Luchtfoto van de haven van Amsterdam door Thomas Roell (bron: shutterstock)

In Amsterdam kan woningbouw doorgaan, ook al zit het stroomnet vol: hoe de gemeente en netbeheerder samenwerken

15 mei 2024

6 minuten

Interview Netcongestie maakt het oplossen van ruimtelijke vraagstukken in het dichtbebouwde Amsterdam extra complex. De gemeente en netbeheerder Liander werken op alle niveaus intensief samen om gebiedsontwikkelingen toch mogelijk te maken, ondanks dat het stroomnet in grote delen van de stad al jaren overvol is.

De gemeente Amsterdam en netbeheerder Liander trekken al geruime tijd samen op om netcongestie in de hoofdstad het hoofd te bieden. Op alle niveaus binnen de organisaties wordt samengewerkt om het ingewikkelde en verstrekkende probleem aan te pakken. Belangrijke schakels hierin zijn Paul van Engelen, regiomanager planvorming bij Liander en Naut Loots, programmamanager Elektriciteitsvoorziening van Amsterdam. Wat maakt deze intensieve samenwerking tussen gemeente en netbeheerder vruchtbaar?

“Wij zien elkaar in ieder geval wekelijks en meestal vaker. We hebben elkaar nodig,” vertelt Van Engelen. “De netbeheerder heeft de gemeente nodig om noodzakelijke uitbreidingen te kunnen doen en de gemeente heeft de netbeheerder weer nodig om nieuwe woningen van elektriciteit te voorzien.” Loots vult aan: “We hebben afgesproken dat we netcongestie echt samen aanpakken. We staan voor dezelfde knelpunten en ontwikkelen samen protocollen en procedures om voor versnelling te zorgen in die grote, stroperige stad.”

Themastudie Elektriciteit

De gemeente en de netbeheerder zetten in 2018 de eerste stappen in de nauwere samenwerking rondom netcongestie. In Amsterdam werden congestieproblemen eerder gevoeld dan in de rest van het land. Er zijn simpelweg meer woningen, bedrijven, laadpalen en datacentra die een claim op het elektriciteitsnet leggen. Om de op dat moment nog slecht begrepen problematiek goed in beeld te krijgen, werd een ‘themastudie elektriciteit’ uitgevoerd.

“We hebben in kaart gebracht welke ontwikkelingen er in de stad gaande zijn, en wat de impact van verschillende scenario’s op het elektriciteitsnet is,” zegt Van Engelen. “Dat is heel gedetailleerd gedaan. We keken naar de precieze omvang van onder andere de woningbouw, laadpalen, openbaar vervoer, elektrisch varen, de effecten van de warmtetransitie en datacentra. We hebben alle beschikbare informatie over de vraag naar elektriciteit bij elkaar gebracht.” Deze werkwijze was voor de gemeente en de netbeheerder nieuw. “Eerder werkten we bij Liander vooral met bestaande datasets. Daar gingen we hard op studeren en dan kwamen we met de uitkomst bij de gemeente.”

De schaarse ruimte in Amsterdam is drie keer geclaimd

“Als de netbeheerder ineens aan komt kloppen met het verzoek voor 2000 m2 grond om een transformatorstation neer te zetten, is het lastig daar draagvlak voor te krijgen,” vertelt Loots. “De schaarse ruimte in Amsterdam is drie keer geclaimd, zowel onder als boven de grond. Door samen plannen te maken lukt het veel beter om intern binnen de gemeente en naar inwoners toe te beargumenteren waarom de netbeheerder op een bepaalde locatie en aantal vierkante meters aan de slag moet.”

Amsterdam op slot

Ondanks de gezamenlijke inspanningen gingen in 2021 grote delen van de stad ‘op slot’: nieuwe stroomaansluitingen waren daar niet meer mogelijk. Dit bracht de samenwerking in een stroomversnelling. De ‘Taskforce Congestie Amsterdam’ werd in het leven geroepen. Op bestuurlijk niveau komen sindsdien twee wethouders en bestuurders van Liander, landelijk netbeheerder Tennet en het Havenbedrijf Amsterdam regelmatig samen. Loots: “Daaronder hangt een structuur van ongeveer 150 mensen die op verschillende deelterreinen samenwerken om de impact van congestie zoveel mogelijk te beperken. Als grote gemeente heb je het voordeel dat er mensen zijn die zich echt kunnen specialiseren in de problematiek en zich er fulltime mee bezig houden.”

Paul van Engelen (Rechts) en Naut Loots (Links) door Paul van Engelen, Naut Loots (bron: Paul van Engelen, Naut Loots)

‘Paul van Engelen (Rechts) en Naut Loots (Links)’ door Paul van Engelen, Naut Loots (bron: Paul van Engelen, Naut Loots)


Het is passen en meten op het stroomnet. Daarom worden alle partijen in het ruimtelijke domein bij de elektriciteitspuzzel betrokken. Zo wordt van projectontwikkelaars gevraagd om in een zo vroeg mogelijk stadium aan te geven hoeveel woningen gebouwd worden, welke stroomvraag daarbij hoort en hoe warmtenetten worden ingericht. “Als je lage temperatuurbronnen zoals oppervlaktewater voor een warmtenet gebruikt, weet je dat je een hoge elektriciteitsvraag krijgt,” vertelt Van Engelen. “Je kan beter kijken of er in de buurt een restwarmtebron benut kan worden. Het ’s zomers koelen van kantoren levert bijvoorbeeld warm water op, dat je in de winter weer kan gebruiken. Dergelijke warmte- en koudeopslag-systemen zijn heel efficiënt en kun je in grotere gebiedsontwikkelingen goed inpassen.”

Tijdelijke oplossingen

In Amsterdam wordt overwegend gestapeld gebouwd. Woningen kunnen meestal nog wel op het stroomnet worden aangesloten. Maar voor voorzieningen in de plinten is vaak geen ruimte op het net beschikbaar. Dat remt de ontwikkeling van hele gebieden: de exploitatie van bedrijfsruimtes op de begane grond is voor gebiedsontwikkelaars vaak noodzakelijk om de businesscase rond te krijgen. Ook voor de gemeente zijn stroomaansluitingen in de plint een harde voorwaarde, stelt Loots. “Wij willen geen slaapwijken bouwen. Als er geen supermarkt of school in de buurt is, wat voor wijk bouw je dan?”

Bij netcongestie zit het stroomnet niet 24 uur per dag, 7 dagen in de week vol – het zit alleen op sommige momenten vol

Naast het versneld uitbreiden van het stroomnet door ontwerpprocessen te standaardiseren, ontwikkelt de taskforce alternatieve oplossingen die het congestieprobleem omzeilen. In Sloterdijk Zuid 1 wordt bijvoorbeeld een dun bebouwde zone met kantoren en kleinschalige bedrijvigheid getransformeerd in een hoogstedelijk woon-werkgebied. “Er vertrekken veel bedrijven die al een aansluiting en bijbehorende contracten hebben,” vertelt Loots. “Die contracten kunnen door de projectontwikkelaar of gemeente worden overgenomen om voorzieningen in de plint van de nieuwbouw van stroom te voorzien.”

Bestaande contracten in beeld

De gemeente en Liander hebben een analyse laten uitvoeren naar hoe bestaande contracten zich verhouden tot de verwachte stroomvraag. Sluit het verbruik in de nieuwbouw aan bij de beschikbare ruimte op verschillende tijdstippen op het stroomnet? Het bleek dat de woontorens die als eerste opgeleverd worden met de bestaande contracten uit de voeten kunnen. Verwacht wordt dat als de volgende fases van het project gereed zijn, het stroomnet voldoende verzwaard is om in de stroomvraag te voorzien.

Amsterdam, Sloterdijk door Michael Nosek (bron: shutterstock)

‘Amsterdam, Sloterdijk’ door Michael Nosek (bron: shutterstock)


Toch is daarmee de kous niet af, legt Loots uit. “Als ergens een autowasstraat zit, die moet verhuizen om plaats te maken voor woningbouw, moet die op de nieuwe locatie ook weer stroom hebben. En dan begint het gesprek weer van voren af aan. Want op de nieuwe locatie is er waarschijnlijk ook congestieproblematiek. Wij zijn als gemeente gaan kijken wat wij in dit soort situaties kunnen regelen, zodat we ruimte houden voor gebiedsontwikkelingen.”

Energy Hub

In het havengebied werken Liander en het Havenbedrijf Amsterdam samen aan een ‘smart energy hub’ die bedrijven in staat stelt de beschikbare netruimte beter te benutten. “Bij netcongestie zit het stroomnet niet 24 uur per dag, 7 dagen in de week vol – het zit alleen op sommige momenten vol,” legt Van Engelen uit. “Er zitten grote pieken in de stroomvraag. Als je die pieken meer over de tijd spreidt, verklein je het congestieprobleem.” Bedrijven die zich bij de energiecoöperatie aansluiten, worden aangemoedigd minder stroom op piekmomenten af te nemen. Ook biedt Liander speciale contracten aan waarmee ze bedrijven tijdelijk afschakelen van stroom als het te druk wordt op het elektriciteitsnet - tegen vergoeding. Zo kunnen met dezelfde infrastructuur meer aansluitingen worden gerealiseerd.

De elektriciteitsvoorziening wordt steeds meer in samenhang bekeken, ziet ook Loots. “Zo hebben we recent een speciale uitvoeringsorganisatie voor de energietransitie in het leven geroepen. Waar we eerst binnen allerlei verschillende programma’s nadachten over warmte, elektriciteit en verduurzaming brengen we dat nu onder één paraplu samen. De congestieproblematiek laat zien hoe de stad op talloze vlakken verweven is met de energievoorziening.”


Cover: ‘Luchtfoto van de haven van Amsterdam’ door Thomas Roell (bron: shutterstock)


Kaz Schonebeek door Kaz Schonebeek (bron: LinkedIn)

Door Kaz Schonebeek

Redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024