Nieuws Bij het maken van plannen voor gebiedsontwikkeling, ligt het gevaar van een kluwen van gemeentelijke nota's en verordeningen op de loer. De regels kunnen de plannenmakerij verstikken. Zonde. Is 'ontslakken' de oplossing? Kan het sneller, flexibeler en goedkoper? Drie leden van het Actieteam Ontslakken praten erover. En geven tips.
Van bluswater tot paardenbak
Ontslakken draait eigenlijk om twee dingen: minder
regels en regels anders toepassen. Maar hoe begin
je daarmee, als gemeente?
Friso de Zeeuw: "Aan de ene kant heel praktisch: de
aanvragen die je binnenkrijgt, de plannen die er al
liggen, kijk daar op een andere manier naar. En aan de andere kant
met een meer structurele aanpak: het maken van keuzes en het
verlagen van de regeldruk Voor burgers en bedrijven die initiatieven
willen nemen, moet je de hoepel groter maken en lager houden.
In een proces van tientallen jaren hebben gemeenten hele kerstbomen
vol regelingen opgetuigd. Dat kun je gemeenten niet verwijten;
het reflecteerde de toenemende maatschappelijke wensen.
Maar wat is nu echt het publieke belang? Hebben we al die regelingen
nodig? Moeten we wel zo nodig overal wat van vinden?"
Bregje Kerssemakers is het hier van harte mee eens: "We willen af
van lokale regels die goede initiatieven belemmeren. Wij hebben
met ons team in het ruimtelijke domein 130 door de raad bekrachtigde
nota's, visies en verordeningen verzameld, de bestemmingsplannen
niet eens meegeteld. Daar zit van alles bij: van beleidsregels
voor bluswater en de kantorennota tot het reclamebeleid
en de hondenpoepnota. In een tiental 'proefgebieden' gaan we
nu experimenteren met minder regels, samen met bewoners,
corporaties, ondernemers en ontwikkelaars. We willen zien wat
het loslaten van regels oplevert. Het gaat om woongebieden én
bedrijventerreinen, nieuwe en al langer lopende ontwikkelingen,
grootschalig en heel kleinschalig."
Een hele stapel regels, dat komt Dennis Straat zeer bekend voor:
"Wij hebben als college in Zaanstad een inventarisatie gemaakt
en daarbij kwamen ongeveer evenveel documenten op tafel als
de 130 in Eindhoven die meewogen in ruimtelijke beslissingen.
Tot en met een paardenbakkenbeleid voor het buitengebied.
Maar hoe gedetailleerd moet je het regelen? We hebben het nu
teruggebracht tot 40 documenten, nog steeds best veel."
Besparen en bezinnen
De ambitie om te ontslakken had in Zaanstad een duidelijk vertrekpunt. Straat: "Bij ons begon het bij de noodzaak om te bezuinigen. Maar we willen ons ook bezinnen op onze rol. Aan de basis staat de visie, de grote lijnen voor de toekomstige ontwikkeling van Zaanstad. Dat leidt ertoe dat je enerzijds de regeldruk kunt verminderen, maar tegelijk ook flinke regie blijft voeren voor de gebieden die juist bescherming verdienen, zoals onze historische lintbebouwing."
Meer risico
Om te ontslakken gaan Eindhoven en Zaanstad ook meer risico nemen in hun ruimtelijke ontwikkeling. Kerssermakers: "Welstand is zo'n onderwerp. Dat kun je proberen te objectiveren met allerlei algemene regels, maar het is de vraag of burgers daarmee geholpen zijn. Stel dat een dakkapel 1,20 meter hoog mag zijn en hij is 1,25 meter. Hoe erg is dat? Dus kun je zeggen: laat maar zitten, richt je aandacht op wat echt belangrijk is. De verhuizing van de avondschool (zie kader) is ook een heel sprekend voorbeeld. Iedereen vindt dat het een goed idee is, maar de regels houden het tegen. Nu is het toch doorgegaan en niemand heeft bezwaar ingediend. Dat zegt iets over die regels en over de manier waarop je ze kunt toepassen."
Cover: ‘2013.10.28_Hoeveel wil je regelen_180’