Nieuws Goed nieuws voor de Stedendriehoek, Twente en Limburg-Centraal. Minister Mona Keijzer maakt in een Kamerbrief bekend dat de verstedelijkingsstrategieën voor deze regio’s verder uitgewerkt worden. Minder goed nieuws lijkt er voor de toekomst van de Lelylijn en Nedersaksenlijn te zijn.
Minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening maakte gisteren in een Kamerbrief de uitkomsten bekend die voortkomen uit de bestuurlijke overleggen (Leefomgeving waarin Rijk en regio jaarlijks afspraken maken over de grote ruimtelijke opgaven. Voor de regio’s Twente, Limburg-Centraal en de Stedendriehoek (Apeldoorn-Deventer-Zutphen) betekent dit concreet dat de langgekoesterde verstedelijkingswensen nu ook echt concreet worden met “het uitwerken van de integrale verstedelijkingsstrategieën.”
Woningen boven windmolens
In het persbericht dat met de Kamerbrief is meegestuurd, worden de ambities voor de drie regio’s nog eens uiteengezet. In Twente is tot 2050 een groei van 69.000 woningen mogelijk in de steden Enschede, Hengelo en Almelo. Het doel is om naast de woningbouw ook thema’s als bedrijvigheid, voorzieningen, cultuurhistorie en recreatie mee te nemen in deze plannen. Limburg-Centraal is de verzamelnaam voor de plannen voor zes Limburgse steden met een intercitystation: Maastricht, Heerlen, Sittard-Geleen, Roermond, Weert en Venlo. In deze steden is volgens de minister ruimte voor 35.000 woningen op loopafstand van één van deze stations. In Limburg moet de woningbouw samengaan met investeringen in onder meer de bestaande woningvoorraad, economie en klimaatadaptatie. In de Stedendriehoek moeten er tot 2040 40.000 extra woningen bijkomen. “De regio wil groeien, met behoud van het groene landschap van Veluwe en IJssel en passend bij de identiteit van het gebied.”
Keijzer geeft in de brief ook al een schot voor de boeg wat betreft de nieuwe Nota Ruimte. “Het voorontwerp van de Nota Ruimte geeft een overzicht van de grote ruimtelijke opgaven van ons land. Maar op onderdelen zal het kabinet kiezen voor een andere koers in lijn met het regeerprogramma. Zo legt dit kabinet sterker de nadruk op wat wel kan, bijvoorbeeld door slim combineren en innoveren. Daarnaast werkt het kabinet aan de bescherming van hoogwaardige landbouwgrond en gaan woningen boven windmolens als er sprake is van concurrentie om grond.”
Mitsen en maren
In de Kamerbrief en bijbehorende documenten wordt ook duidelijk wat voor nu de bestuurlijke toekomst is van de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. Vorige maand gaven bestuurders uit de Noordoostpolder nogmaals aan dat men de Lelylijn maar wat graag ziet komen, maar vorige week werd bekend dat de plannen voor beide lijnen in de ijskast worden gezet. Die geruchten worden nu bevestigd. “In het Regeerprogramma en het Hoofdlijnenakkoord staan de Lelylijn en Nedersaksenlijn opgenomen als belangrijke spoorlijnen. Het kabinet voelt zich gebonden aan dit akkoord en zou graag een stap willen zetten. Op dit moment is de tijd daar echter nog niet rijp voor.”
Hoewel de minister op papier alle opties nog openhoudt, bieden haar uitspraken gezien alle mitsen en maren, niet al te veel hoop voor de nabije toekomst van beide lijnen. “Het Kabinet heeft nog geen standpunt ingenomen hoe het beste verder te gaan met deze twee projecten. Enerzijds zijn de ambities groot en wordt gezien dat beide spoorlijnen van grote meerwaarde kunnen zijn voor Noordelijk Nederland. Anderzijds is er op dit moment geen zicht op de financiële middelen die nodig zijn voor deze projecten. Uiterlijk bij Voorjaarsnota 2025 zal door het kabinet het definitieve besluit over de vervolgstap voor de Lelylijn en een vervolgstap voor Nedersaksenlijn worden genomen.”
Lees de volledige Kamerbrief op de website van de Rijksoverheid.
Cover: ‘Twentekanaal’ door hans engbers (bron: Shutterstock)