2013.06.13_stadionpark  De Kuip

Debat nieuw stadion moet gaan over stadsidentiteit

10 juli 2013

4 minuten

Opinie Het debat over de Kuip nadert een climax. De gemeenteraad van Rotterdam wil morgen een definitief besluit nemen. Het voorgestelde plan voor het duurste stadion van Nederland roept veel emoties en vragen op. Kunnen we niet beter de Kuip renoveren? Zijn de nieuwbouwplannen niet veel te duur? De geuite zorgen zijn reëel. Maar de belangrijkste vraag, namelijk aan welke stadsidentiteit het stadion moet bijdragen, wordt nauwelijks gesteld. Daar zal het echter wel over moeten gaan, want een risicovolle garantsstelling door de overheid vraagt om een heldere visie op de publieke opbrengsten. Dat is een belangrijke opgave voor iedereen die bij het debat betrokken is, en voor het gemeentebestuur in het bijzonder.

Al jaren wordt nagedacht over de bouw van een nieuw stadion. De oude Kuip zou niet aan de eisen van toekomstige kampioenschappen voldoen. Voetbalclubs zouden beter spelen in een nieuw onderkomen, dus heeft Feyenoord baat bij nieuwbouw. De Kuip trekt bovendien geen grote concerten meer. Met lede ogen ziet men aan dat Madonna en Robbie Williams voor de Arena of Gelredome kiezen. Maar is nieuwbouw onvermijdelijk? Met behulp van bouwkundigen ontwikkelde stichting ‘Red de Kuip’ een alternatief. Een ingrijpende renovatie voldoet volgens de stichting aan alle toekomstige eisen, waardoor de Kuip als stadion in gebruik kan blijven en minder kost dan nieuwbouw. Volgens onderzoek van TNO kan de Kuip als er geen bijkomende eisen worden gesteld ook zonder renovatie nog vijftig jaar mee. Rotterdam heeft dus iets te kiezen.

Identiteitsvragen

Het debat is verworden tot een visieloze welles-nietesdiscussie over financiële analyses. Maar de besluitvorming zal uiteindelijk over fundamentele waarden moeten gaan. De stad moet zich afvragen wat een stadion werkelijk betekent voor de identiteit van Rotterdam. In de besluitvorming over megaprojecten zijn identiteitsvragen van fundamenteel belang, omdat deze projecten als geen ander iets zeggen over de onderliggende waarden en de positionering van de stad. De ruimtelijke identiteit van Rotterdam kan onder meer in de voortdurende wederopbouw worden gezocht. De stad die durft, die telkens opvalt met grote nieuwbouwprojecten. De stad van de Euromast en de Erasmusbrug, een moderne architectuurstad. Maar Rotterdam kan ook een ander verhaal hanteren. De stad heeft zichzelf inmiddels opgebouwd en koestert nu met trots wat het heeft. Rotterdam bouwt niet voor leegstand en bestaande bebouwing wordt niet gesloopt, maar aangepast of herbestemd. Een soortgelijke discussie moet worden gevoerd over de sociaal-culturele identiteit. Zo kan Rotterdam zich profileren als sportstad. Een nieuw of gerenoveerd stadion wordt met de omliggende sportvoorzieningen ingezet om het nationale centrum van topsport te worden en amateursport onder inwoners te stimuleren. Of moet Rotterdam een stad worden van hoogwaardige culturele voorzieningen ten gunste van een elite waar het nu aan ontbreekt? De stad kan zich profileren door te investeren in beeldbepalende musea en muziekcentra. Het een sluit het ander niet uit, maar waar legt Rotterdam prioriteit? Wat wil Rotterdam zijn?

Verbindend verhaal is nodig

Een visie op stadsidentiteit is het fundament voor een uitvoeringsstrategie. De initiatiefnemers maken zich er nu te gemakkelijk van af. Men spreekt over het nieuwe stadion als ‘de reddingsboei’ voor Rotterdam-Zuid, maar ik mis een strategie hoe arme stadsbewoners hiermee geholpen zijn. Een stadionpark zou mensen prikkelen meer te sporten. Ik heb daarvoor nog geen bewijs gezien noch een activiteitenprogramma waarmee dat doel wordt bereikt. De bouw van een stadion zou de lokale werkgelegenheid stimuleren. Worden er dan afspraken gemaakt om lokale werknemers in te zetten? De initiatiefnemers spreken over ‘het nieuwe icoon van de stad’. Uit mijn proefschrift over prestigieuze bouwprojecten blijkt dat geslaagde iconen zijn verankerd in breed gedragen opvattingen over stedelijke identiteit en niet ontstaan omdat een bestuurder dat zegt. Omdat de stad sterk verdeeld is over het stadion en de verschillende varianten moet worden gebouwd aan een gedeeld en geloofwaardig verhaal dat de inzet van publieke middelen rechtvaardigt. Een wervend verhaal over wat de stad als geheel aan een stadion heeft met een uitgewerkte strategie om dat te bereiken, zodat zelfs stadsbewoners die niets met voetbal hebben erin geloven.

Wouter Jan Verheul is bestuurskundige en verbonden aan de TU Delft. Hij promoveerde op het proefschrift ‘Stedelijke iconen. Het ontstaan van beeldbepalende projecten tussen betoog en beton’.


Cover: ‘2013.06.13_stadionpark De Kuip’


Wouter Jan Verheul (2020)

Door Wouter Jan Verheul

Universitair docent/onderzoeker bij TU Delft en senior consultant & knowledge lead bij Arcadis Gebiedsontwikkeling


Meest recent

GO Weekoverzicht 21 november door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was de week waarin bleek dat het einde van de Didam-saga nog niet in zicht is

Wil je helemaal bij zijn bij de (gebieds)ontwikkelingen van deze week? Dan zijn dit de stukken die je gelezen moet hebben. Er is een nieuw hoofdstuk in de Didam-saga en de waterproblematiek vergroot de druk op ruimtelijke plannen in Limburg.

Weekoverzicht

21 november 2024

Zaandammerplein in Amsterdam door TasfotoNL (bron: Shutterstock)

Waardegedreven gebiedsontwikkeling zet baathouder centraal

Ferry Renne, procesmanager bij Brink, pleit voor een verandering in het vakgebied en stelt dat moderne gebiedsontwikkeling dwingt om op een andere manier naar ‘baten’ te kijken. “Zo creëren we kansen voor duurzame oplossingen in de toekomst.”

Analyse

21 november 2024

Wolkenkrabber in Londen in aanbouw door WD Stock Photos (bron: Shutterstock)

Circulaire gebiedsontwikkeling vraagt om meer dan alleen kringlopen sluiten

Circulair beleid richt zich binnen gebiedsontwikkeling nu nog vooral op het hergebruik van materialen. Dat kan en moet anders, blijkt uit een beleidsanalyse van TU Delft-onderzoekers. “Nu blijft het bouwprogramma onaangepast.”

Onderzoek

20 november 2024