Kristel Lammers door Marline Schoneveld (bron: Nationaal Programma Regionale Energiestrategie)

De toekomst van de RES: 'Na het uitspreken van ambities, moeten we de energietransitie nu waarmaken'

4 oktober 2022

6 minuten

Persoonlijk Stijgende gasprijzen, drukte op het stroomnet en een stikstofcrisis. De energietransitie is actueler en urgenter dan ooit, maar hoe leid je zo’n verandering in deze turbulente tijd in goede banen? Kristel Lammers, directeur Nationaal Programma RES, maakt de balans op.

“Knalhard werken” in een race naar de finish, uitblazen, op adem komen en daarna naar de volgende belangrijke mijlpaal toewerken. Zo vat Kristel Lammers de afgelopen periode samen binnen het Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NP RES). Als directeur van het Nationaal Programma kreeg Lammers in 2019, in het kader van het Klimaatakkoord, een duidelijke opdracht. Ondersteun de komende twee jaar de dertig regio’s bij het opstellen van een Regionale Energiestrategie 1.0. In die strategie leggen (lokale) overheden samen met inwoners, maatschappelijke partijen, energiecoöperaties en netbeheerders afspraken vast over het opwekken van duurzame energie op land – in hun eigen gebied.

Groeiende urgentie

En het lukte. Op 1 juni 2021 lagen er zoals afgesproken dertig documenten met daarin de strategie hoe elk van de dertig regio’s in 2030 bijdraagt aan tenminste 35 terawattuur (TWh) aan hernieuwbare elektriciteit met windturbines op land en de grootschalige aanleg van zonnepanelen. Gezien de groeiende urgentie door alle (energie)ontwikkelingen in de wereld hét moment om door te pakken. “Er is heel hard toegewerkt naar de RES 1.0, maar we zagen ook dat iedereen in de regio’s daarna even op adem moest komen. Desondanks is de beweging doorgegaan, maar het geheel heeft iets minder snel gelopen dan gedacht.”

RES-op weg naar 2030 & 2050 door Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NP RES) (bron: Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NP RES))

‘RES-op weg naar 2030 & 2050’ (bron: Nationaal Programma Regionale Energiestrategie (NP RES))


Onzekerheid over financiën, personele verschuivingen binnen gemeenten na de mijlpaal van RES 1.0, het Nevele-arrest en terugkerende verkiezingen zorgden gezamenlijk voor nieuwe uitdagingen. “Dit gebeurt in transities. We weten dat er wisselingen zijn, ambtelijk, politiek en bestuurlijk. Effect daarvan is dat we mensen op vlieghoogte moeten brengen en de uren die je daarin stopt, kan je niet ergens anders instoppen.”

“En we zien ook dat in sommige regio’s het nu pas echt begint omdat we nu pas weten wat we willen realiseren. Maar ik merk dat de energie er weer vol inzit. Het is ook logisch. Transitie gaat via een hobbelige weg. Het eindbeeld blijft helder voor 2030 en 2050, alleen is de weg daar naartoe dat nog niet altijd.”

Van papier naar realisatie

Aanvankelijk krijgen NP RES en de 30 regio’s in 2019 drie jaar de tijd om het traject vorm te geven. Maar Lammers en haar landelijke én regionale collega’s zien al snel dat de uitdaging na 2022 waarschijnlijk nog moet komen. “En dat er dan ook mensen nodig zijn die verbinden, organiseren, aanjagen en realiseren. Daarom is de ondersteuningsstructuur gecontinueerd. En zitten we nu in de fase: ‘van het papier af naar de realisatie’.”

Dat het Rijk verantwoordelijkheid pakt en dat doet vanuit verbinding met provincies, met regio’s en met gemeenten is volgens mij heel goed

In aanloop naar die mijlpaal is er naast de onzekerheid ook genoeg goed nieuws. In de Voorjaarsnota heeft de RES groen licht gekregen, de halfjaarlijkse ‘foto’ zag er goed uit en het Rijk doet ook mee en neemt weer een leidende rol op zich in het ruimtelijke domein waardoor de koppeling tussen de energietransitie en andere ruimtelijke ontwikkelingen nog beter wordt gelegd. Voor de regio’s is het nu zaak ruimtelijke plannen, RES’en en omgevingsvisies te vertalen naar concrete acties om daadwerkelijk aan de gewenste hoeveelheden duurzaam opgewekte energie te komen.

De ene regio slaagt daar nu al beter in dan de andere, ziet Lammers. “Dat komt omdat de dynamiek en bijbehorende hobbels in al die regio’s net iets anders is. Dat is niet erg, maar we moeten er wel voor zorgen dat iedereen het eigen pad wél binnen de beschikbare tijd loopt.” Om dat voor elkaar te krijgen, zijn de afgelopen tijd twee belangrijke stappen gezet.

MER wordt plicht

Allereerst zullen regio’s de effecten van de plannen op natuur en milieu beter en eerder in kaart brengen doordat een milieueffectrapport in veel gevallen een verplichting wordt voor de RES 2.0, na inwerkintreding van de Omgevingswet. Een stap die oorspronkelijk later in het proces zat. “We hebben de oorspronkelijke opzet van de RES 2.0 opgeknipt in een voortgangsdocument dat elke twee jaar verschijnt en de RES Herijking 2.0 waarin de nieuwe of geconcretiseerde beleidsambities staan.”

Bedrijventerrein Coenecoop door KiwiK (bron: shutterstock.com)

‘Bedrijventerrein Coenecoop’ door KiwiK (bron: shutterstock.com)


Ten tweede wordt in alle regio’s steeds beter de verbinding met de andere (regionale) ruimtelijke en energieontwikkelingen gelegd, zoals de besparingsnoodzaak, de ontwikkelingen op bedrijventerreinen en de woningbouwtransitie. “De fase van concretisering komt dichterbij en dat dwingt partijen om doelgericht met elkaar om tafel te gaan zitten. Ze zoeken elkaar op en leren van elkaar.”

Energie is nieuw

De uitgesproken ambities vanuit het Rijk om weer de handschoen op te pakken in de ruimtelijke ontwikkeling gaat helpen bij de keuzes die gemaakt moeten worden, zo verwacht Lammers. “Niet als baas van Nederland, dat staat er gelukkig ook niet in. Maar dat het Rijk verantwoordelijkheid pakt en dat doet vanuit verbinding met provincies, met regio’s en met gemeenten is volgens mij heel goed. Hopelijk wel op een manier die past bij de complexiteit die er nu is. Niet: je gaat erover of niet, maar we doen wat samen afgesproken is, waarbij het Rijk bijdraagt met wetgeving, nationale doelen, subsidies en andere financiële instrumenten om de transities mee de goede kant op te organiseren.”

Hartstikke logisch dat nog niet alles duidelijk is, maar na het uitspreken van ambities komt het waarmaken

Voor Lammers is het dan ook duidelijk. Of je als beleidsmaker nu gaat over stikstof, energie of woningbouw: we hebben het met elkaar te doen. “Energie moet zo echt een onderdeel worden van de ruimtelijke afwegingen en omgekeerd. Dat de ruimtelijke manier van kijken ook gezien, gehoord en gesnapt wordt door zij die bezig zijn met het energiesysteem vorm te geven. Ooit was milieu nieuw in het ruimtelijk domein. Nu is energie nieuw en dat gaat zijn weg vinden.”

Meer dan brieven

Eind dit jaar komt het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) met de RES Monitor 2022 en wordt duidelijk of de dertig regio’s op koers liggen en welke uitdagingen nog overwonnen moeten worden. Op 1 juni volgend jaar leveren de regio’s hun RES voortgangsdocument 2023 op. Daar zal het PBL wederom een analyse op doen. “Ik hoop dat iedereen ondanks alle hobbels op de weg toch de schouders eronder blijft zetten. Dat we ons niet laten verleiden tot stilstaan of andere keuzes die de toekomst in de weg staan. Die luxe hebben we niet. Een probleem als de netcongestie is niet direct opgelost, maar ik hoop dat het ons in communicatieve en procesmatige zin niet meer zo overvalt en dat we slimme oplossingen vinden om er mee om te gaan.”

We moeten elkaar wel vasthouden wanneer het moeilijk wordt

“Het is aan ons samen om het doel voor ogen te houden, uithoudingsvermogen te laten zien en duidelijk te zijn naar elkaar. Korte lijntjes, open lijntjes met alle spelers nationaal en regionaal, zodat we aan die opgave blijven werken voorbij het eigen belang. Natuurlijk schuurt het hier en daar en ben je het echt niet altijd met elkaar eens. Maar we moeten elkaar wel vasthouden wanneer het moeilijk wordt.”

Hoogspanningsmasten door ABCDstock (bron: Shutterstock)

‘Hoogspanningsmasten’ door ABCDstock (bron: Shutterstock)


En die betrokkenheid en vasthoudendheid verwacht Lammers ook vanuit het Rijk. “Wat wordt nou het dominante mechanisme om de energieschaarste mee te verdelen? Hoe zitten de RES’en aan tafel naast alle andere partijen als het gaat om het programmeren van netcapaciteit? Wat is het afwegingskader? Daar zitten vanuit onze uitvoeringspraktijk nog veel vragen. Langs welke principes doen we dat en hoe gaan we om met escalaties? Hartstikke logisch dat nog niet alles duidelijk is, maar na het uitspreken van ambities komt het waarmaken. En dat moeten we met elkaar doen: nationaal, regionaal en lokaal.”

Afgelopen zomer maakte SKG adviseur Agnes Franzen, samen met Wouter van den Wildenberg en Pam Engwirda van Fakton een drieluik over de energietransitie. In het tweede deel komen de Regionale Energie Strategieën uitgebreid aan bod. In het eerste en derde deel staan de rol van het Rijk en de gemeente in de energietransitie centraal.


Cover: ‘Kristel Lammers’ door Marline Schoneveld (bron: Nationaal Programma Regionale Energiestrategie)


Jasper_monster_sandervanwettum door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Jasper Monster

Redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Zaandammerplein in Amsterdam door TasfotoNL (bron: Shutterstock)

Waardegedreven gebiedsontwikkeling zet baathouder centraal

Ferry Renne, procesmanager bij Brink, pleit voor een verandering in het vakgebied en stelt dat moderne gebiedsontwikkeling dwingt om op een andere manier naar ‘baten’ te kijken. “Zo creëren we kansen voor duurzame oplossingen in de toekomst.”

Analyse

21 november 2024

Wolkenkrabber in Londen in aanbouw door WD Stock Photos (bron: Shutterstock)

Circulaire gebiedsontwikkeling vraagt om meer dan alleen kringlopen sluiten

Circulair beleid richt zich binnen gebiedsontwikkeling nu nog vooral op het hergebruik van materialen. Dat kan en moet anders, blijkt uit een beleidsanalyse van TU Delft-onderzoekers. “Nu blijft het bouwprogramma onaangepast.”

Onderzoek

20 november 2024

Overstroming in Valkenburg door MyStockVideo (bron: Shutterstock)

Waterproblematiek vergroot de druk op ruimtelijke plannen in Limburg

Na de overstromingen van 2021 staat de verhouding tussen woningbouw en waterveiligheid in Limburg op scherp. Het Limburgse Waterschap wil geen nieuwbouw in gebieden met een hoog overstromingsrisico. De Provincie wil dit niet vooraf uitsluiten.

Onderzoek

19 november 2024