Casus Gebiedsontwikkeling is in veel gevallen een proces van de lange adem, zo ook in het Brabantse project Levende Beerze. Maar na veertien jaar vol (financiële) tegenvallers, stopgezette Rijksprogramma’s en boze boeren is er licht aan het einde van de tunnel. Komende zomer moet de transformatie echt gaan beginnen. Theodoor Hendriks, die als proces- en projectleider vanaf dag één betrokken is, vertelt hoe zo’n langdurig proces uiteindelijk toch tot een goed einde komt.
“Jullie kunnen beter meewerken, anders gaan we toch gewoon onteigenen.” Het is 2007 en de provincie Noord-Brabant heeft grote plannen met het gebied rondom de rivier De Beerze, ten westen van Eindhoven. Als één van de Robuuste Ecologische Verbindingszones probeert de provincie met steun van het Rijk het stroomgebied van De Beerze met een grootschalige gebiedsontwikkeling aan het pakken.
Maar als de gedeputeerde tijdens een toespraak op het plein van een van de omliggende dorpen de betrokken boeren direct tegen zich in het harnas jaagt, is het project eigenlijk al gedoemd te mislukken. Toch kijkt Theodoor Hendriks, zelfstandig stedenbouwkundige voor de gemeente Eersel en projectleider van de gebiedsontwikkeling, nog steeds met een glimlach op zijn gezicht terug op dit moment. “Dat werden toen uiteraard direct onze tegenstanders. Hoe mooi is het dat diezelfde boeren nu onze partners zijn?”
Harde euro’s
De gebiedsontwikkeling loopt bijna veertien jaar later namelijk nog steeds, al heeft dat in de loop der jaren wel aardig wat voeten in de aarde gehad. Zo trok het kabinet Rutte I in 2010 de stekker uit het programma van de Robuuste Verbindingszones. Weg ruim 30 miljoen euro aan budget. “Gelukkig was ons programma vanaf het begin al veel breder dan alleen de natuur”, legt Hendriks uit. “Het ging om een inclusief landschap creëren door middel van grootschalige gebiedsontwikkeling.”
Het terugtrekken van het Rijk betekende dan ook niet het einde van project Levende Beerze. In 2013 werd de gelijknamige samenwerkingsovereenkomst getekend als doorstart van het Rijksprogramma. Het budget ging terug naar zo’n 8 miljoen euro, maar de inhoud bleef hetzelfde. Vanaf 2007 waren er al drie duidelijke uitgangspunten bij de herontwikkeling van het 3500 hectare grote gebied: versterken van de leefbaarheid van het buitengebied, het creëren van een robuust ecologisch netwerk gebaseerd op herstel van het watersysteem en versterken van de ruimtelijke kwaliteit in de Brainportregio Eindhoven.
Hendriks: “Integraliteit is altijd de rode draad geweest. We wilden niet alleen de transitie van de landbouw op gang brengen, maar tegelijkertijd de ruimtelijke kwaliteit verbeteren. Niet alleen de watertransitie op gang brengen, maar ook het recreatieve netwerk in de regio aanpakken. Brainport is een economisch vitale regio, de mensen hebben hier redelijk wat te besteden, maar de harde euro’s zijn nooit het uitgangspunt geweest. De toegevoegde waarde van dit landschap is veel groter.”
Mentaal
Ondanks dat het geld nooit het uitgangspunt is geweest, gaat het na alle bestuurlijke veranderingen in de afgelopen jaren ook op dat punt weer goed met Levende Beerze. Het budget is terug op het oude niveau van 30 miljoen, de rivier staat nog steeds centraal en ook het Rijk is weer aangesloten. Het project is één van de regionale proeftuinen binnen het Interbestuurlijk Programma Zuidoostelijke Zandgronden. “Het is een spannende reis, nog steeds. De doelen staan, maar je weet niet hoe je daar gaat uitkomen. Gelukkig hebben wij nooit gesproken over een project, maar over een proces.”
‘Proces inrichtingsplan’ (bron: Levende Beerze)
Dat klinkt voor een buitenstaander wellicht wat zweverig, maar het is volgens Hendriks de kern van het project. “Wij hebben vanaf het begin heel erg ingezet op de kwaliteit van het proces. Het gaat om mentaal eigenaarschap. Wij gaan het landbouwprobleem niet hier in Brabant oplossen, dat is een mondiaal probleem. De boeren moeten zelf de opgave adopteren en willen veranderen. Wij faciliteren als lokale overheid en schetsen een duurzaam toekomstperspectief, maar de agrariërs moeten zelf realiseren.”
Certificaten
Dat duurzame toekomstperspectief komt op allerlei verschillende terreinen terug. Wonen (boerenerven die worden omgebouwd voor passende nieuwe woningen), werken (boeren verbouwen gewassen die verwerkt worden in streekproducten), toerisme (slapen bij de boer), recreatie (nieuwe paden door gebieden die eerst niet toegankelijk waren) en natuur (beheer van het waterpeil in de zandgronden). Alles om de drie eerdergenoemde doelen (versterken leefbaarheid, creëren ecologisch netwerk en versterken ruimtelijke kwaliteit) in samenhang te kunnen realiseren.
“In totaal gaat het binnen deze gebiedsontwikkeling om misschien wel honderd verschillende projecten. Een belangrijke stap is de mindset van overheden en betrokken veranderen. De ruimtelijke ontwikkeling niet toelatingsgericht, maar ontwikkelingsgericht te laten zijn.” Een van de meest concrete uitkomsten van deze transformatie is Landcoöperatie Dal van de Kleine Beerze. Kort gezegd: iedereen kan certificaten kopen en leden bepalen samen met de pachters/boeren welke vormen van duurzame landbouw plaats gaan vinden.
“Landbouwgronden worden niet alleen omgezet naar ‘puur’ natuurgrond, maar ook naar ondernemende natuurgrond. Wij noemen dat hier Ondernemend Natuur Netwerk Brabant. Deze gronden kunnen worden ingepast in een natuur inclusieve, agrarische bedrijfsvoering en dat helpt weer de transitie van de agrarische sector. Altijd met oog voor de bodem- en waterkwaliteit en biodiversiteit.”
Niet te stoppen
Komende zomer komen de voorbereidingen van de afgelopen veertien jaar bij elkaar. Dan begint de echte transformatie van het beekdal en moeten alle verschillende projecten bij elkaar gaan komen. Of zoals Hendriks het zegt: We staan aan de vooravond van de transformatie. “De hele gebiedsontwikkeling gaat tot 2024 duren, dan moet het interne beleid op orde zijn. Maar dat betekent niet dat het proces dan al klaar is. Dat gaat veel langer duren. Hopelijk hebben we dan wel de transitie ingezet en kunnen we maatschappelijke meerwaarde blijven creëren. Vanuit de kernwaardes van het gebied naar een nieuw landschap.”
‘Woonconcepten met Meerwaarde’ (bron: Levende Beerze)
Hendriks hoopt met zijn verhaal andere (lokale) overheden te inspireren die ook voor een dergelijke uitdaging in gebiedsontwikkeling staan. “Wij zijn al zo lang bezig dat we aardig wat kennis hebben opgedaan, maar die is niet binnen elke gemeente aanwezig. Vooral wat betreft het proces hoop ik dat wij als voorbeeld kunnen dienen. Ik geloof echt dat binnen zo’n ontwikkeling 80 procent proces is en maar 20 procent beleid, zolang je maar die stap van generiek naar specifiek weet te maken. Ook wij hebben onze tegenslagen echt wel gehad, maar er is nu een gebiedsontwikkeling op gang gebracht die niet meer te stoppen is.”
Projectgegevens
Locatie:Eersel, Oirschot, Bladel
Essentie van de opgave: “Vanaf 2007 is op basis van een gedeeld panorama en drie gebiedsurgenties, robuuste ecologisch raamwerk, versterken van de leefbaarheid en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit in de Brainportregio door diverse gebiedspartijen samengewerkt aan de transitie van ca 3500 ha landelijk gebied.”
Type gebiedsontwikkeling: Uitbreiding
Omvang en programma:Ongeveer 3500 ha transitie van het landelijk gebied inclusief nieuwe woonvormen
Startmoment: 2007
Doorlooptijd: Tot 2024, transformatie beekdal begint deze zomer
Lees meer over deze gebiedsontwikkeling op de website van Levende Beerze.
Cover: ‘Impressie natuurproject Levende Beerze’ door Gemeente Eersel (bron: Levende Beerze)