Casus De uitbreidingswijk Skoatterwâld in Heerenveen nadert haar voltooiing met als resultaat meer dan tweeduizend woningen in een parkachtige omgeving, op fietsafstand van het centrum. Tijd om de balans op te maken met de wethouder die aan de wieg stond van de gebiedsontwikkeling en de gemeentelijke projectmanagers, die het concept ‘landschappelijk wonen’ met strakke hand bewaken.
Skoatterwâld ontleent haar naam aan de bossen van het dorp Oranjewoud en het waterrijke veenlandschap van de voormalige gemeente Schoterland. De wijk ligt te midden van bosrijke lanen aan de zuidkant – waar de eerste woningen werden gebouwd – en singels aan de noordkant, waar de bouw nog in volle gang is en de laatste kavels te koop staan. De kwaliteit van de openbare ruimte was vanaf het begin het leidmotief bij de opzet van de wijk.
“Dat dit gepaard ging met lagere grondopbrengsten, namen we voor lief,” zegt Frans Bouwers, die als wethouder van 1994 tot 2006 zijn stempel drukte op Skoatterwâld, samen met Ashok Bhalotra en Harm Zeedijk van het Rotterdamse stedenbouwkundige bureau Kuiper Compagnons. “Graag was ik nog eens met Ashok door Skoatterwâld gelopen om te kijken wat er van zijn en onze ideeën geworden is,” schreef Bouwers nostalgisch bij de dood van Bhalotra in 2022. In Groot Heerenveen noemde hij de architect, die eerder naam maakte met de wijk Kattenbroek in Amersfoort, “de verleider, de intellectueel, de wereldburger, geboren in India, maar thuisgekomen in Nederland.”
Open landschap
“We hadden een goede match,” zegt Bouwers, die vóór zijn wethouderschap 25 jaar had gewerkt bij het ministerie van Landbouw en zich daar vooral bezig had gehouden met plannen voor recreatie en toerisme in het noorden van het land. Die ervaring kwam hem goed van pas, toen hij eind jaren negentig voor de opdracht stond een nieuwe woonwijk te ontwikkelen voor de Friese gemeente van zo’n 40.000 inwoners. Een gemeente die zich weliswaar geen stad mag noemen, maar dankzij haar gunstige ligging hoog scoort qua bedrijvigheid. Voor nieuwe woningen was echter alleen ruimte aan de oostkant van de gemeente. Een ingewikkelde locatie, want binnen één kilometer heb je te maken met snelwegen, kanalen en een spoorlijn. Hoe maak je daar een nieuwe wijk?
‘Totaalkaart Skoatterwâld’ (bron: Gemeente Heerenveen)
Bouwers: “Friezen hechten aan hun open landschap. Dat was al aangetast door de aanleg van Internationaal Bedrijventerrein Friesland. Iedereen snapte dat er maar één geschikte locatie voor een nieuwe woonwijk was, maar de invulling lag gevoelig. Daarom stelden we met het bureau van Bhalotra een structuurplan op waarin zowel het open landschap als het cultuurhistorisch waardevolle Oranjewoud – een voormalig landgoed van de familie Oranje-Nassau – een plaats kregen. Voor natuur reserveerden we ruim 100 van de in totaal 235 hectare, verspreid door de hele wijk. Uitgangspunt voor het hele gebied was handhaving van de noord-zuidstructuur in het landschap, gekenmerkt door de overgang van bosrijke lanen in het zuiden naar singels in het noorden, van zand naar veen. Verder hebben we drie grondwatertrappen aangelegd om verdroging van Oranjewoud tegen te gaan. Voorheen werd al het water afgevoerd voor agrarische belangen.”
Gemeente nam risico
De gemeente had dankzij ruil en aankoop van gronden de lead in de gebiedsontwikkeling; ze was eigenaar van twee derde van het totale grondgebied. De rest was in bezit van particuliere ontwikkelaars. Maar ze had het zichzelf niet makkelijk gemaakt. Hoe verdien je 100 hectare natuur terug uit de exploitatie? Een gelukkige samenloop van omstandigheden was de komst van het particuliere museum Belvédère voor moderne kunst, aan de oostkant van Skoatterwâld. Met het park er omheen neemt dit 45 hectare in beslag, waarmee een groot deel van de natuurbestemming is ingevuld. De gemeente betaalde de grondkosten en Staatsbosbeheer met partners de inrichtingskosten. Staatsbosbeheer kocht de grond van de gemeente. Het groen van het museumpark sluit naadloos aan op de rest van de omgeving.
Verder besloot de gemeente twee landgoederen te ontwikkelen aan de zuidkant van Skoatterwâld, passend bij het karakter van het aangrenzende Oranjewoud. Beide zijn 17 hectare groot, waarvan 2 hectare bebouwd mocht worden. Bouwers: “We schreven een prijsvraag uit, die werd gewonnen door de combinatie Heijmans, Oranjewoud en Sjoerd Soeters. Zij bleken weliswaar de beste visie te hebben op de bebouwing, maar niet op het park. Daarom heb ik met mijn groene achtergrond zelf randvoorwaarden gesteld: het ene park moest net als de landgoederen in Oranjewoud in barokstijl (Zwanenwoud), het andere in Engelse landschapsstijl (Heerenwoud). Binnen twee maanden lag er een ontwerp. De verkoop van de honderd woningen stagneerde onder andere door de crisis op de woningmarkt. Om te zorgen dat de bouw toch doorging, hebben we als gemeente de helft van het financiële risico op ons genomen. Daarna kwam er schot in.”
Op een koude winterdag zie ik het resultaat met eigen ogen tijdens een fietstocht met stedenbouwkundige Christiaan Visser en projectondersteuner Nico de Jong van de gemeente Heerenveen. De bomen zijn al kaal, maar het park ligt er stil en prachtig bij. Nico de Jong is vanaf het begin bij de ontwikkeling van Skoatterwâld betrokken. Hij weet nog dat aan de parkwoningen enkele aanpassingen zijn gedaan om de verkoop te bevorderen. “De kopers van de splitlevelwoningen hadden alleen een kleine achtertuin, maar geen privéterrein aan de voorkant. Toen heeft de bouwer vlonders aangebracht, die door de gemeente in erfpacht zijn uitgegeven. Zo hadden de kopers toch een eigen terras met uitzicht op het park, maar konden ze er geen gekke dingen mee doen.”
Contact met het groen
Sjoerd Soeters had zich bij de bouw van Zwanenwoud laten inspireren door de buitenplaats Marly van de Franse Koning Lodewijk XIV. “Over de doelgroep maakte hij zich niet druk,” zegt De Jong. “Die zou zich volgens hem vanzelf aandienen. Daarin heeft hij gelijk gekregen.” Heerenwoud is ontworpen door Marten Min van bureau Min Bouw-Kunst. De twee landgoederen, begin deze eeuw opgeleverd, bleken structurerend voor de hele wijk. Het idee dat elk huis contact moet hebben met openbaar groen, is overal doorgezet. Tot 2011 gebeurde dit onder supervisie van Kuiper Compagnons. Daarna ging de gemeente het zelf doen om kosten te besparen.
Christiaan Visser, sinds 2007 als stedenbouwkundige werkzaam bij de gemeente, kreeg de taak van supervisor. “Toen wij het stokje overnamen, waren we al aan de noordkant bezig. Met marktpartijen hebben we om tafel gezeten: hoe verder? We moesten noodgedwongen goedkopere woningen bouwen, maar wel met respect voor het basisplan. Meer rijtjeswoningen, terwijl de hoofdstructuur van lanen en singels intact blijft. De ziel van de wijk moest overeind blijven.”
‘Heerenwoud’ (bron: Gemeente Heerenveen)
Al fietsend tonen Visser en De Jong wat ze bedoelen. De Jong: “Bhalotra heeft de grote lijnen uitgezet, maar op onderdelen kunnen we die zelf invullen. Hij stond voor een waardenrijke aanpak: als je de grond die je uitspaart met kleinere percelen bestemt voor parkachtige functies, hebben meer mensen daar plezier van. Daar plukken we nog steeds de vruchten van. De structuur van lanen en singels is zo sterk dat je daarbinnen kunt verdichten zonder het basisplan geweld aan te doen.”
De variatie in woningen is enorm, van eenvoudig tot luxe, van klein tot groot. De kavels zijn relatief klein in tegenstelling tot de publieke ruimte, die hoogwaardig wordt ingevuld met bomen, bruggen en paden. Visser: “Na de crisis hebben we het materiaal wel iets versoberd, maar ik ben er trots op dat we nergens de bekende grijze 30x30-tegels hebben.”
Strenge procedure
Minder fraaie elementen zijn zoveel mogelijk aan de achterkant van de woningen gesitueerd, zoals parkeerplekken en kliko’s. Alleen voor bezoekers zijn er nog parkeerplekken aan de openbare weg, hoewel sommige gemakzuchtige bewoners hun eigen blik daar stallen.
De gemeente voert sinds 2015 zelf het welstandstoezicht uit en doet dat op stringente wijze. Potentiële kopers moeten eerst een plan ontwikkelen. De gemeente toetst dat aan het beeldkwaliteitsplan. Pas na goedkeuring gaat de gemeente over tot verkoop en kunnen kopers een bouwvergunning aanvragen. “Die strenge procedure wordt niet altijd met gejuich ontvangen,” zegt De Jong, “maar achteraf vinden de meeste kopers het een verrijking. We koppelen deelplannen aan thema’s. Zo zijn er blokken met houten woningen of speciaal pleisterwerk. Ons wordt wel verweten dat we privaatrecht vermengen met publiekrecht, maar wij denken dat iedereen er baat bij heeft als ook de buren woningen bouwen die passen in het straatbeeld.”
‘Straatbeeld’ (bron: Gemeente Heerenveen)
Skoatterwâld oogt door de hoge kwaliteitseisen aan de openbare ruimte misschien als een dure wijk, maar is dat niet, stelt Visser. Een op de drie woningen is duur, een derde goedkoop (waaronder veel sociale huur) en een derde er tussenin. Alle woningen hebben minimaal energielabel B. Voormalig wethouder Bouwers vindt het jammer dat de bouw net te vroeg is begonnen om de wijk geheel gasloos te maken; dat is pas sinds 2015 een landelijke verplichting voor nieuwbouw. “Misschien hadden we daar eerder op moeten inzetten en hebben we te makkelijk toegegeven aan de druk van energiemaatschappijen, hoewel alle woningen wel goed geïsoleerd zijn.”
Experimenten
Er is ook ruimte voor experimenten, zoals een kavel voor woongroepen en een ‘Knarrenhof’ voor een cluster van seniorenwoningen. “Die hebben misschien niet de beste kavels gekregen, maar hadden als voordeel dat ze niet hoefden te loten,” zegt Bouwers. Als voorlopig laatste fase van de gebiedsontwikkeling verrijzen aan de noordgrens luxe vrijstaande woningen. Bouwers gaat er al lang niet meer over, maar vindt het jammer dat deze woningen met de rug naar buurtschap Het Meer en het dorp De Knipe staan, alsof ze zich daarvan afkeren. “Ik had liever een open verbinding gehad, zodat je van buiten naar binnen kunt kijken. Liefst met een iconisch kunstwerk dat een relatie heeft met de geschiedenis van de turfwinning in dit gebied.” Volgens De Jong was juist voldaan aan de wens van de bewoners van het buurtschap: “Zij wilden niet opgaan in de grote wijk Skoatterwâld.”
Overigens heeft oud-wethouder Bouwers alle lof voor het aanzien van de wijk die hij mocht helpen opstarten en die zich volgens hem onderscheidt van een doorsnee nieuwbouwwijk door de structurerende werking van het groen, de sociale diversiteit en de architectuur.
‘Vogelvlucht’ (bron: Gemeente Heerenveen)
De vraag is hoeveel mensen bekend zijn met de schoonheid van Skoatterwâld. De routes naar de bossen van Oranjewoud en museum Belvédère leiden om de wijk heen. Wie toch met de auto binnendoor naar het museum wil, ziet niet meer van de wijk dan de centrale Oranje Nassaulaan, die eindigt op een parkeerplaats, waarna het nog tien minuten lopen is door het park van Staatsbosbeheer. Het park van Zwanenwoud en Herenwoud is minder bekend bij bezoekers van buiten. Doorgaande fietsroutes zijn er wel, waarvan vooral de bewoners gebruik maken. Er zijn maar liefst vijf fietsonderdoorgangen naar het centrum.
Nauwelijks voorzieningen
Qua voorzieningen is het armoe troef in Skoatterwâld. Er zijn alleen twee basisscholen, gevestigd in één gebouw in de middenzone met een groot plein ervoor, op de grens van veen en zand. In dit pand is jarenlang ruimte gereserveerd voor een kleine buurtwinkel, mede op verzoek van de corporaties, maar geen ondernemer durfde het aan. “Dit wordt door buurtbewoners als het grootste gemis ervaren”, erkent Visser. Inmiddels is de ruimte opgevuld door extra schoollokalen. Voor boodschappen moeten bewoners naar het centrum of een van de andere buitenwijken. Aan de rand van Skoatterwâld bij de A32 zou wel plek zijn voor een supermarkt, maar die is er nooit gekomen. Volgens Bouwers is dat bij de start van de bouw overwogen, maar wees onderzoek uit dat dit juridisch niet haalbaar was met het oog op investeringsbescherming van bestaande supermarkten in de omgeving. Maar hij tilt er niet zwaar aan: “Ach, waar hebben we het over. Twee kilometer fietsen en je bent in het centrum.”
Skoatterwâld in cijfers
Plangebied: 235 hectare, waarvan 117 hectare netto woonbestemming
Ligging: ten oosten van A32, ten zuiden van Het Meer, ten westen van museum Belvédère en ten noorden van Oranjewoud. Aan de oostkant van de A32 op de grens van Skoatterwâld komt op loopafstand van het Abe Lenstrastadion een Van der Valk-hotel, naar verwachting in 2028 gereed.
Structuurplan: april 1998 door Kuiper Compagnons (opvallend genoeg niet terug te vinden op de website van het bureau)
Deelplannen: Fase 1 (zuid), Fase 2 (noord), De middenzone, De Lanen en De Singels
Optie: De Wachtkamer, grenzend aan de A32. De gemeente moet nog besluiten of deze grond een woonbestemming krijgt of de uitbreiding van Sportstad Heerenveen mogelijk moet maken.
Aantal woningen: circa 2.100 in 2026 met mogelijke uitbreiding naar 2.400
Aantal inwoners: circa 5.000
Ontwikkelende partijen onder meer: Heijmans, Oranjewoud, Proper Stok, Friso Bouw, Zwanenburg, Dura Vermeer, Slokker, LeClerq, Bemog, Zethoven Hornstra, BAM
Cover: ‘Drone beeld van Skoatterwâld’ (bron: Gemeente Heerenveen)