Verslag Hoe kan je van een verdichte stad toch een prettig leefbare stad maken? Over die vraag boog een internationaal panel van gebiedsontwikkelaars zich tijdens het recente evenement ‘Urban Future’. Duidelijk werd dat een sociale en groene wijk op de tekentafel kan ontstaan, maar net zo goed in bestaand hoogstedelijk gebied kan worden gestimuleerd. Naar bewoners luisteren is altijd de sleutel.
Een levendige buurt ontstaat niet vanzelf. Daar zijn – uiteraard – sociale voorzieningen voor nodig. In de Kopenhaagse wijk Jernbanebyen, een van de projecten die tijdens het evenement de revue passeert, wordt een voormalig spoorwegemplacement herontwikkeld tot groene stadswijk. Maar waar gebiedsontwikkelingen vaak met de realisatie van woningen beginnen, zijn in Jerbanebyen de sociale voorzieningen juist als eerste opgeleverd. In een oude fabriekshal middenin de wijk is Spor10 gecreëerd, een buurthuis annex sportcomplex en cultureel centrum.
Model omgedraaid
“De belangrijkste uitdaging in grootschalige stedelijke transformaties is tijd,“ vertelt Jesse Shapins van projectontwikkelaar Urban Partners. “De traditionele aanpak van zowel commerciële partijen als gemeentes is om de gebouwen die het meeste geld opleveren als eerste neer te zetten en dat geld te gebruiken voor de publieke voorzieningen. Wij hebben het model omgedraaid en zijn begonnen met de sociale infrastructuur die de gemeenschap en de identiteit van het gebied vormgeven. Wij geloven dat ook vanuit een commercieel oogpunt dit het meeste oplevert: we verhogen de waarde door een plek te maken waar mensen graag verblijven.”
Dit vraagt volgens Shapins zowel om langetermijnplannen als het goed inspelen op hoe een buurt zich ontwikkelt. Voor een bloeiend sociaal leven is flexibiliteit onmisbaar. Zo kan samen met (toekomstige) bewoners vorm worden gegeven aan de sociale voorzieningen waar zij zelf behoefte aan hebben.
De straat als woonkamer: dat is een van de uitgangspunten van de ‘Superblocks’ in Barcelona. Xavier Matilla Ayala werkte als stadsarchitect aan het programma dat 500 buurtjes in Barcelona autoluw en groener moet maken. Door voetgangers en fietsers prioriteit boven gemotoriseerd verkeer te geven, groeit de sociale cohesie in wijken. “Op straat ontmoeten de privésfeer en de publieke sfeer elkaar,” vertelt Matilla. Onderdeel van de Superblocks is vrij toegankelijk straatmeubilair zoals picknicktafels en bankjes – interventies die in samenspraak met buurtbewoners uitgeprobeerd worden vóór de definitieve knoop wordt doorgehakt over de inrichting van de straat.
Deze werkwijze wordt ook wel ‘Tactical Urbanism’ genoemd: door tijdelijk betaalbare en kleinschalige aanpassingen in de openbare ruimte te doen, worden langetermijnplannen getoetst en verbeterd. Een aanpak die ook in Rotterdam heeft postgevat. Daar is onder meer gewerkt aan ‘Happy Streets’, waarbij op verschillende plekken in de stad parkeerplaatsen in zit- en speelplekken werden veranderd en grote plantenbakken in het straatbeeld verrezen.
Het tastbaar maken van hoe de stad eruit kan komen te zien, maakt het makkelijker om bewoners te betrekken in planvorming, vertelt José Besselink, stedenbouwkundige bij de gemeente Rotterdam. Het is dan wel belangrijk dat je in staat bent snel door te pakken. “Je moet de follow-up van tevoren kunnen garanderen. Als je niet in staat bent om na een geslaagde tijdelijke aanpassing deze permanent te maken, zorg je voor teleurstellingen.”
Samenwerking met bewoners
Voor het inpassen van sociale en groene voorzieningen in reeds dichtbebouwde steden is samenwerking met bewoners essentieel, benadrukken de sprekers. Maar dat wil niet zeggen dat álle bewoners zich achter een plan hoeven te scharen, merkt Matilla op. Op een prettige en ontspannen manier leren omgaan met tegenstanders, is belangrijker dan iedereen overtuigen. “Je hoort altijd veel van de tegenstanders van maatregelen. Maar er is vaak een stille meerderheid die weinig aandacht krijgt,” voegt Christophe Najdovski toe. Hij is wethouder van Parijs en verantwoordelijk voor een veelomvattende vergroeningsoperatie in de Franse hoofdstad.
‘Groene daktuin in Rotterdam’ door R. de Bruijn_Photography (bron: Shutterstock)
Het autoluw maken van een deel van de oever van de Seine zorgde voor ophef en een gerechtelijke procedure die uiteindelijk in het voordeel van het stadsbestuur werd beslist. “Na de uitspraak van de rechter bleek uit een opiniepeiling dat – ondanks het jarenlange verzet – de steun voor het plan met 10 procent was toegenomen.” Najdovski benadrukt dat luisteren naar bewoners soms ook om standvastigheid vraagt en het telkens opnieuw in gesprek gaan om de voordelen van een interventie over het voetlicht te brengen.
Spelende kinderen
De leefbaarheid in steden vergroten kan niet zonder het perspectief van de bewoners mee te nemen, stellen de panelleden. Zowel voor bestaande als nieuwe buurten is dit de sleutel tot succes. Wel vraagt dit om flexibiliteit van planmakers – soms is het nodig om ingrepen eerst uit te proberen voordat definitieve beslissingen worden genomen. Toch is leefbaarheid iets wat iedereen direct herkent, stelt Najdovski: “Dat een stad leefbaar is, zie je aan kinderen die op straat spelen – dat is misschien wel de belangrijkste indicator voor succes. Als er voldoende open ruimte is voor kinderen om de stad terug te veroveren en er ruimte is voor ouderen om op een bankje te zitten en elkaar te ontmoeten.”
Cover: ‘Auto vrije zone in Barcelona’ door Stanislavskyi (bron: Shutterstock)