Casus In het hart van het land, tussen Hagestein en Vianen, wordt door AM en BPD een nieuw dorp gebouwd: Hoef en Haag. Projectdirecteur Arjen van Dijk en AM-verkoopmanager Stef van Berkel leggen uit hoe je weilanden transformeert tot een écht dorp waar mensen elkaar kennen en kinderen eindeloos buitenspelen.
Enthousiast stappen de mannen door Hoef en Haag. Van Berkel stopt af en toe om iets aan te wijzen: “Kijk, dit speelplein. We hebben het samen met de bewoners bedacht en gemaakt. Aan dit plein woont een mix van mensen die gekocht en gehuurd hebben. Je ziet buren een praatje met elkaar maken in de deuropening en kinderen spelen vrij op het plein. Het werkt dus, wat we samen bedacht hebben.”
Hoef en Haag begon aan de tekentafel. Van Dijk: “We wilden een echt dorp maken, géén Vinexwijk in een weiland. We zijn gebiedsontwikkelaars. We denken breder dan bouwen en wonen; we bedenken leefomgevingen. Het was en is nog steeds bijzonder een heel dorp te mogen ontwikkelen. We werken vanuit de vraag: wat maakt een dorp een dorp en hoe ontwerp je een nieuw dorp waar mensen graag lang en met veel plezier willen wonen?” Van Berkel: “Het moest een plek worden met een ziel."
In de ontwerpfase werd besloten het dorp drie wijken te geven, met elk een eigen sfeer. Het Lint oogt als een lintdorp: het oogt ruimtelijk, groen, met een afwisseling in architectuur en woningtypologiën, zoals je dat in oude dorpen ziet. Het Dorpshart ligt rondom de toekomstige Brink, het hart van het dorp en is door haar compactheid meer gericht op sociale cohesie. De verschillende winkels en voorzieningen zullen hier voor een levendige dorpskern zorgen. Het Dorpshart is opgebouwd uit leuke straatjes en hofjes, de sfeer is er gezellig ouderwets dorps. Het deel van De Erven wordt nu verder ontwikkeld. De woningen sluiten aan op de dijk en de rivier de Lek daarachter. Ze ademen een landelijke sfeer.
Van Berkel: “Aandacht ging naar het ontwerp van de buitenruimte, waar veel gelegenheid is voor kinderen om gevarieerd te spelen en voor volwassenen om zich te ontspannen. Dat zie je terug. Brede straten met klinkers, mooie groenstroken, pleintjes en hofjes geven de buurten een sympathieke uitstraling waar je graag wilt zijn. We hebben hierbij steeds gestuurd op kwaliteit, tot in de kleinste details. Kijk maar naar de bankjes, de straatverlichting of de erfafscheidingen. Alles is erop gericht om hier lekker te kunnen leven.” De dorpsbewoners hadden inspraak in de plannen. Van Berkel: “Elke wijk heeft verschillende buurtjes en over de inrichting van de speelplekken voor de kinderen in die buurtjes hebben we afstemming met de toekomstige bewoners.”
Om het project te laten slagen was het belangrijk om de juiste voorzieningen aan te trekken. Van Dijk: “Het creëren van een dorp gaat niet alleen over het maken van straten en woningen; het gaat over sociale cohesie. Zo heb je een dorpshart met reuring nodig, waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. Om dat voor elkaar te krijgen ga je eerst nadenken over de voorzieningen. Welke lossen behoeften in en wat is leuk? Hierover denken we samen met gemeente en de bewoners na, met continu de achterliggende vraag in het achterhoofd: hoe krijgen we het samen voor elkaar dat het dorp daadwerkelijk als een dorp functioneert? De basisvoorzieningen zijn er. Er zijn scholen en een supermarkt. Er is een huisarts, een kapper, een BSO en een plek waar je koffie kunt drinken. Die voorzieningen zorgen ervoor dat het dorp haar dynamiek krijgt. Het is ook gelukt om een markt aan te trekken. Een wekelijkse markt brengt ritme en gezelligheid in een dorp.”
Een dorp waar je elkaar kent
Om het contact tussen bewoners en ontwikkelaars te bevorderen koos Van Berkel ervoor regelmatig kantoor te houden in Hoef en Haag: “We hadden vanaf het begin af aan de wens om hier op locatie te werken met het team. Als Gebiedsmarketeer en Verkoopmanager vorm ik, samen met onze Omgevingsmanager, de schakel tussen de twee ontwikkelende partijen en de bewoners. We wilden daarom hier werken, aan het plein. Dit verkoopkantoor hebben we kunnen combineren met lunchcafé De Keuken. Zo zijn we aanspreekbaar en creëren we een ontmoetingsplek voor bewoners. Die lopen makkelijk even binnen met een vraag of idee wanneer ze met de kinderen een ijsje komen halen. De plek is het gezicht van de wijk geworden en zorgt voor reuring en samenhang.”
‘Hoef en Haag’ door Corné Bastiaansen (bron: am.nl)
Dit soort initiatieven legt de basis voor een dorp waarin mensen elkaar kennen, want dat doen de mensen die in Hoef en Haag komen wonen aanvankelijk niet. Van Berkel begeleidde een groep bewoners bij de oprichting van een dorpscomité. Dit is een actieve groep Hoef en Haagenaren, die het dorp vertegenwoordigt in gesprekken met de ontwikkelaars. Het comité vraagt mede-bewoners wat er leeft en waar behoefte aan is en brengt daar verslag van uit.
Van Berkel: “Gebaseerd op de wensen van bewoners hebben we gezamenlijk al heel wat kunnen realiseren: een fietscrossbaan, een tafeltennistafel, een hondenuitlaatplek. We hebben een prieeltje aan het water gemaakt waar mensen kunnen barbecueën. Er is een voetbalveldje gekomen en binnenkort komt er een basketbalveld. Onlangs wilden mensen dat er ergens in het dorp langzamer gereden werd. Toen zijn we met zijn allen een campagne op Instagram gestart. Het kan veel vormen aannemen dus, dat samenwerken.”
Een groot project dat gezamenlijk werd aangepakt is de inrichting van het Kasteelterrein, een plek aan de rand van het dorp waar ooit een vesting heeft gestaan. Van Dijk: “De grond is van archeologische waarde en dus kunnen we er niet bouwen.” Van Berkel: “We zijn met de gemeente in gesprek gegaan over manieren om invulling te geven aan het terrein. Een groot deel is in gebruik als voetbalveldje, aantrekkelijk voor de iets oudere kinderen. Hier kunnen ze buiten het zicht van ouders voetballen, aanklooien en op avontuur gaan. Bij wijze van referentie aan het verleden hebben we er bovendien een houten uitkijktoren neergezet. We lopen nog met het idee om er een buitentheater bij te maken, waar bewoners voorstellingen en leuke avonden kunnen organiseren.”
Van Berkel ziet het naast zijn job om woningen in verkoop te brengen ook als zijn taak om het sporten, gezond leven en buitenspelen waar mogelijk te stimuleren: “Ik werk voortdurend aan initiatieven om de verbinding met en tussen bewoners te stimuleren. Daar is iedereen bij gebaat. Uit gesprekken met het dorpscomité bleek dat kinderen in de leeftijd tussen 9 en 15 jaar een stoere plek wilden om te spelen. We hebben een inventarisatie gemaakt van ideeën en kozen voor de aanleg van een fietscrossbaan. Wij, de ontwikkelaars, hebben zand verplaatst zodat er heuvels en bochten ontstonden. Het dorpscomité heeft vrijwilligers opgeroepen om autobanden neer te leggen en het samen af te maken. Nu wordt er naar hartenlust geracet.”
Van Dijk: “We hebben helaas geen eindeloos budget om dit soort dingen te doen, maar zo’n fietscrossbaan is heel waardevol. We stellen onszelf en de bewoners steeds de vraag: wat voegt iets toe aan het dorp? In dit geval was het antwoord dat het aanleiding geeft voor oudere kinderen om te blijven bewegen en elkaar te ontmoeten. Dat is heel waardevol. Onze gedachte is dat je waarde toevoegt aan een gebied wanneer je een goede leefomgeving creëert waar volwassenen en opgroeiende kinderen graag willen blijven wonen. We hebben het dan over speelplekken en over de kwaliteit van de inrichting van je gebied. We kunnen hier goedkope lantarenpalen neerzetten, maar dat willen we niet. We willen geen schrale woonomgeving maken. Er wordt hier bewust en met zorg hoogwaardig openbaar gebied aangelegd. We gebruiken mooie materialen en de beplanting is van hoge kwaliteit. Door aandacht te schenken aan details ontstijgen we de Vinexwijk. De details bieden mensen een gevoel van comfort en geven ziel en emotie aan Hoef en Haag. Dat bevordert het gevoel thuis te zijn.”
Veilig spelen
Het is te zien dat er bij de ontwikkeling van het dorp specifiek rekening is gehouden met de behoeften van kinderen. Zij moeten volop in Hoef en Haag kunnen spelen. Het stratenplan en de indeling van het gebied zijn erop ingericht het buitenspelen en bewegen te bevorderen. De kleinsten kunnen terecht op besloten pleinen, waar in samenspraak speelvoorzieningen zijn geplaatst. Van Dijk: “We hebben nagedacht over de beste keus voor speeltoestellen. In overleg met ons team van landschappers, architecten en technici doen we voorstellen aan de bewoners om de plekken zo in te richten dat kinderen zin krijgen om te spelen. De toestellen die zijn uitgekozen nodigen uit tot denken en doen. Een versimpeld graafmachientje prikkelt kinderen meer dan een wipkip. Ze kunnen het zelf besturen. Ze leren dingen in gang te zetten en hun fantasie te gebruiken.”
Om het buitenspelen verder te bevorderen heeft het dorp een buitenschoolse opvang waarbij buitenspelen hoog in het vaandel staat. Van Dijk: “De kinderen die daar naar toe gaan, spelen vrijwel altijd buiten. Ze bouwen hutten en spelen verstoppertje en komen lekker vies thuis na een middag in de buitenlucht.” Van Berkel: “In de winter is er op de vaart geschaatst. Toen deze dicht vroor hebben we meteen een koek en zopie-tentje neergezet en verlichting opgehangen.”
AM wil faciliteren dat kinderen elkaar ontmoeten en dat ze binding krijgen met de wijk. Van Dijk noemt een voorbeeld: “Op het Kasteelterrein hebben archeologen muntschatten gevonden. Het was een goede aanleiding om kinderen iets te leren over de plek en het verleden. Ze hebben tekeningen gemaakt en krijgen rondleidingen. In samenwerking met het Rijksmuseum voor Oudheden hebben we afgesproken dat de munten in bruikleen worden gegeven aan het Stedelijk Museum Vianen en dat de munten daar, in de nabijheid van het dorp, worden tentoongesteld.”
Het buurtcomité organiseert jaarlijks een Zomerweidedag voor bewoners van alle leeftijden. Er staan kraampjes van ondernemers uit de buurt, er klinkt muziek, er zijn activiteiten voor de kinderen en er gaan hapjes en drankjes rond. De lokale manege zorgt dat kinderen op het terrein kunnen paardrijden, de eigenaar van de dansschool van Hoef en Haag (toevallig ook eigenaar van De Keuken) geeft dansles. Van Dijk: “Zo’n feest koppelt bewoners aan ondernemers en ouderen aan jongeren. Het draagt eraan bij dat iedereen elkaar weet te vinden.” Van Berkel: “We hadden dit jaar zelfs meer dan duizend aanmeldingen. Het evenement dat door ons is geïnitieerd staat inmiddels op eigen benen en trekt mensen uit de regio aan.” Zo dus: door moeite te doen, aandacht te geven aan details en samen te werken maak je van een weiland een dorp. Een écht dorp.
Dit interview verscheen eerder in het magazine van AMuse Kids.
Cover: ‘Arjen van Dijk en Stef van Berkel’ door Kenzo Reeder (bron: am.nl)