Opinie Het einde van de compacte stad is nabij. Althans, als je Ray Kurzweil mag geloven. Kurzweil is futuroloog en directeur Engineering bij Google en hij stelde tijdens het jaarcongres van de European Public Real Estate Association, dat de stad ‘een uitvinding van duizenden jaren geleden’ is die we niet meer nodig hebben.
In 2030 is er volgens hem geen enkele objectieve reden om bij elkaar te wonen in steden. 'Waar je dan woont, werkt en ontspant is door 3D-printing en virtual reality helemaal niet meer relevant. Er is bovendien ruimte zat op het platteland.' Want, we printen al ons voedsel, las ik in Vastgoedmarkt.
Kurzweil heeft gelijk. Er is over vijftien jaar geen enkele objectieve reden om in steden te wonen. En al helemaal niet in compacte steden. Je hoeft ook helemaal geen futuroloog voor te zijn om dat te voorspellen. Een gewone planoloog kan dat ook zien.
Sterker nog, in Nederland is er nu al helemaal geen reden meer om in de stad te wonen. Steden hadden altijd het voordeel op het platteland dat het knooppunten van kennis, handel, economie waren. In de stad was daardoor meer te halen. Dat voordeel is de stad kwijt, het Sallandse dorpje Oude Molen, had eerder glasvezel dan Amsterdam Oud Zuid.
Kurzweil heeft gelijk dat je via internet, 3D-printen en virtual reality overal kunt wonen en leven. De toekomst die Kurzweil voorspelt, kan vaak nu al en er zijn ook mensen die zo leven. Die bijvoorbeeld zijn verhuisd naar het Noord-Franse platteland en toch in Nederland werken. Alleen voor het hoogstnoodzakelijke komen ze terug.
Maar het feit dat er geen objectieve reden is om iets te doen, wil niet zeggen dat het niet gebeurt. Het kan ook gewoon prettig zijn om iets te doen. Er zijn heel veel zaken in het leven waar geen objectieve redenen voor zijn om ze te doen. Naar het museum gaan bijvoorbeeld, een concert bezoeken, eten in een driesterrentent, op het strand lopen, naar het stadion. Voor seks met voorbehoedsmiddel is ook niet echt een objectieve reden.
Bovendien is er ook geen objectieve reden om niet in de stad te wonen. Kurzweil gaat er (zonder dat in het artikel in Vastgoedmarkt wordt toegelicht waarom) vanuit dat het op het platteland prettiger wonen is dan in de stad. Maar waarom? Voor wie van koeien houdt is het natuurlijk heerlijk, maar wie blij wordt van onvoorspelbare drukte, van onverwachte ontmoetingen, van het gekke en het rare, blijft de stad de beste plaats om te leven.
Als alles overal kan, wat Kurzweil terecht constateert, en we dus overal kunnen zijn, is het de vraag waar we willen zijn. De stad wordt het brandpunt van zaken-in-het-leven-waar-geen-objectieve-reden voor is. Wereldsteden als New York, Londen, Tokio, maar ook Londen, Berlijn, Parijs en Amsterdam zijn dat nu al. En dat doen ze buitengewoon succesvol. Daar is geen enkele objectieve reden voor.
Mensen willen daar zijn, ze willen er genieten van kunst en lekker eten. En Ray Kurzweil kan daar straks via zijn VR-bril naar kijken. Terwijl hij een hoofdgerechtje uit de 3D-printer laat rollen.
Cover: ‘blogomgevingsrecht’