9 juli 2015
3 minuten
Nieuws Vastgoedbeleggers mogen de huren van sociale woningen vanaf 2016 meer verhogen dan woningcorporaties. Dat blijkt uit een brief van minister voor Wonen, Stef Blok aan de Tweede Kamer. Volgens Blok is het onderscheid nodig om marktpartijen meer in huurwoningen te laten investeren.
Blok wijkt met het nieuwe beleid af van het gelijkheidsbeginsel dat tot nu toe op de huurmarkt geldt. Woningcorporaties verhuren naar schatting ruim twee miljoen sociale woningen. Institutionele en private beleggers bezitten samen ruim 400.000 sociale woningen die in het gereguleerde segment vallen. De grens ligt bij een huur van €710 per maand. In de vrije sector zijn huurder en verhuurder vrij om afspraken te maken over huurverhogingen. Voorzitter Ronald Paping van de Woonbond reageert ontstemd: ‘Huurders bij particulieren kunnen nu een veel hogere huurverhoging krijgen terwijl ze vaak al meer betalen dan bij een corporatie.’
Vastgoedbeleggers
Het nieuwe beleid ligt extra gevoelig voor huurders bij woningcorporaties van wie de woning net is verkocht aan een institutionele belegger. Zo gingen het afgelopen jaar zo'n 10.000 woningen over van Vestia en het Wooninvesteringsfonds naar Britse en Duitse vastgoedbeleggers.
Volgens Blok is het onderscheid tussen woningcorporaties en marktpartijen nodig omdat woningcorporaties en de Woonbond onlangs een sociaal huurakkoord sloten. Daarin spraken zij af de huren de komende jaren met gemiddeld maximaal 1% te laten stijgen. Blok neemt dit huurakkoord nu in grote lijnen over, maar vindt de uitkomst nadelig voor de verdiencapaciteit van particuliere verhuurders. 'Juist vanuit de inzet van dit kabinet om marktpartijen een steviger rol te laten spelen op de huurmarkt en een middensegment tot ontwikkeling te laten komen, vind ik dit onwenselijk.'
Logisch
In het wetsvoorstel van Blok mogen marktpartijen en private verhuurders de huren met maximaal 2,5% per jaar bovenop de inflatie verhogen. Henk Jagersma, bestuursvoorzitter van vastgoedbelegger Syntrus Achmea zegt in een reactie het niet meer dan logisch te vinden dat vastgoedbeleggers de huren meer mogen verhuren dan woningcorporaties. 'Wij hebben als maatschappelijke taak om voor voldoende rendement te zorgen voor pensioenfondsen en verzekeraars.'
Volgens Blok zou het huurakkoord van corporaties en Woonbond extra nadelig uitpakken voor vastgoedbeleggers. In het akkoord is namelijk vastgelegd dat de huren van woningen die hoger zijn dan 80% van het wettelijk maximum alleen mogen worden verhoogd met de inflatie. Dit geldt voor vrijwel alle woningen die vastgoedbeleggers in bezit hebben. Corporaties verhuren hun woningen gemiddeld voor slechts 70% van het wettelijk maximum.
Ook een deel van de huurders van corporaties zal overigens een huurverhoging krijgen van maximaal 2,5%. Dit betreft de groep van wie de huur lager is dan 80% van het maximaal redelijke. Het gaat vooral om mensen die al heel lang in een huurwoning zitten. De Woonbond toonde zich eerder enthousiast over het akkoord omdat er een dempend effect uitgaat van de verplichting om de gemiddelde stijging niet boven 1% te laten uitkomen.
Besparing
Door het huurakkoord over te nemen realiseert Blok de komende jaren een besparing op de huurtoeslag. Blok heeft een tekort op zijn begroting van bijna €250 mln doordat meer aanvragen zijn gedaan dan verwacht. Door het akkoord over te nemen realiseert hij een besparing van €31 mln. Voor Prinsjesdag moet Blok duidelijk maken waar de rest van de besparing gerealiseerd moet worden.
Blok houdt de mogelijkheid open nieuwe maatregelen te nemen tegen scheefwonen. Hij denkt aan een vijfjaarlijkse inkomenstoets zodat de huren voor huishoudens met een inkomen hoger dan €38.000 met 4% omhoog kunnen. De uitkomst is afhankelijk van de oplossing die Woonbond en Aedes zelf willen aandragen om scheefwonen tegen te gaan.
Cover: ‘2015.07.09_Blok creëert tweedeling op gereguleerde huurmarkt_660’