Analyse Hoe komen binnensteden de post-coronaleegstand te boven? De Amerikaanse schrijver Chuck Wolfe ziet kansen voor de toegevoegde waarde van ‘derde plekken’: openbare ruimtes waar mensen elkaar op een laagdrempelige manier kunnen ontmoeten. Zo wordt de stad leefbaarder, is het idee.
Middenin de coronacrisis – zo rond november 2020 – werd al voorzichtig gespeculeerd over de effecten van de coronacrisis op binnensteden. Wat zijn de gevolgen voor winkelgebieden? Is een grote stijging van de leegstand onvermijdelijk? En hoe dan verder? Inmiddels zijn de gevolgen van de pandemie duidelijker te schetsen en beginnen steden terug omhoog te krabbelen nu de grootste leegstand en trek uit de stad achter de rug lijken. Op de nieuwswebsite GeekWire pleit schrijver Chuck Wolfe om in deze herstelperiode opnieuw lessen te trekken uit een oude sociologische term, de ‘derde plek’.
Breed begrip
De Amerikaanse stadssocioloog Ray Oldenburg muntte de term ’derde plek’ meer dan twintig jaar geleden als publieke ruimtes waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Dat klinkt als een behoorlijk breed begrip en dat is misschien ook wel zo. Naast de eerste plek (thuis) en de tweede plek (werk) zijn derde plekken winkelstraten, cafés, koffiehuizen, bibliotheken, restaurants, parken en supermarkten.
‘De New York Public Library’ door Pisaphotography (bron: Shutterstock)
Eigenlijk overal waar mensen samenkomen, waar ontmoeting plaatsvindt en waar ze aanspraak vinden. Dat resulteert volgens Oldenburg in een grotere mate van verbondenheid, identiteit, maatschappelijke betrokkenheid en diversiteit in een stad. Kortom, ‘derde plekken’ zijn plekken die een stad levendigheid in blazen.
In het Financieele Dagblad legde architect Aat Vos eens uit dat de term niet te lichtzinnig gebruikt moet worden. Een Starbucks is niet zomaar een publieke ruimte, legde hij uit. “[In een Starbucks] gaat het alleen om koffie. Maar als je in een Starbucks-achtige omgeving een podium krijgt voor lezingen, debat, dans en de lokale breiclub, of gamers, dan zorg je voor relevantie. Door mensen elkaar te laten ontmoeten, ontstaan sociaal cement en ruimte voor innovatie.”
En juist die functie biedt volgens Wolfe – die naar de Amerikaanse context kijkt – mogelijkheden nu de binnensteden aldaar geplaagd worden door leegstaande winkelpanden. Juist nu, maar eigenlijk altijd, is het belangrijk dat er in een binnenstad voldoende plekken zijn waar mensen elkaar kunnen ontmoeten, stelt Wolfe. De aanpak lijkt dus te zijn om leegstaande winkelpanden te transformeren tot tijdelijke of permanente ‘derde plekken’ waar nieuwe functies gecombineerd worden met bestaande activiteiten.
De leegstand rukt op
In zijn betoog haalt hij meerdere voorbeelden aan van ‘third places’ die voortgekomen zijn uit leegstaande winkelpanden en andere verwaarloosde publieke ruimtes. Daaruit zijn verschillende lessen te trekken over wat wel en niet werkt als het gaat om het succesvol creëren van veerkrachtige ‘third places’.
‘Leegstaand winkelpand in Santa Cruz, Californië’ door Michael Barajas (bron: Shutterstock)
Ten eerste blijven grote winkelcentra in binnensteden een risicofactor, stelt Wolfe. Ook in de Nederlandse context is dat besef doorgedrongen: veel lokale winkelcentra doen, in een poging de oprukkende leegstand het hoofd te bieden, de afgelopen jaren hun best om méér te zijn dan alleen een plek voor de dagelijkse boodschappen.
Het winkelcentrum moet een plek zijn waar ontmoeting gestimuleerd wordt en dat kan bijvoorbeeld door functiemenging toe te passen. Voorbeelden uit de Verenigde Staten en Engeland laten zien dat winkelcentra zichzelf opnieuw uitvinden door zich te richten op kleine, lokale ondernemingen, vrijetijdsbestedingen (zoals sportactiviteiten) en de recreatieve invulling van winkelpanden. De nadruk ligt minder op nationale en internationale winkelketens en meer op lokale ondernemingen, die de cultuur en het gevoel van saamhorigheid en identiteit versterken.
Kansen voor ontwikkelaars
In het Amerikaanse Boston wordt een restaurant getransformeerd tot theehuis waar livemuziek en kunstexposities plaatsvinden en in het Australische Melbourne veranderde een voormalige kledingwinkel in een pop-up kunstgalerie voor opkomende kunstenaars. Daarmee wordt het gemeenschappelijke gevoel versterkt – door ruimte te bieden aan de lokale creatieve gemeenschap – en krijgen bewoners de kans om elkaar te ontmoeten.
Het realiseren van meer ‘derde plekken’, zo redeneert Wolfe, is een manier om de sociale, culturele, economische en ecologische duurzaamheid van stedelijke gebieden te waarborgen. Het biedt bovendien kansen voor ontwikkelaars die door pandemie geteisterde binnensteden nieuw leven in moeten blazen.
Lees het hele artikel van Chuck Wolfe op GeekWire hier.
Cover: ‘Supermarkt in New York’ door Spiroview Inc (bron: Shutterstock)