22 april 2012
2 minuten
Nieuws Duurzame gebiedsontwikkeling blijft. Hoewel er misschien nog maar weinig gebieden daadwerkelijk duurzaam zijn ontwikkeld is er des te meer over geschreven en gepubliceerd. Voor iedereen die aan de slag moet, wil en kan met duurzame gebiedsontwikkeling biedt het Nirov een handzaam overzicht van de stand van zaken van duurzame gebiedsontwikkeling in Nederland. Daarnaast is de publicatie ook een verslag van de discussie die het Nirov in 2011 met haar partners heeft gevoerd in drie partnerbijeenkomsten over Samenwerken, Regelgeving en Financiering. Koplopers op het gebied van duurzame gebiedsontwikkeling uit het bedrijfsleven, overheid en kennisorganisaties zijn gevraagd een bijdrage te leveren aan deze publicatie. Dit heeft zich vertaald in een overzicht van visies, publicaties, plannen van aanpak en overheidsbeleid rondom duurzame gebiedsontwikkeling uitgebracht in de afgelopen jaren.
Presentatie publicatie State of the art Duurzame gebiedsontwikkeling
Het Nirov heeft hieruit de volgende rode draden gedestilleerd:
Ontwikkel gebiedsgericht. Benut en versterk de kernkwaliteiten van het gebied. Werk samen met de bewoners, gebruikers en ruimtevragers en mobiliseer aanwezige hulpbronnen slim om te kunnen voorzien in behoeften van gebiedsgebruikers.
Creëer waarde op lange termijn door ook zachte waarden te monetariseren. De gerichtheid op de langere termijn en de waardecreatie geven een beter zicht op financieringsmogelijkheden dan het denken in termen van winst en terugverdientijden.
Het is belangrijk wie er aan tafel zitten en meebeslissen. Een belangrijk criterium is daadwerkelijk kunnen toevoegen van waarde.
Het mentaal mede-eigenaar zijn van een ruimtelijke opgave draagt bij aan de wil om te investeren. Er valt nog veel te leren over hoe deze participatieve processen in gebiedsontwikkeling worden georganiseerd.
Op 10 april 2012 werden deze rode draden toegelicht tijdens de Nirov-partnerbijeenkomst waar de publicatie werd gepresenteerd. Tijdens deze bijeenkomst werden de rode draden uit de publicatie verder uitgediept. Hoe krijg je mensen mee om daadwerkelijk te participeren in het duurzaam ontwikkelen van een gebied?
De bijeenkomst vond plaats in het Schieblock, waar de aanwezigen onder begeleiding van Anne Wil Hop van ZUS architecten een eerste voet hebben gezet op de luchtsingel, een brug die door het Schieblock heen steekt. De brug moet de reuring terugbrengen rondom het Hofplein en legt een verbinding tussen Rotterdam Noord en het centrum. Een illustratief voorbeeld voor een van de rode draden uit de publicatie: een nieuwe vorm van financiering, waardecreatie en crowdfunding. Als er een verbinding is komen er vanzelf winkeltjes, cafe”s en bedrijven. En de bewoners betalen mee aan de brug door een plank te kopen met hun naam erop. Bewoners spelen dus zelf heel direct een rol in de inrichting van hun eigen leefomgeving. Hiermee raken we ook een ander thema dat centraal staat in de publicatie: Het initiatief moet vanuit de bewoners komen. Iets waar Joke Sickmann (SIESTA) over mee kan praten.
Joke Sickmann is de Grand Dame achter de herontwikkeling van de Wagenwerkplaats te Amersfoort. Ze heeft een web gesponnen rondom de belanghebbenden in het gebied, door vertrouwen te winnen en open kaart te spelen. Dankzij dit brede netwerk is het cultureel erfgoed van de Wagenwerkplaats bewaard gebleven. Mensen zoals Joke Sickmann zijn een belangrijke schakel om te komen tot duurzame ontwikkeling: Authentieke mensen met kennis die zich verbonden voelen met de plek oftewel zich “mentaal eigenaar” voelen. Mensen met passie voor duurzaamheid en de kracht om verbinding te leggen.“Dat soort mensen hebben we nodig en die zijn er ook” aldus Ivo Opstelten. (SEV/Energiesprong).
Cover: ‘Thumb_ontwerp en proces_0_1000px’