Recensie Bied als stad ruimte voor experimenten en pas je gemeentelijk beleid (grondprijs, woonruimte, vestiging én onderwijs) daarop aan. Dat zijn de belangrijkste twee adviezen uit het boek De Stad als Casco, dat overtuigend laat zien dat een andere manier van gebiedsontwikkeling kan bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van de stad.
Eva de Klerk heeft in dit boek haar ervaring met alternatieve stadsontwikkeling opgeschreven. Twintig jaar geleden werd zij gegrepen door het manifest De Stad als Casco, opgesteld door kunstenares Carolien Feldbrugge en de Amsterdamse woningcorporatiedirecteur Frank Bijdendijk. Grondgedachte achter De Stad als Casco is dat de stad geen ’jungle’ is van gebouwen die verhandeld kunnen worden, maar een casco dat stedelijkheid, werk, kunst, innovatie, architectuur, voedselbereiding, slapen en nog veel meer mogelijk maakt, aldus sociologe Saskia Sassen in het voorwoord van het nieuwe boek.
De Klerk paste deze filosofie toe op de NDSM-werf in Amsterdam-noord, waar de Scheepsbouwloods inmiddels een van de grootste 'zelforganiserende' vrijplaatsen van Europa is geworden. Bekende voorbeelden van het resultaat hiervan zijn de vele festivals, het Botel, het hoofdkantoor van MTV en Greenpeace en de megagrote vlooienmarkt. Dit terrein was in de jaren negentig van de vorige eeuw nog een tamelijk onherbergzaam en onbekend gebied. De Klerk heeft daar de gedachte van De Stad als Casco met vallen en opstaan verder uitgewerkt en toegepast. Het resultaat van haar werk is een stedelijkheid waar steeds meer mensen zich aangetrokken tot voelen die in een stad willen leven en die deze stad willen maken.
‘fotograaf Ronald Tilleman’
De scheepsbouwloods op de NDSM-werf. Foto: Ronald Tilleman
Valkuilen
Is de persoonlijke reis van De Klerk te vertalen naar praktische lessen, waar verschillende partijen iets aan kunnen hebben? Op basis van haar boek is het antwoord ja. Ik focus me in deze recensie vooral op de te trekken lessen, die bestaan uit ‘waardevolle ervaringen’ enerzijds en ‘de relevantie van de Stad als Casco' anderzijds.
De aanleiding voor het boek was de vraag die De Klerk regelmatig kreeg: heb je jouw ervaringen bij het ontwikkelen van de Scheepsbouwloods opgeschreven? Er bleek groeiende behoefte aan een ‘handboek’ met tips voor zo’n ingewikkeld proces als een loods met meer dan vijftig huurders ‘bottom-up’ tot leven brengen. Gelukkig is het geen traditioneel handboek geworden. Die hebben snel de neiging om in algemeenheden te vervallen, waardoor de specificiteit van de opgave op die plek vervaagt. Het omgekeerde, een al te persoonlijke beschrijving van een specifiek ontwikkeltraject waar alleen intimi wijs uit kunnen worden, is ook niet gebeurd. Het is De Klerk (met Joost Zonneveld en Carolien Feldbrugge als inspiratoren en medeschrijvers) gelukt om deze valkuilen te omzeilen en met een helder en soms spannend leesbaar boek te komen, waar zeker wat van valt op te steken.
‘Eva de Klerk - foto Winand Stut’
Eva de Klerk. Foto Winand Stut
Hamvraag
Grondgedachte achter De Stad als Casco is 'niet geld verdienen aan een plek, maar op een plek'. Deze gedachte kan anno 2018 – met een booming Amsterdamse woningmarkt – volstrekt achterhaald klinken. Toch is dat niet zo. De Klerk toont aan dat een andere manier van gebiedsontwikkeling, met een focus op een langere termijn en met meer zeggenschap van gebruikers, een plek steviger in de rest van een stad verankert.
Daarvoor is wel visie, kennis, en vooral doorzettingsvermogen nodig. Met de loods op de NDSM-werf als ‘lijdend voorwerp’, veralgemeniseert De Klerk de daar opgedane ervaring in de constatering dat een gemeente verschillende opties heeft bij het ontwikkelen van de stad. Gaan voor snel geld? Of organisch ontwikkelen, met oog voor de lokale economie en sociale structuren en in samenspraak met gebruikers? Dat is de hamvraag.
‘fotograaf Ronald Tilleman’
De scheepsbouwloods op de NDSM-werf. Foto: Ronald Tilleman
Gouden bergen blinken
Duidelijk is De Klerks’ kritiek op de huidige manier van stadsontwikkeling. Niet het prototype geldbeluste projectontwikkelaar krijgt er in dit boek van langs, maar juist de publieke instanties en de politiek moeten het ontgelden. Wijselijk genoeg wordt in het boek niet voor een radicale omslag gepleit om alles zomaar anders te doen, of de ‘traditionele’ manier van gebiedsontwikkeling bij het oud vuil te zetten. Daarvoor is De Klerk realistisch genoeg. Zij houdt een pleidooi voor een inclusieve stad, waar niet alleen economisch rendement de maat der dingen is, maar waar ook maatschappelijke opbrengsten tellen.
Is dat vechten tegen de bierkaai, nu de geur van crisis het land heeft verlaten en gouden bergen blinken? Integendeel. Het boek geeft aan dat er wel degelijk wat te verdienen valt aan deze andere vorm van stadsontwikkeling. De Klerk heeft goede hoop op de komende Omgevingswet, waarin meer lokale afwegingsruimte het wellicht makkelijker maakt om wonen en werken te combineren. Daarnaast biedt de wet andere omgangsvormen tussen overheid en initiatiefnemer, waarbij meer ruimte is voor eigen initiatieven.
Handvatten voor initiatiefnemers worden in het boek omschreven (zie kader). Voor door de wol geverfde ontwikkelaars biedt het boek geen opvallende of vernieuwende tips. Wel doet De Klerk de sterke constatering dat projectontwikkelaars steeds vaker beginnen bij de creatieve kant, terwijl creatieven liever eerst kijken wat op een plek of in een gebouw financieel mogelijk is. Daarentegen is dit boek verplicht leesvoer voor allen die vanuit de publieke sector een andere verantwoordelijkheid hebben dan die van een ontwikkelaar: namelijk het zorg dragen voor een zo divers en aantrekkelijk mogelijke stad, waar iedereen zijn plek kan vinden. Letterlijk en figuurlijk.
6 Praktische Lessen Make Your City – De Stad Als Casco
Het boek geeft aan initiatiefnemers voor De Stad Als Casco-filosofie de volgende 6 tips mee:
- Kom in beweging, zorg voor kritische massa, en geef deze de
juiste grootte. Maak een zogeheten cowmunity (een samenvoegsel van community en
cows). Als koeien met meer dan honderd moeten samenleven, heeft dat een
negatief effect op de melkproductie. Te groot maakt de groep onoverzichtelijk
en onpersoonlijk. Een te kleine groep maakt het geheel daarentegen kwetsbaar.
Een groep die niet groter is dan 100 mensen is te overzien.
- Voorkom de white elephant,
dus een gebouw (zoals een Olympisch stadion) of gebied waarvan de
investeringskosten niet in verhouding staan tot de aard van het gebruik
- Beschouw de stad niet als een schone lei, maar gebruik de
initiatieven en energie van de stadsbewoners. Bottom-up is daarbij niet
vrijblijvend. Zorg daarom voor een Plan van Aanpak en een rechtspersoon /
juridische borging. Leg zeggenschap en eigenaarschap goed vast, juist in tijd
van tijdelijkheid.
- Maak de gemeente duidelijk dat zij kan sturen op grondprijs
(onder het mom van maatschappelijk initiatief) en maak dat legitiem.
- Beperk de kosten van verbouwing via zelforganisatie. Zorg
ervoor dat professionals betrokken zijn. Houd je afzijdig van gemeentelijke
subsidie, want daar zitten allerlei beperkende voorwaarden aan vast. Maak
gebruik van crowdfunding, want zo heb je én snel geld, en je kweekt
gemeenschappelijkheid. Houd je overhead laag.
- Maak voor je organisatie gebruik van de Governance Code Cultuur. Deze
biedt houvast voor goed bestuur en financieel toezicht in de organisatie
volgens het principe: pas toe en leg uit.
MAKE YOUR CITY
De Stad als Casco / The City as a Shell - NDSM-Werf / NDSM Shipyard – Amsterdam
Auteur: Eva de Klerk (met/with Carolien Feldbrugge, Joost Zonneveld)
Uitgever: Trancity
Prijs: € 22,50
Het boek kunt u bestellen op trancity.nl
Coverfoto: Ronald Tilleman
Cover: ‘fotograaf Ronald Tilleman’