2013.12.12_Groot contrast_660

Groot contrast in waardering van bloemkoolwijken

12 december 2013

2 minuten

Onderzoek De meeste bewoners van ‘bloemkoolwijken’ zijn tevreden tot zeer tevreden over hun wijk. Dat komt met name door de woning, het voorzieningenaanbod, de groene opzet, de rust en de buurtcontacten. De waardering van de vakwereld staat daar haaks op: ze vindt de bloemkoolwijken verleden tijd.

Dat blijkt uit onderzoek naar de kansrijke kenmerken van ‘bloemkoolwijken’ dat Bouwfonds Ontwikkeling en de Faculteit Bouwkunde van de TU Delft hebben gedaan. Twintig procent van de Nederlandse woningen bevindt zich in ‘bloemkoolwijken’ die vanwege hun kronkelige structuur met woonerven iets van een bloemkool weg hebben. De wijken werden tussen 1965 en 1985 gebouwd, waarvan sommige nu toe zijn aan renovatie.

1.400 bewoners

Het doel van het onderzoek was achterhalen welke achterliggende principes en ruimtelijke kenmerken van ‘bloemkoolwijken’ te gebruiken zijn bij de ontwikkeling van toekomstige woonbuurten. Zo enquêteerden de onderzoekers 1.400 bewoners in tien wijken. Ook deden 300 professionals mee uit de vakwereld (ontwikkelaars, gemeenten, bouwers, adviesbureaus, corporaties). Met name in die hoek heerst de gedachte dat ‘bloemkoolwijken’ passé zijn. Verder keken de onderzoekers naar de waardeontwikkeling van de woningen in de tien wijken, en deden zij een ruimtelijke analyse van de gebruikte stedenbouwkundige concepten en kenmerken.

Mogelijke herontwikkeling

De opzet en indeling van de ‘bloemkoolwijken’ zijn interessant vanwege de hernieuwde aandacht voor collectieve zaken op wijk- en buurtniveau. Volgens ontwikkelaars en gemeenten is er mogelijk iets te leren van de ruimtelijke opzet en achterliggende principes van deze wijken, zodat die te gebruiken zijn bij hedendaagse gebiedsontwikkeling. Hoogleraar Woningontwerp TU Delft, Dick van Gameren: "Het onderzoek levert op die manier ook een inhoudelijke en maatschappelijke bijdrage aan de opzet en vormgeving van woonbuurten". Ook kunnen de inzichten een rol spelen in de mogelijke herontwikkeling van oude ‘bloemkoolwijken’.

De onderzoekers geven alvast een voorzet. Ze schuiven twee modellen naar voren die interessant lijken voor hergebruik in nieuwbouwplannen. Het eerste model laat cul-de-sac pleintjes (doodlopende parkeerhofjes) zien omsloten door bebouwing met een openbare groenzone en routes voor langzaam verkeer tussen de verschillende woonclusters. In het tweede model grenzen de woningen niet aan parkeerpleintjes, maar zijn ze verspreid over een gemeenschappelijke groenzone die bereikbaar is via ‘30km-straten’.

Verbeterd inzicht

Han Joosten, Hoofd Marktonderzoek van Bouwfonds Ontwikkeling, zegt dat dat de combinatie van ruimtelijk onderzoek en bewonersenquête heeft geleid tot een sterk verbeterd inzicht in de waardering van bewoners van ‘bloemkoolwijken’ voor de ruimtelijke kenmerken van hun woonomgeving. “Om nu een vertaling te kunnen maken naar nieuwbouwplannen, is het waardevol om de meest kansrijke concepten ook te toetsen bij bewoners in andere type wijken.”

- Download het rapport 'Bloemkoolwijken: een uitgekookt concept' (pdf)

Videoreportage

Zie ook:


Cover: ‘2013.12.12_Groot contrast_660’



Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024