diegenbach cover

Het concept binnen de gebiedsontwikkeling: verbind partijen èn sluit partijen uit!

1 juni 2016

5 minuten

Onderzoek Gaat conceptontwikkeling een belangrijke rol spelen binnen de gebiedsontwikkeling? Deze vraag stond op 13 april jl. centraal tijdens de Dag van de Projectontwikkeling. In het verslag komen verschillende visies naar voren. Terwijl Hans-Hugo Smit (BPD) aangeeft dat de branche nog helemaal niet klaar voor is voor conceptontwikkeling, vormt het concept voor stedenbouwkundige Maartje Luisman (SVP) een sterk communicatiemiddel. Binnen mijn eigen projecten ervaar ik dat een concept zowel inhoudelijk als procesmatig een rol kan spelen. Het schrijven van mijn MCD-scriptie vormde een goede aanleiding dit uit te werken.

diegenbach

‘diegenbach’


Als gevolg van maatschappelijke veranderingen worden nieuwe vragen en eisen aan de gebiedsontwikkeling gesteld:

⦁ er is een toenemende behoefte aan flexibiliteit gedurende het planproces;

⦁ samenwerking en het betrekken van verschillende actoren wordt belangrijker;

⦁ er ontstaat een stijgende vraag naar identiteit. 

Het gebiedsontwikkelingsconcept kan een rol kan spelen bij het beantwoorden aan deze vragen en eisen. 

Het gebiedsontwikkelingsconcept is gedefinieerd als de grondgedachte van een gebiedsontwikkeling. Het gaat om een abstracte weergave van de kern van de oplossing. Het is te zien als betekenisdrager, tussen enerzijds de inhoud en anderzijds de actoren (afbeelding 1). Bij de inhoud gaat het om de objectieve feiten, de ratio: hoe is het gebied opgebouwd, wat zijn de financiële mogelijkheden, het ambitieniveau, het bestaand beleid, enz.. Bij de actoren gaat het om hun perceptie; deze is subjectief en wordt bepaald door achterliggende waarden, normen en dromen. 

mcd simone diegenbach

Afbeelding 1 – Gebiedsontwikkelingsconcept in complex veld van inhoud en actoren

‘mcd simone diegenbach’


Het concept is bewust niet vastomlijnd. De waarde ervan ligt juist in het feit dat nog niet alles vast ligt. Het geeft richting, terwijl er wel zoekruimte blijft bestaan. Het kan zowel inhoudelijke als procesmatige een rol vervullen. Inhoudelijk in de zin dat het identiteit geeft aan een gebied. Procesmatig omdat het partijen bindt én flexibel is.


  • Het concept geeft richting, terwijl flexibiliteit blijft bestaan (géén blauwdruk).
  • Het bestaat niet uit één maar meerdere  betekenisdragers, die aan elkaar zijn gerelateerd.
  • Het trekt actoren aan, maar kan ook juist actoren afstoten. 
  • Het gaat om een evenwicht tussen actief sturen en aansluiten op wat er is. 


Strijp R en de Binckhorst

Aan de hand van twee casussen, Strijp R (Eindhoven) en de Binckhorst (Den Haag), is de rol het gebiedsontwikkelingsconcept als sturingsmiddel binnen complexe processen onderzocht. In beide casussen gaat het om een transformatie van bestaand stedelijk gebied. Industriële gebouwen die hun functie hebben verloren spelen een rol. 

De casussen laten zien dat ook als het concept niet bewust als zodanig is gedefinieerd, er onder de geïnterviewde actoren wel een gemeenschappelijk beeld bestaat wat de grondgedachte van de ontwikkeling is. Binnen de casussen bestaat het gebiedsontwikkelingsconcept niet uit één, maar meerdere betekenisdragers die aan elkaar zijn gerelateerd: een collage van beelden, een verhaal, een schets, bestaande betekenisvolle gebouwen, enz.. Samen geven deze richting aan het planproces. De actoren maken hieruit hun keuze naar gelang hun achtergrond en referentiekader. 

Uniciteit van het gebiedsontwikkelingsconcept speelt een belangrijke rol. Waarin onderscheidt het concept zich ten opzichte van dat van andere gebiedsontwikkelingen? Het maken van een duidelijke keuze leidt er toe dat actoren zich hiermee kunnen identificeren, of juist niet. Zoals een van de geïnterviewden uit Strijp R zegt: “Dingen passen wel of niet. Als het niet past is Strijp R daarvoor geen geschikte locatie.” Het feit dat een uitgesproken koers partijen aantrekt, maar ook juist kan afstoten, maakt dat lef nodig is om daadwerkelijk tot een onderscheidend gebiedsontwikkelingsconcept te komen. 

In Strijp R is het concept zorgvuldig opgebouwd. Daarbij zijn veel partijen betrokken geweest. Ook de ontwerpende bureaus zijn bewust op basis van het concept geselecteerd. Dit heeft geleid tot een uitgesproken, eigen koers. Al lijkt voor veel betrokken partijen het concept vanzelfsprekend, welbeschouwd waren ook andere koersen mogelijk geweest. Erna van Holland, betrokken bij het opstellen van het concept, geeft aan: “We hebben vanzelfsprekendheid gecreëerd.” 

In zowel Strijp R als de Binckhorst sluit het gebiedsontwikkelingsconcept aan op de kenmerken die het gebied aanwezig zijn. Aansluiten op de identiteit van het gebied draagt bij aan vanzelfsprekendheid. Dat betekent niet dat het gebiedsontwikkelingsconcept als vanzelf voortkomt uit het gebied. Er worden wel degelijk keuzes gemaakt. Om het gebiedsontwikkelingsconcept als actief sturingsinstrument in te zetten, dient continu te worden gezocht naar evenwicht tussen aansluiten op wat er is en actief richting geven. 

De mate waarin keuzes worden gemaakt verschilt. Vooral in de Binckhorst lijkt het concept zich aanvankelijk te vormen op basis van de lopende ontwikkelingen. Wicher Mol (BPD) tijdens het onderzoek: “Er lijkt sprake te zijn van een kip-ei situatie, waarbij niet altijd duidelijk is of er eerst een koers is gekozen en dan een ontwikkeling op gang is gekomen of omgekeerd.”  

Mogelijk had dit ook te maken met de schrik die er bij de gemeente toen nog in zat, nadat het eerder opgestelde Masterplan weggevallen. Men was nog erg voorzichtig met het maken van keuzes. Nu, een jaar later, heeft het concept zich gestaag verder ontwikkeld. Dit gebeurt volgens een organisch proces, als tegenhanger van de eerdere ‘blauwdruk-methode’ uit het Masterplan.

Raakvlak van disciplines

Uitgaande van de positie van de gebiedsontwikkeling op het raakvlak van verschillende disciplines, is in het onderzoek ook het gebiedsontwikkelingsconcept hier gepositioneerd (afbeelding 2). Theorieën uit bedrijfskunde, organisatiewetenschap, gebiedsbranding en ontwerpdisciplines zijn met elkaar gecombineerd, om de rol van het gebiedsontwikkelingsconcept vanuit deze verschillende disciplines te duiden. 

Het gebiedsontwikkelingsconcept vormt een goed alternatief  voor de blauwdrukplanning waar zo graag afscheid van wordt genomen. Het kan daarmee een belangrijke rol spelen binnen de gebiedsontwikkeling. Om onderscheidend te zijn moeten wel keuzes worden gemaakt. Een zorgvuldige analyse van de situatie én de perceptie van de actoren, kan daar bij helpen. 

mcd diegenbach

‘mcd diegenbach’


Afbeelding 2 – gebiedsontwikkelingsconcept binnen overlap van disciplines 

simone diegenbach

‘simone diegenbach’



Cover: ‘diegenbach cover’



Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024