28 oktober 2013
2 minuten
Nieuws De betrokkenheid van het rijk bij de planning van de huizenbouw blijft beperkt tot gebieden waarvoor grote en ingewikkelde plannen bestaan, zoals rond Amsterdam en in Rotterdam-Zuid. Voor de rest zijn het in de eerste plaats de provincies en gemeenten die verantwoordelijk zijn voor de bouw van voldoende huizen.
Actiever aanspreken
Dat schrijft minister Stef Blok (Wonen) vrijdag in een reactie op de voorstellen van een Kamercommissie die onderzoek deed naar de huizenmarkt. De commissie onder leiding van D66-Kamerlid Kees Verhoeven vindt dat de minister provincies en gemeenten actiever moet gaan aanspreken op de voortgang van de huizenbouw.
Krimpgebieden
Maar Blok houdt het er in zijn reactie op dat de rijksoverheid betrokken is bij grootstedelijke gebieden en ook een rol speelt in regio's waar de bevolking wegtrekt, de zogeheten krimpregio's. In delen van het land waar de woningmarkt in evenwicht is, zijn de provincies aan zet als het gaat om woningbouw in de regio. Verdere afstemming en uitvoering van de woningbouw is dan aan de gemeenten. ,,Het advies van de commissie vormt voor het kabinet geen reden om in deze gebieden een andere rijksrol te overwegen."
Woningbehoefte
Om de lokale overheden van dienst te zijn bij de planning van woningbouw laat het rijk wel prognoses maken van de behoefte aan woningen. Verder is het ministerie bezig belemmeringen weg te nemen in de regels voor onder meer ruimtelijke ordening, bouwkwaliteit en milieu. Ook belooft Blok dat hij vanaf volgend jaar de Tweede Kamer voorafgaand aan de behandeling van zijn begroting zal informeren over de ontwikkelingen op de woningmarkt.
Cover: ‘2013.10.28_Gemeenten en provincies_180’