Wateroverlast in Saarburg, Duitsland door Berit Kessler (bron: Shutterstock)

In zeven stappen naar een klimaatbestendige, veerkrachtige stad

13 september 2024

3 minuten

Onderzoek Het steeds extremere weer in Europa maakt de kritieke infrastructuur in de steden steeds kwetsbaarder. Onderzoekers van Sweco helpen overheden door in zeven stappen weer tot een klimaatbestendige en veerkrachtige stad te komen.

De onderzoekers van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) trokken begin deze zomer een zorgelijke conclusie. Wil Nederland een klimaatbestendige ruimtelijke ordening realiseren? Dan moet er nog een hoop gebeuren. Jan Jaap de Graeff, voorzitter van de Rli, wond er geen doekjes om. ‘Water en bodem sturend’ mag dan sinds een aantal jaar een van de belangrijkste mantra’s zijn in de Nederlandse ruimtelijke ordening, maar de woorden zijn nu nog vaak een stuk groter dan de daden. “We spreken wel over water en bodem sturend, maar doen het vaak gewoon nog niet. De praktijk is harder dan de leer.”

En dat betekent in de praktijk volgens De Graeff dat de keuzes die gemaakt worden in het vakgebied nog onvoldoende rekening houden met het fenomeen klimaatadaptatie. “Onze constatering is dat het besef er bij een kleine groep, vooral in het watervak, wel is. Maar het besef is vooral bij ruimtelijke ordenaars nog maar beperkt doorgedrongen. Het zit diep in ons land verankerd dat we, met dank aan onze vaardigheden op het gebied van waterbeheer, denken dat we alles kunnen doen waar we dat willen. We hebben immers al duizend jaar lang het water naar onze hand gezet. Maar dat lukt niet meer en het is buitengewoon lastig die cultuurverandering te bewerkstellingen.”

Plotseling en zeer heftig

De onderzoekers van adviesbureau Sweco hebben in het onderzoek Floods and critical infrastructure gekeken wat overheden in Nederland en andere Europese landen wel moeten doen voor een klimaatbestendige en veerkrachtige stad. De extreme regenval waar Europese steden de laatste jaren meer en meer mee te maken krijgen, zet de infrastructuur in deze steden steeds meer onder druk. Niet alleen de ‘technische infrastructuur’ zoals de wegen en openbaar vervoerverbindingen moet tegen het veranderende klimaat kunnen, aldus Sweco. Ook de sociale infrastructuur in een stad moet bestand zijn tegen de weersextremen. Denk bijvoorbeeld aan de ziekenhuizen en moderne, digitale infrastructuur in de vorm van datacentra.

Datacenter in Noord-Holland door corlaffra (bron: Shutterstock)

‘Datacenter in Noord-Holland’ door corlaffra (bron: Shutterstock)


Een belangrijke complicerende factor is dat deze verschillende systemen volgens de onderzoekers onderling afhankelijk zijn. Het falen van één systeem kan ervoor zorgen dat andere systemen ook falen. Om dit domino-effect te voorkomen, schetsen de onderzoekers zeven stappen die overheden kunnen zetten om Europese steden bestand te maken tegen de plotselinge en zeer heftige regenbuien.

Monitoren

Kritieke infrastructuur inventariseren op nationaal en lokaal niveau, dat is de eerste stap. Overheden moeten ervoor zorgen dat ze weten waar de kritieke infrastructuur zich bevindt in hun steden. Beoordeeld moet worden welke infrastructuur op nationaal niveau mogelijk niet kritiek is, maar lokaal wel onmisbaar – en dus extra beschermd moet worden. Naast de overheid, hebben ook alle sectoren afhankelijk van elkaar de taak (stap twee) om een risicoanalyse uit te voeren voor hun eigen infrastructuur. Overheden kunnen hierbij helpen door een uniforme methodiek te hanteren, zodat de resultaten vanuit de verschillende sectoren met elkaar vergeleken kunnen worden.

Welk negatief effect kan het uitvallen van het ene systeem op de overige systemen hebben

De derde stap is het genoemde domino-effect in kaart brengen: welk negatief effect kan het uitvallen van het ene systeem op de overige systemen hebben? Vervolgonderzoek moet daarna uitwijzen hoe deze effecten voorkomen kunnen worden. Stap vier is het uitvoeren van een kosten-baten analyse. Die laat zien wat het kost en oplevert om een specifiek ziekenhuis, viaduct of datacentrum te beschermen zodat overheden genoeg informatie hebben om keuzes te kunnen maken. Met behulp van de informatie uit de eerste vier stappen stellen overheden in de vijfde stap duidelijke doelen op, zodat de opgaven inzichtelijk en concreet gemaakt worden. Gecombineerd met een duidelijke planning (stap zes) wordt tenslotte in de laatste stap de voortgang binnen de gehele stad gemonitord, zodat overheden kunnen inspelen op plotselinge veranderingen.

Hoe maak je een stad ‘flood-proof’? De makers van deze docu namen de proef op de som in de Deense hoofdstad Kopenhagen.


Lees het volledige onderzoek op de website van Sweco.


Cover: ‘Wateroverlast in Saarburg, Duitsland’ door Berit Kessler (bron: Shutterstock)


Jasper_monster_sandervanwettum door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Jasper Monster

Redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

GO Weekoverzicht 21 november door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was de week waarin bleek dat het einde van de Didam-saga nog niet in zicht is

Wil je helemaal bij zijn bij de (gebieds)ontwikkelingen van deze week? Dan zijn dit de stukken die je gelezen moet hebben. Er is een nieuw hoofdstuk in de Didam-saga en de waterproblematiek vergroot de druk op ruimtelijke plannen in Limburg.

Weekoverzicht

21 november 2024

Zaandammerplein in Amsterdam door TasfotoNL (bron: Shutterstock)

Waardegedreven gebiedsontwikkeling zet baathouder centraal

Ferry Renne, procesmanager bij Brink, pleit voor een verandering in het vakgebied en stelt dat moderne gebiedsontwikkeling dwingt om op een andere manier naar ‘baten’ te kijken. “Zo creëren we kansen voor duurzame oplossingen in de toekomst.”

Analyse

21 november 2024

Wolkenkrabber in Londen in aanbouw door WD Stock Photos (bron: Shutterstock)

Circulaire gebiedsontwikkeling vraagt om meer dan alleen kringlopen sluiten

Circulair beleid richt zich binnen gebiedsontwikkeling nu nog vooral op het hergebruik van materialen. Dat kan en moet anders, blijkt uit een beleidsanalyse van TU Delft-onderzoekers. “Nu blijft het bouwprogramma onaangepast.”

Onderzoek

20 november 2024