Station Eindhoven Centraal door Ralf Roletschek (bron: wikimedia commons)

Hoogstedelijke verdichting rond station Eindhoven, nieuw groen verzacht KnoopXL

Onderzoek In de komende 20 jaar ondergaat KnoopXL, het stedelijk gebied rond Eindhoven Centraal Station, een flinke transformatie. Het gebied moet een aantrekkelijk verblijfsgebied worden – met ruimte voor recreatie en ontmoeting. Onderzoekers van de Technische Universiteit Eindhoven en Fontys Hogeschool bekeken hoe dit een aangename plek kan worden waar verschillende groepen mensen zich thuis voelen. Conclusie: stedelijk groen (bomen en gras) zorgt voor positieve emoties en daarmee voor een positieve perceptie van de ruimtelijke kwaliteit ter plaatse.

Knoop XL omvat het gebied in het centrum van Eindhoven van het PSV-stadion tot aan de Dommel. Het is nu een grijs kantorengebied met veel ruimte voor de auto. De komende 20 jaar wordt dit gebied herontwikkeld met ruimte voor wonen, werken, studeren en recreëren. De ambitie van gemeente Eindhoven is dat het stationsgebied hét visitekaartje wordt van Brainport Eindhoven. Er wordt gestreefd naar een groene verblijfs- en woonwijk voor iedereen, met ruimte voor 9.000 nieuwe woningen (waarbij het inwoneraantal zal toenemen van 200 naar 15.000), goede bereikbaarheid per openbaar vervoer en een versterkte natuurfunctie van de Dommel.

Het is belangrijk het ontwerp te richten op hoe de verschillende gebruikers van de ruimte bediend kunnen worden

Gezien de multifunctionaliteit en de betrokkenheid van verschillende belanghebbenden, is het verbeteren van de omgevingskwaliteit van de openbare ruimte in stationsgebieden zoals KnoopXL een complexe taak. Tegelijkertijd ligt er een enorme kans om de aantrekkelijkheid van het gebied nu in één keer goed aan te pakken. Het is cruciaal om de meningen van (toekomstige) bewoners mee te nemen in zo’n complexe opgave. Dit is nodig om van het centrumgebied een aantrekkelijke veilige, levendige, comfortabele en leesbare stedelijke openbare ruimte van hoge kwaliteit te maken, waar mensen terecht kunnen voor verschillende doeleinden, zoals wonen, verplaatsen, vrije tijd en winkelen.

Station Eindhoven Centraal


Er ligt op dit moment een voorlopig ontwerp voor het stationsplein en de aanleg gaat waarschijnlijk halverwege 2027 van start. De ambitie is om het plein te veranderen van een “rommelig versteend plein waar aan twee kanten een onoverzichtelijke hoop fietsen door elkaar staan en auto’s af en aan rijden” in “een prettige verblijfsplek in hartje stad” “voor alleen voetgangers, met veel groen, bankjes en water”.

Plezierige ervaring

Als we kijken naar voorbeelden van het ontwerp van de openbare ruimte in stationsgebieden, zien we dat het belangrijk is om verder te gaan dan enkel de organisatie van een vervoersknooppunt. In plaats daarvan moeten we het ontwerp richten op hoe de gebruikers van de ruimte met mogelijk verschillende doelen bediend kunnen worden. Met andere woorden, het belangrijkste ontwerpdoel is hoe mensen een plezierige ervaring kan worden geboden bij het gebruik van de omgeving. De beleving van mensen van de openbare ruimte heeft niet alleen invloed op het gedrag van mensen bij het gebruik van de ruimte, maar ook op hun welzijn op de langere termijn.

Fietsenstalling Station Eindhoven Centraal door MattShortPhotography (bron: shutterstock)

‘Fietsenstalling Station Eindhoven Centraal’ door MattShortPhotography (bron: shutterstock)


De beleving van het publieke domein onderzoeken we door middel van virtual reality (VR). Met deze techniek kunnen we meten hoe mensen omgevingskwaliteiten, in dit geval van het toekomstige stationsplein in het KnoopXL gebied, ervaren en hoe hun percepties en emoties worden beïnvloed door verschillende omgevingskenmerken van de openbare ruimte.

Hypothetische omgevingen in beeld

We verrichtten een online-experiment met 3D-omgevingen (desktop VR) van de openbare ruimte binnen KnoopXL (het stationsplein dat het stationsgebouw verbindt met het centrumgebied) en verzamelden gegevens van 237 deelnemers. Deelnemers kregen hierbij verschillende hypothetische omgevingen van het toekomstige stationsplein in KnoopXL te zien. Om deelnemers een goed beeld te geven is VR beter geschikt dan stilstaande beelden. Desktop VR, waarbij deelnemers de omgeving zien op een beeldscherm is qua resultaten vergelijkbaar met ‘immersieve’ VR waarbij de deelnemer de omgeving bekijkt met een VR-bril.

We onderzochten zeven omgevingskenmerken die van belang zijn bij de inrichting van de openbare ruimte: de hoogte van de gebouwen, terrasjes, bankjes, fietsenstallingen, overdekte galerijen langs de gebouwen, gras en bomen.

Na de video werd de respondent gevraagd de emoties en percepties van omgevingskwaliteiten in te vullen

Deze kenmerken zijn gekozen op basis van literatuur over het ontwerp en de ervaring van de stedelijke openbare ruimte (Madanipour, 2021; Mehta, 2014). Aan de hand van deze literatuur kunnen relevante omgevingskenmerken worden ingedeeld in drie categorieën. De eerste categorie verwijst naar fysieke kenmerken, zoals de ruimtelijke schaal van de open ruimte, materialen, en hoogte en dichtheid van gebouwen. De tweede categorie betreft ruimtelijk-functionele attributen die specifieke functies dienen, zoals recreatie en commercie. Attributen van deze categorie zijn onder andere stedelijk groen, elementen zoals bankjes, luifels, kunstwerken en verschillende soorten vervoersdiensten. De derde categorie bestaat uit sociale attributen, zoals de gebruikersgroepen van de ruimte (bijvoorbeeld gedefinieerd door het doel van het bezoek) en hun opvattingen over de ruimte.

Effect op emoties en percepties

In ons onderzoek richtten we ons op de eerste twee categorieën en hebben we kenmerken geselecteerd waarbij we rekening hebben gehouden met de context van de vernieuwing van KnoopXl (de schaal van de openbare ruimte ligt bijvoorbeeld vast, terwijl de hoogte van de gebouwen nog variabel is). Deze omgevingskenmerken zijn systematisch gevarieerd en er zijn acht verschillende ontwerpen van de 3D-omgeving van KnoopXL gemaakt met verschillende combinaties van omgevingskenmerken. Op deze manier konden we als onderzoekers precies controleren welke specifieke kenmerken er aanwezig zijn in een omgeving en via data-analyse bepalen wat hun afzonderlijke effect is op percepties en emoties van mensen. Voor elk alternatief werd een video van 32 seconden gemaakt die een wandeling over het toekomstige stationsplein nabootst. Figuur 1 laat het bovenaanzicht zien van één scenario en de wandelroute, evenals schermafbeeldingen van het zicht op het begin-, midden- en einde van de video.

Elke respondent kreeg willekeurig vier video's toegewezen. Na het bekijken van een video werd de respondent gevraagd zijn of haar emoties en percepties van omgevingskwaliteiten in te vullen. Hoewel het door respondenten zelf laten invullen van hun percepties aangetoond betrouwbaar en valide is, overwegen we om dit in toekomstig onderzoek te combineren met fysiologische en neurologische data die samenhangen met emotie.

Om de emoties van deelnemers te meten, gebruikten we de PAD-theorie. Dit psychologisch model van Russell en Mehrabian (Mehrabian, 1996) is ontwikkeld om emotionele toestanden te beschrijven en te meten. Het classificeert emoties in drie dimensies, namelijk Pleasure (plezier), Arousal (opwinding) en Dominance (dominantie).

Perceptie van de omgeving

De plezier-dimensie (Pleasure-Displeasure) meet hoe aangenaam of onaangenaam iemand zich voelt over iets. Bijvoorbeeld, woede en angst zijn beide onaangename emoties terwijl blijdschap een aangename emotie is. De opwindingsdimensie (Arousal-Nonarousal) meet de mate waarin iemand zich energiek of slaperig voelt. Woede en razernij zijn bijvoorbeeld beide onaangename emoties maar razernij is intenser. De dominantie-dimensie (Dominantie-Submissiviteit) vertegenwoordigt iemands gevoel van controle en dominantie versus het gevoel gecontroleerd of onderdanig te zijn. Als we angst vergelijken met woede, dan is angst een onderdanige emotie.

Daarnaast werd de perceptie gevraagd met betrekking tot vier kwaliteiten die over het algemeen relevant zijn voor de perceptie van de gebouwde omgeving, namelijk veiligheid, levendigheid, comfort en leesbaarheid. Deze werden gemeten met behulp van een 5-punts Likertschaal. De data zijn geanalyseerd door middel van een zogenaamd structural equation-model.

Figuur 1. Wandelroute en zichten van een scenario door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)

‘Figuur 1. Wandelroute en zichten van een scenario’ door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)


De resultaten van het onderzoek laten zien dat gras en bomen de meest positieve invloed hebben op de percepties van alle vier de omgevingskwaliteiten en vooral op levendigheid en comfort. Figuur 2 laat zien hoe de omgevingskenmerken (ingedeeld in de categorieën gras, bomen en overige omgevingskenmerken) bijdragen aan deze vier percepties. De twee soorten groen hebben een significante positieve invloed op de percepties van omgevingskwaliteiten.

Figuur 2. Effect van omgevingskenmerken op percepties van omgevingskwaliteiten door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)

‘Figuur 2. Effect van omgevingskenmerken op percepties van omgevingskwaliteiten’ door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)


Ook op de emotionele ervaring van deelnemers in verschillende omgevingen hebben bomen en gras een zeer prominente positieve invloed. De dimensie plezier wordt het meest beïnvloed door omgevingskenmerken, terwijl opwinding en dominantie nauw samenhangen met iemands huidige stemming en persoonlijkheid. Figuur 3 geeft de significante positieve effecten van de drie soorten omgevingskenmerken op emotie weer. We zien dat bomen en gras een zeer opvallend positief effect hebben op de emotie-dimensie plezier, wat eerder onderzoek naar de positieve invloed van stedelijk groen op emotioneel welzijn bevestigt (Roberts et al., 2019; Zhu et al., 2021).

Het resultaat geeft ook aan dat de aanwezigheid van bomen als enige van de zeven omgevingskenmerken een rechtstreeks positief effect heeft op emotionele opwinding. Dit resultaat komt overeen met verschillende eerdere onderzoeken die aantoonden dat de aanwezigheid van een beperkt aantal bomen zorgt voor een hogere opwinding (Bonnes et al., 2018; Qiao et al., 2021).

Figuur 3. Effect van omgevingskenmerken op emoties door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)

‘Figuur 3. Effect van omgevingskenmerken op emoties’ door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)


Daarnaast is het interessant om dieper in te gaan op hoe de vier percepties van omgevingskwaliteiten bijdragen aan de dimensies van emotie. Zo kunnen we hun rol en mogelijke prioriteiten in het besluitvormingsproces van stedelijke transformatie beter begrijpen. Inzicht in welke elementen in de openbare ruimte door bezoekers gewaardeerd worden kan van belang zijn om keuzes te maken in hoe de openbare ruimte straks wordt ingericht. Hoewel alle vier de percepties een min of meer positieve invloed hebben op de drie dimensies van emotie (zoals weergegeven in figuur 4), zijn twee omgevingskwaliteiten vooral van belang voor de beleving van bezoekers van de openbare ruimte.

Op de eerste plaats staat levendigheid, omdat dit een positieve invloed heeft op alle drie dimensies van emotie (plezier, opwinding en dominantie). De tweede omgevingskwaliteit waar men zich op moet richten is comfort, omdat dit een vrij sterke positieve invloed heeft op plezier en dominantie. Een omgeving die als comfortabel beoordeeld wordt, draagt ook bij aan een gevoel van plezier en controle. In combinatie met de eerder genoemde positieve invloed van groen op deze twee percepties (weergegeven in figuur 2), bevestigt dit nog eens dat meer groen een effectieve manier is om te zorgen voor een prettige openbare ruimte.

Figuur 4. Bijdrage van percepties van omgevingskwaliteiten aan emoties door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)

‘Figuur 4. Bijdrage van percepties van omgevingskwaliteiten aan emoties’ door Pauline van den Berg et. al. (bron: Pauline van den Berg et. al.)


Onze conclusie: bomen en gras zijn essentieel voor het creëren van aangename, duurzame en veerkrachtige omgevingen in de stad. Door prioriteit te geven aan het planten van bomen en het ontwerpen van groene ruimten kunnen we de omgevingskwaliteiten van onze steden verbeteren en het welzijn van hun inwoners vergroten – ook op de langere termijn. Toegepast op Eindhoven stellen wij dat het toevoegen van bomen en gras in de stedelijke herontwikkeling van KnoopXL een interventie is die niet over het hoofd mag worden gezien. Hiermee wordt de kwaliteit van de omgeving substantieel verbeterd en de gebruikers een veel aangenamere ervaring geboden.


Deze bijdrage is gebaseerd op het volgende artikel: Yang, S., Dane, G., van den Berg, P., & Arentze, T. (2024). Influences of cognitive appraisal and individual characteristics on citizens’ perception and emotion in urban environment: model development and virtual reality experiment. Journal of environmental psychology, 102309.


Cover: ‘Station Eindhoven Centraal’ door Ralf Roletschek (bron: wikimedia commons) onder CC BY 3.0, uitsnede van origineel

Wilt u reageren op dit artikel of een gastbijdrage voor Gebiedsontwikkeling.nu schrijven over een ander onderwerp? Bekijk dan hier de mogelijkheden.


Senqi Yang door - (bron: Linkedin)

Door Senqi Yang

Promovendus aan Technische Universiteit Eindhoven

Gamze Dane door - (bron: Linkedin)

Door Gamze Dane

Universitair Docent aan de Technische Universiteit Eindhoven

Pauline van den Berg door - (bron: Linkedin)

Door Pauline van den Berg

Senior onderzoeker gezonde leefomgevingen bij Fontys Hogeschool

Theo Arentze door - (bron: Linkedin)

Door Theo Arentze

Professor aan de Technische Universiteit Eindhoven


Meest recent

Voor de lage komgronden langs de rivieren stelt IMOSS voor om verouderd vastgoed te vervangen door toekomstbestendige nieuwbouw, die de symbiose met het water aan kan. door IMOSS (bron: IMOSS)

Een blik op het jaar 2100: meer verdichting, meer groen en meebewegen met het water

De beroepsverenigingen voor ontwerp schetsen toekomstbeelden van Nederlandse steden, dorpen en landschappen waarvoor radicale keuzes gemaakt moeten worden. 2100 is nú.

Onderzoek

3 juli 2024

Interventie op de dijk door Jaap Warmerhoven (bron: Jaap Warmerhoven)

Oog voor de onderstroom in gebiedsprocessen, dat helpt de transitieopgaven vooruit

In onze bouwcultuur sneuvelt vaak de aandacht voor de minder tastbare aspecten van samenwerking. Ester Heiman en Martine Verweij pleiten voor meer aandacht voor de ‘onderstroom’: alles was niet gezegd wordt – maar wel invloed heeft.

Interview

3 juli 2024

Luchtfoto van een opslagplaats door NetVideo (bron: shutterstock)

Forse groei kleinschalige bedrijfsruimte belemmert circulaire transitie

Uit onderzoek van Stec Groep blijkt dat het aantal kleinschalige bedrijfsruimtes op bedrijventerreinen de laatste jaren snel groeit. Dat betekent dat er nog minder ruimte overblijft én dat de circulaire ambities in het gedrang komen.

Onderzoek

2 juli 2024