Casus Stadsontwikkeling, identiteit en participatie zijn in de moderne Europese stad onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar het karakter van die verbintenis is in elke stad anders. In het boek Participate! Portraits of Cities and Citizens in Action beschrijven de auteurs de resultaten van vijf jaar onderzoek naar participatie en stedelijke ontwikkeling. Groningen is een van de steden die centraal staat in het boek.
In het boek, dat afgelopen zomer uitkwam, laten de schrijvers zien hoe het zelfbeeld van Europese steden terugkomt in hun benadering van stadsontwikkeling. In zes portretten wordt de, volgens de auteurs complexe, wereld van stedelijke ontwikkeling, identiteit en participatie in Berlijn, Hamburg, Parijs, Lyon, Amsterdam en Groningen ontleed en worden per stad de aansprekende en minder geslaagde voorbeelden van burgerparticipatie geschetst.
G-1000
Groningen wordt door de vier auteurs omschreven als een stad waar de burgerparticipatie van ver heeft moeten komen. Van de sloop van cultureel centrum De Harmonie in de jaren 70, waarbij ondanks protesten vanuit de bevolking het stadsbestuur toch besloot het gebouw tegen de vlakte te gooien, tot de bouw van het Groninger Museum in de jaren 80 en de herinrichting van de Grote Markt in de jaren 90. Tot begin deze eeuw kwamen de participatieprocessen op de bekende ladder van Arnstein niet verder dan de informeren- en consultatietrede.
Maar die tijd is veranderd, is de rode draad van het hoofdstuk. Net als in andere Nederlandse steden werd de stem van burgers in stedelijke ontwikkelingsprocessen deze eeuw steeds luider. En waar de participatietrajecten tot 10 jaar geleden vooral werden gedomineerd door gemotiveerde professionals, zorgde het G-1000 initiatief er vanaf 2015 voor dat de gemeente Groningen meer en meer open ging staan voor participatietrajecten die vanuit de inwoners van de stad zelf kwamen.
Ondoorzichtig
De vraag die de auteurs zichzelf in het boek stellen: heeft deze verandering in denken de positie van de burger in de Groningse participatieprocessen ook echt verbeterd? Om die vraag te kunnen beantwoorden, zijn twee verschillende trajecten uit de stad geanalyseerd. In het Toentje-project produceerden vrijwilligers op een braakliggend stuk grond op duurzame en professionele wijze verse groenten en kruiden voor de Groningse voedselbank. Met de Vinkmobiel konden ouderen uit de Groningse wijk Vinkhuizen ondanks het wegbezuinigen van de buslijn toch op pad omdat ze door vrijwilligers werden rondgereden in elektrische voertuigen.
Twee vergelijkbare initiatieven met één groot verschil: de steun vanuit de Groningse lokale overheid. Waar Het Toentje vanaf het begin goed werd ondersteund door de politiek en ambtenaren, liep dat voor de Vinkmobiel heel anders. Want ondanks dat Groningen openstaat voor burgerparticipatie blijven de grenzen en drempels voor burgerparticipatie volgens de onderzoekers ondoorzichtig. Ambtenaren kunnen in interviews niet goed uitleggen waarom project A wel de steun heeft gekregen, terwijl die steun bij project B juist werd ingetrokken.
Willekeur
De auteurs concluderen dat de Groningers de afgelopen tien jaar veel meer mogelijkheden tot participatie hebben gekregen. De gemeente staat veel meer open voor initiatieven en burgers worden meer en meer gehoord. Bij het platform Burgerinitiatieven Gemeente Groningen zijn bijna 200 initiatieven aangesloten. Maar toch, zo stellen de onderzoekers, is er voor burgerinitiatieven geen gelijk speelveld. Dat tonen de casussen van Toentje en de Vinkmobiel aan.
Hoe dat kan en wat die drempels en grenzen zijn? Dat blijft ook voor de onderzoekers gissen. Zaken die in de ene casus als argument voor de steun vanuit de gemeente werden gegeven, werden in de andere casus als tegenargument gepresenteerd. Het feit dat de regels in het proces niet duidelijk zijn, leidt ertoe dat er willekeur ontstaat en dat kan zowel het niveau als de toegankelijkheid van de burgerparticipatie beïnvloeden.
Het hele hoofdstuk over Groningen is hier (pdf) te vinden. Het boek Participate! Portraits of Cities and Citizens in Action van Menno van der Veen en Jan Willem Duyvendak (ed.) is te bestellen via de website van nai010.
Cover: ‘Boek Participatie’ (bron: Menno van der Veen)