Het is voor het eerst dat het terrein van tuinbouwtentoonstelling Floriade de basis is voor een nieuwe wijk. Journalist Jaco Boer concludeert in zijn mooie reportage dat de ‘omgekeerde gebiedsontwikkeling’ in Almere Hortus de toon kan zetten voor andere gebieden: ontwikkel eerst het landschap en dan de woningen.
Ook onze columnist Rinske Brand pleit voor een omgekeerde blik, in haar geval op het plan van de gemeente Rotterdam om lege winkels op te kopen. Haar devies: maak gebruik van lokale creativiteit. “Bewoners hebben een direct belang bij de verbetering. Maatschappelijke meerwaarde gegarandeerd.”
Conceptontwikkelaar Niek Bosman laat overtuigend zien dat die meerwaarde niet altijd geld hoeft te kosten. Via vijf voorbeelden maakt hij duidelijk hoe gebiedsontwikkelaars enkel aandacht en creativiteit nodig hebben om ontmoeting in buurten te stimuleren.
In het bosrijke Skellefteå lag het voor de hand om hout in te zetten voor de gebouwde omgeving. Inmiddels telt de stad een houten luchtverkeerstoren, bruggen, parkeergarages en zelfs een toren met twintig verdiepingen. De Zweden zijn overtuigd dat hout dé manier is om duurzaam en snel te bouwen, ook al rekenen zij zich niet tot de ‘hout-Taliban’.
Wat mij verder opviel deze week? De uitgebreide analyse van Christian Rommelse over de manier waarop het befaamde stratenpatroon van hygiënist en ingenieur Ildefonso Cerdà in Barcelona zich sinds halverwege de negentiende eeuw keer op keer weet te bewijzen in een veranderde stad.
Cover: ‘Weekoverzicht Cover’ door Ineke Lammers (bron: gebiedsontwikkeling.nu)