, Moezel 3-5, Den Haag door Roel Backaert (bron: Roel Backaert)

De fysieke neerslag van de digitale wereld, datacenters rukken op

We zijn steeds meer digitaal met elkaar verbonden en hebben steeds meer dataopslag nodig. Datacenters leveren daarvoor hun diensten maar doen dat niet ongezien. Ze zijn nu gedocumenteerd en recensent Jaap Modder nam de publicatie tot zich.

Recensie

20 december 2024