Assen door Arjen de Ruiter (bron: shutterstock.com)

Dit zijn de kansen die de Crisis- en Herstelwet aan Assen biedt

19 januari 2022

4 minuten

Casus De Crisis- en Herstelwet geeft gemeenten de mogelijkheid alvast te werken met de mogelijkheden van de Omgevingswet. Zo kunnen zij onder andere sneller (flex)woningen bouwen en flexibeler bestemmingsplannen maken. In de gemeente Assen helpt de wet bijvoorbeeld bij het ontwikkelen van de binnenstad en het realiseren van 700 woningen.

“De procedures voor de realisatie van nieuwe grootschalige energie-infrastructurele projecten die van nationaal belang zijn, gaan te traag. We brengen daarin versnelling aan door een aanpak zoals in de Crisis- en Herstelwet (Chw).”

Versnellen van de energietransitie is een van de voornemens van het nieuwe kabinet, zoals blijkt uit deze passage uit het nieuwe coalitieakkoord. Op het eerste gezicht lijkt het opvallend dat daarbij een in 2010 ingevoerde wet als voorbeeld wordt gebruikt, maar de Chw heeft zichzelf de afgelopen jaren in de praktijk al bewezen door de koppeling met de Omgevingswet (zie kader).

Flexibiliteit

Assen is een van de gemeenten die de Chw nu al gebruikt in de gebiedsontwikkelingspraktijk. De Drentse hoofdstad heeft in de Binnenstadsvisie 2030 de plannen voor het centrum vastgesteld. Een van de speerpunten van deze visie is het concentreren van het winkelaanbod. Door deze ontwikkeling maakt het noordoostelijke deel van het centrum in de toekomst geen deel meer uit van het ‘publiekshart’ en moeten de leeggekomen winkelruimtes transformeren naar (voornamelijk) woningen. Het doel is om 700 woningen in het gebied Binnenstad Noordoost toe te voegen.

De Crisis- en herstelwet biedt ons de mogelijkheid de gewenste transformatie eenvoudiger mogelijk te maken

“De Crisis- en herstelwet biedt ons de mogelijkheid de gewenste transformatie eenvoudiger mogelijk te maken”, vertelt Ger Lindeman, jurist ruimtelijke ordening bij de gemeente Assen. “We lopen daarmee vooruit op de invoering van de Omgevingswet. Een van de grote veranderingen is dat je als gemeente kan uitgaan van activiteiten in plaats van functies. Dat geeft ons hopelijk veel flexibiliteit.”

Concreet worden

De Chw moet Lindeman en zijn collega’s bij de ontwikkeling van het gebied ook daadkracht en sturingsmogelijkheden bieden. Om beter te kunnen sturen op de gewenste kwaliteit in Binnenstad Noordoost is het volgens de gemeente noodzakelijk dat de ruime bouw- en gebruiksmogelijkheden die de huidige plannen bij recht bieden aan bijvoorbeeld ontwikkelaars, enigszins worden aangepast. De verbrede reikwijdte (zie kader) biedt de ruimte om te werken met dergelijke beleidsregels. “Met de huidige regels kunnen initiatiefnemers soms ineens heel veel zonder dat wij daar als gemeente iets van kunnen vinden. De Chw biedt vooruitlopend op de Omgevingswet mogelijkheden om veel meer op kwaliteit te sturen.”

In de praktijk betekent dit dat de gemeente meer voorwaarden aan de ontwikkelingen in het gebied kan verbinden. Sturen kan op de ruimtelijke kwaliteitseisen voor de gebouwen qua uitstraling en bouwhoogte, maar ook op de eisen om de overgang tussen publieke ruimte en privé te laten aansluiten bij de functie wonen, en de verhouding tussen groen en bebouwing.

Met de huidige regels kunnen initiatiefnemers soms ineens heel veel zonder dat wij daar als gemeente iets van kunnen vinden

Qua flexibiliteit wordt de winst vooral geboekt doordat bestemmingsplannen makkelijker op te stellen zijn. De Chw geeft volgens Lindeman meer ruimte om met open normen te werken. “We kunnen via een eenvoudigere regeling de transformatie van winkelruimte naar woningen mogelijk maken. Ook zijn er regels opgenomen om gebieden die nu braak liggen of achterkantsituaties te ontwikkelen tot nieuwe woongebieden. Een stelsel van open normen biedt daarvoor flexibiliteit, zonder de mogelijkheid om te sturen te verliezen.”

Daarnaast heeft het gebruiken van de Chw procedurele voordelen. Bijvoorbeeld de uitgestelde onderzoeksplicht, legt Lindeman uit. “Wanneer de precieze ontwikkeling nog niet helemaal uitgekristalliseerd is, kunnen milieukundige onderzoeken voor een groot deel worden uitgesteld naar het moment van vergunningverlening. Bij een traditioneel bestemmingsplan kan dat maar heel beperkt.”

Spannend

Volgende maand wordt het bestemmingsplan definitief vastgesteld door de gemeenteraad. In de periode daarna zal blijken of de voordelen die door het inzetten van de Chw in theorie lijken te ontstaan, ook in de praktijk uitkomen. “Het is een dynamisch gebied dat vraagt om flexibiliteit en maatwerk. We kunnen de ontwikkeling hopelijk versnellen doordat we de bestemmingsplannen makkelijker kunnen aanpassen zonder dat we de flexibiliteit verliezen. Nu is het zo dat je alles zeer gedetailleerd moet vastleggen, want voor alles dat in de praktijk uiteindelijk afwijkt van de oorspronkelijke plannen moeten we een nieuwe procedure beginnen.”

Lindeman omschrijft de werkwijze en de praktische uitwerking van de wet als spannend, onder andere vanwege de veranderingen die op de ambtelijke organisatie liggen te wachten. “Traditioneel gezien is een vergunningsverlener als de gemeente gewend strakke kaders te hanteren en initiatieven aan de hand van die kaders te toetsen. Dan past een initiatief of het past niet. Door de nieuwe wet ontstaat er veel meer ruimte om afwegingen te maken, maar ook meer ruimte om maatwerk te leveren. Dat vraagt om een andere rol van de gemeente, die dan meer gericht is op het managen van het vergunningverleningsproces. Er is een veel nauwere samenwerking tussen vergunningverleners, stedenbouwkundigen en andere disciplines in de organisatie noodzakelijk.”

In oktober vorig jaar kondigde de Rijksoverheid met trots aan dat steeds meer gemeenten de Crisis- en herstelwet (Chw) gebruiken om sneller (flex)woningen te kunnen bouwen. De in 2010 ingevoerde wet was oorspronkelijk bedoeld om (bouw)projecten te versnellen zodat bouwbedrijven ook tijdens de economische crisis nog voldoende werk hadden. Maar sinds een aantal jaar wordt de Chw vooral ingezet als mogelijkheid voor overheden om alvast te experimenteren met de mogelijkheden van de Omgevingswet voordat deze wet (waarschijnlijk) op 1 juli wordt ingevoerd.

Het gebruik van de wet levert volgens de Rijksoverheid voordelen op. Gemeenten kunnen in aangewezen gebieden flexibeler bestemmingsplannen maken om zo ruimte te creëren voor nieuwe woningen en duurzaamheidsprojecten. Ook mogen zij door de wet sociale koopwoningen met een hogere maximale verkoopprijs bouwen (310.000 euro) en kunnen gemeenten door de Chw nu al werken met het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte. Zo kunnen onderwerpen als veiligheid, landschappelijke of stedenbouwkundige waarden, het uiterlijk van bouwwerken en duurzaamheid en milieu direct worden meegenomen. Deze manier van werken is vergelijkbaar met het integrale karakter van het omgevingsplan uit de Omgevingswet.


Cover: ‘Assen’ door Arjen de Ruiter (bron: shutterstock.com)


Jasper_monster_sandervanwettum door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Jasper Monster

Redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024