Interview Er kan veel gebeuren in vijf jaar tijd. Peter Glas neemt afscheid als Deltacommissaris en zag in zijn ambtsperiode de aandacht voor water fors toenemen. Hij neemt passend afscheid: met wederom een indringend advies, ‘Nu voor later’. Tegenover het Verbond van Verzekeraars legt hij in een interview uit dat publiek en privaat in actie moeten komen. Met daarbij fors meer regie op nationaal niveau.
Peter Glas heeft het druk in zijn laatste weken. Hij holt van de ene afspraak naar de andere. Het interview vindt daarom – noodgedwongen – via Teams plaats. Glas praat vanuit huis, in Brabant, en wijst zo nu en dan naar buiten. Waar het voor de verandering weer eens regent. De KNMI-scenario’s die dit najaar zijn uitgekomen, hebben hem niet verrast. Maar hij is wel bezorgd. “De scenario’s bevestigen het beeld dat we al hadden. Zowel de temperatuur als de zeespiegel gaan stijgen. En intussen krijgen we ook nog met de grilligheid van extreem weer te maken. Een confronterende werkelijkheid. Of we met een stijging van 40 cm of van 1,20 meter te maken krijgen, ligt grotendeels aan onszelf. Houden we ons mondiaal aan Parijs of blijven we fossiel doorpompen?”
Waarover maakt u zich de meeste zorgen?
“Over de snelheid. Op de lange(re) termijn krijgen we te maken met een stijgende zeespiegel en dat heeft ook landinwaarts effecten. We zullen steeds vaker naast hoogwater ook met laagwater te maken krijgen op rivieren. Ik weet niet of verzekeraars ook verladers verzekeren die stilliggen, omdat er te weinig diepgang is om te kunnen varen, maar zeker is dat we er allemaal last van krijgen. Daar maak ik me zorgen over. Wat zijn onze opties nu, zodat we daar later zo min mogelijk last van hebben? Het speelt al op de korte termijn. Bijvoorbeeld bij de gevolgen van de grilligheid van ons weer. We krijgen hoe dan ook meer heftige regenbuien. En we hoeven maar een paar jaar terug om ons te realiseren hoe heftig dat is. In Limburg was de schade enkele honderden miljoenen euro’s, maar in Duitsland was dat veertig miljard. En er waren 220 doden te betreuren. We moeten alles op alles zetten om te voorkomen dat die economische schades, samen met de menselijke ellende en de maatschappelijke ontwrichting, onze dagelijkse werkelijkheid wordt.”
Wat zou u het volgende kabinet willen meegeven?
“Dat we keuzes moeten maken. Vooral als het gaat om de ruimtelijke ordening. De klimaatadaptatie moet zoveel mogelijk een zachte landing krijgen. Dat betekent dat het kabinet de blik op de lange termijn moet richten. We moeten nu dingen doen voor later.”
Wat mag er zeker niet ontbreken in een nieuw regeerakkoord?
“Op de korte termijn is dat de beschikbaarheid van zoet water. Voor de industrie, de scheepvaart, de landbouw, de natuur. Nederland moet kampioen water vasthouden in plaats van afvoeren zien te worden. We hebben het in de afgelopen droge zomers aan den lijve ondervonden. We hebben echt een voorraad nodig. Die zit bijvoorbeeld in het IJsselmeer dat je onze grootste regenton mag noemen. Maar we kunnen ook in onze bodem veel meer kwijt. Laten we die bodem weer gaan gebruiken voor wateropslag, zodat we steeds onze voorraad kunnen aanvullen als dat nodig is. Overigens moet dat wel hand in hand gaan met een zuiniger gebruik van ons water. Minder gebruiken, meer opslaan.”
Dat is de korte termijn. Wat moet het kabinet voor de lange termijn hoog op de agenda zetten?
“Als we kijken naar de weersextremen die op ons afkomen, moet de overheid samen met de private sector beter gaan bouwen. Wat is het risico op die specifieke plek? Is er sprake van een slappe bodem? Waar is de dichtstbijzijnde dijk? Wat gebeurt er als het heel hard regent? Een groot deel van het vastgoed en de infrastructuur is in private handen, dus de overheid kan het niet alleen. Het rijk moet wel de regie pakken, maar het is een nationale opgave. Wettelijke kaders bieden, fiscale tegemoetkomingen en subsidies in het leven roepen, beprijzing hanteren en daarbij rekening houden met sociaal-economische verschillen. Er kan zoveel meer, maar het allerbelangrijkste is dat alle neuzen dezelfde kant op gaan staan.”
U pleit voor meer regie?
“Het is ook mijn taak om de kwetsbaarheden zichtbaar te maken. Welke consequenties je daaraan moet verbinden, laat ik graag aan het ministerie en het nieuwe kabinet over. Ik zou zeggen: doe dat samen met de medeoverheden in alle regio’s en met de private sector. Nogmaals, ik ga er strikt genomen niet over, maar het is natuurlijk wel logisch dat als je ergens wilt bouwen, je op tijd moet beginnen met voorzieningen: wegen, spoor, scholen, winkels, ziekenhuizen, etc. Dat vergt regie op nationaal niveau van meerdere ministeries en lokale overheden. Het ministerie van Binnenlandse Zaken is zich dat ook echt wel bewust. Als die regie niet wordt gepakt, krijgen we simpelweg te maken met vraag en aanbod. Dan komt er vastgoed op plekken terecht waarvan we achteraf zeggen: dat was niet zo verstandig.”
‘Overstroming in Duitsland 2021’ door bear_productions (bron: shutterstock)
Kan er, wat dat betreft, ‘gewoon’ worden gebouwd in de polder bij Gouda, het laagste punt van Nederland, dat ruim zes meter onder NAP ligt?
“Je zal mij niet horen zeggen dat je daar geen woonwijk kunt bouwen, maar ik vind in algemene zin wel dat je na moet denken waar je bouwt. Daar ligt een belangrijke rol voor de financiële sector, onder meer in het beleggingsbeleid. Ik denk overigens dat het bewustzijn bij verzekeraars al jarenlang aanwezig is. Hier in Brabant herinneren wij ons 2016 ook maar al te goed. Toen viel er zoveel hagel dat er een recordschade van 600 miljoen was te betreuren. Ik was een dag later bij een glastuinder in Someren. Dat leek wel een oorlogsgebied. En er was geen Wet tegemoetkoming schade bij rampen (Wts) van toepassing, zoals in Limburg wel het geval was.”
Eerder heeft u wel eens gezegd dat iedere schop die de grond ingaat klimaatbestendig moet zijn. Wat bedoelt u daarmee?
“Je moet weten waar je de schop de grond insteekt. Kijk eens op Klimaateffectatlas.nl en je komt op postcodeniveau heel veel te weten. Wat gebeurt daar als het hard regent? Hoe heet wordt het er in een warme zomer? Wat gebeurt er als de dijken het begeven? Al dat soort gegevens zijn voor iedere burger nu al te zien. De data zijn er, maar de communicatie en het bewustzijn laten vaak nog te wensen over. We kunnen veel kwetsbaarheden voorkomen als we allemaal wat beter opletten.”
Moet dat wettelijk worden voorgeschreven?
“Er zijn gelukkig al wat leidraden ontwikkeld, bijvoorbeeld hoeveel regenwater in het eigen gebied moet worden opgevangen en dus niet kan worden afgewenteld op de volgende polder. Maar we hebben ook zelf een verantwoordelijkheid als het gaat om bouwen. Bij nieuwbouw in België zit de koper aan allerlei verplichtingen vast. Hij moet onder meer een bepaalde hoeveelheid kubieke meter water opslaan om daar zijn wc mee door te spoelen en zijn tuin te besproeien. Het is niet alleen verplicht, er is ook handhaving. Dat soort voorwaarden zijn er in ons land nog niet en ik ben er wel voor om dat te verankeren. Dat zou kunnen met wettelijk bindende bepalingen, zoals het Bouwbesluit, maar er zijn misschien ook alternatieven. Hoe dan ook, bij vrijblijvendheid en versnippering is echt niemand gebaat.”
Dit is een verkorte weergave van het interview verscheen eerder op verzekeraars.nl. Het deltaprogramma 2024 ‘Nu voor later’ is hier te lezen.
Cover: ‘De Rijn, Gelderland’ door INTREEGUE Photography (bron: shutterstock)