Verslag Bij erfgoed denken we in eerste instantie misschien niet zo snel aan Lelystad. Toch is ook hier inmiddels het nodige interessante onroerend goed met historie te vinden. Dat bovendien bij stedelijke transformatie de kwaliteit van een gebiedsontwikkeling aantoonbaar kan versterken.
In Lelycentre bespreken verschillende experts de waarde en het behoud van het nieuwe Post 65 erfgoed. Dit onroerend erfgoed uit de periode van 1965 tot 1990 vinden we bij uitstek in dit oudste deel van Lelystad. Zoals bijvoorbeeld het Smedinghuis, een kantorencomplex waar bestuurders, ambtenaren en architectuurhistorici samenkomen om de kansen van erfgoed bij stedelijke transformatie te verkennen.
“Mooi of lelijk is steeds minder een argument bij erfgoed, het gaat ook om andere manieren van waarderen.” Martijn Oosterhuis, adviseur erfgoed en ruimte bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, laat de aanwezigen met deze observatie anders kijken naar de gebiedsontwikkeling in het ruim 50 jaar oude Lelycentre. Dan zien zij het Smedinghuis niet langer als een massief half leegstaand kantoor in een wat verloederd gebied, maar juist als een icoon van de ontwikkeling van Lelystad. Dit voormalige hoofdkantoor van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders uit 1971 is inmiddels opgenomen in een lijst van gebouwen met cultuurhistorische waarde. Het is de plek waar vorige eeuw onder meer Lelystad werd ontworpen en bestuurd.
Eigenheid
Het Smedinghuis (ontworpen door Du Pon en Van Mourik) is een goed voorbeeld van Post 65 erfgoed, onroerend erfgoed in Nederland uit de periode van 1965 tot 1990. In haar cultuurhistorische verkenning van Lelystad wijst Michelle Provoost (International New Town Institute) op de futuristische architectuur dat het complex zijn esthetische en architectonische eigenheid geeft. Ook is het karakteristiek voor Lelystad dat deze kantoren zijn gebouwd in aansluiting op de verhoogde fiets- en voetgangersroutes door het gebied. Bij veel andere gebouwen in Lelystad is dit kenmerk al verdwenen.
“Het Smedinghuis is de Witte Kathedraal van Lelycentre, we moeten het behouden”, stelt Reinoud Hartmans (gemeente Lelystad) als projectmanager van de ontwikkeling van dit gebied. De inzet daarvan is om leegstaande kantoren te transformeren naar woningen en de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren met meer groen en minder parkeerplaatsen. Een uitdaging bij deze gebiedsontwikkeling die in 2019 begon is het versnipperd grond- en vastgoedbezit. Maar Hartman’s ambitie is duidelijk: “We willen het Smedinghuis herontwikkelen als vlaggenschip van een gebied met de gemengde functies van wonen en werken.”
Door een ‘erfgoedbril’ naar stedelijke transformatie kijken is een recente ontwikkeling in Lelystad, legt wethouder Sjaak Kruis uit. Hij begon zijn werkzame leven in het Smedinghuis bij de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders en is nu wethouder met onder meer grondzaken en kunst en cultuur in zijn portefeuille. “Voor ons is erfgoed een nieuwe tak van sport. In het begin zijn daar in Lelystad akelige fouten mee gemaakt”, stelt hij. Hij doelt op de sloop in 2012 van het markante gebouw De Waterwijzer. Een ingreep die nu wordt betreurd.
“Inmiddels zijn we ons bewust van het belang van erfgoed”, zegt beleidsadviseur Eric Pul. “We realiseren ons steeds meer dat erfgoed essentieel is om het verhaal van Lelystad door te geven aan komende generaties.” Ook bij Lelystedelingen zelf is er veel interesse voor het erfgoed van de jonge stad. De eerste presentatie die Michelle Provoost gaf van de cultuurhistorische verkenning was helemaal uitverkocht. “Lelystad heeft een slecht imago bij buitenstaanders. Een positief verhaal zoals dit geeft dan een gevoel van trots”, stelt Provoost.
Erfgoedwaarden
Ook in de rest van het land zijn er nog veel uitdagingen om erfgoed te behouden bij transformaties. Nog lang niet overal is men zich bewust van de waarde van Post65 erfgoed. Volgens Provoost was dat eerder ook zo bij de wederopbouwarchitectuur. “Van die gebouwen zijn we steeds beter de waarde gaan zien.” Die waarde gaat verder dan alleen de historische of esthetische betekenis. Het erfgoed koesteren is ook belangrijk voor een geslaagde stedelijke transformatie. ”Je moet niet steeds opnieuw beginnen, maar vooral ook kijken naar de al opgebouwde kwaliteiten.” Bovendien zorgen de oudere gebouwen voor betaalbare ruimte waar bijvoorbeeld mensen uit de creatieve industrie kunnen werken. “Dat is een humuslaag die je wilt behouden en waarvoor nieuwe gebouwen vaak te duur zijn.”
Niet slopen
“Ga niet slopen zonder dat je in beeld hebt gebracht wat je hebt”, vat Martijn Oosterhuis het nog eens bondig samen. Als adviseur erfgoed en ruimte bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed is hij betrokken bij twee instrumenten die helpen bij het omgaan met erfgoed bij stedelijke transformatie. De handreiking Borging van Post 65 erfgoed geeft eigenaren en beleidsmakers handvatten om de waarde van Post 65-erfgoed te borgen in de verschillende instrumenten van de Omgevingswet: het is een instrument voor participatief beleid. De handreiking Transformeren met cultureel erfgoed is nuttig voor het opstellen van transformatiekaders. Dit helpt bijvoorbeeld stedenbouwkundigen en beleidsmakers om de aanwezige erfgoedwaarden in beeld te brengen.
‘luchtfoto van winkelcentrum Lelycentre en de Zuiderzeewijk. De Zuiderzeewijk is een wijk in Lelystad en is het oudste deel van de stad.’ door AVenZo - Ludo de Rooij (bron: Shutterstock)
“Je moet eerst de waardestelling van het erfgoed op orde hebben om daarmee het ontwerp te voeden”, licht Oosterhuis toe. Het transformatiekader geeft eigenaren en ontwikkelaars duidelijkheid over de maximale verandering en verdichting die mogelijk is zonder afbreuk te doen aan de aanwezige cultuurhistorische kwaliteit. In het transformatiekader voor bijvoorbeeld het Keizer Karelplein in Nijmegen zijn de ruimtelijke kernwaarden van het negentiende-eeuwse stadsgezicht vertaald naar uitgangspunten voor nieuwe bebouwing.
Een belangrijke uitdaging bij de borging van het erfgoed is natuurlijk om alle betrokkenen mee te krijgen: van eigenaren tot omgeving. Het behoud en de transformatie van erfgoed is een kwestie van lange adem, stelt Arno Boon, directeur van BOEi, een non-profitorganisatie organisatie die zich al sinds 1995 bezighoudt met het restaureren en herbestemmen van cultureel erfgoed. In die ruim 25 jaar heeft BOEi € 200 miljoen geïnvesteerd om meer dan 500 leegstaande gebouwen en gebieden een nieuw leven in te blazen.
Zijn belangrijkste lessen? “Zorg dat je het gebouw heel goed kent, ga eerst meten en daarna pas rekenen. En zoek naar een de functie die past bij het gebouw. Zeker bij de transformatie naar woningen moet je daar op letten.” Voor zijn laatste tip kijkt Boon veelbetekenend naar het verlaten kantoor aan de overkant van het Smedinghuis, waar de luxaflex er treurig bij hangt. “Zorg voor reuring in een gebouw, ook al staat het leeg. Anders geef je mensen juist argumenten dat het niets waard is. Bijvoorbeeld door het gebouw kostenneutraal in tijdelijk gebruik te geven: en gebouw moet blijven leven.”
Dit artikel is een verslag van de kennissessie over de kansen van erfgoed bij transformatie die 10 mei 2023 plaatsvond in Lelycentre. Deze sessie was een samenwerking tussen het programma Stedelijke Transformatie, het Nationaal Renovatie Platform en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op stedelijketransformatie.nl
Cover: ‘Voetgangersbrug met voetgangers naar groot wit kantoorgebouw (Smedinghuis) van Rijkswaterstaat in Lelystad’ door T.W. van Urk (bron: Shutterstock)