New York, Governors Island Park door Birkhaüser (bron: Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change)

Inzet van landschapsarchitectuur maakt steden veerkrachtig: de lessen uit Amerika

21 juni 2022

7 minuten

Recensie Elke Mertens schreef 'Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change'. Het is een verslag van een zoektocht door Noord- en Zuid-Amerika naar goede voorbeelden hoe steden met hulp van landschapsarchitecten veerkrachtig kunnen worden. Om zo de grote uitdagingen van deze tijd beter aan te kunnen.

Het boek is een pleidooi voor de landschapsarchitect als belangrijke speler die snapt hoe het natuurlijke systeem beter benut kan worden in relatie tot de opgave van klimaatverandering. Dit is de stelling in het voorwoord van Richard Stiles: hij wijst de landschapsarchitect aan als de ‘native’ die altijd al thuis is in de natuur. Dit in tegenstelling tot de andere actoren die de natuur in de stad lijken te moeten herontdekken.

Overzicht beleid

De inleiding van het boek, onder de titel Resilience as factor of urban development, schetst de opgaven van klimaatverandering en de biodiversiteitscrisis en geeft een mooi, beknopt en toegankelijk overzicht van het beleid dat is ontwikkeld sinds de jaren 1980s. Het navigeert door alle IPCC-rapporten, geeft inzicht in de ontwikkeling van de SDG’s en mondiale programma’s van steden die samenwerken op het gebied van resilience.

Inclusieve stad

Dit is een zeer waardevolle introductie voor beleidsmakers om de huidige situatie in de context te kunnen plaatsen. De introductie sluit af met een definitie van ‘resilience’ dat bepaalt dat een stad inclusief, met betrouwbare publieke voorzieningen en met een evenwichtig verdeelde welvaart moet zijn om ook veerkrachtig te kunnen zijn. De stedelijke natuur moet bewoners en bezoekers bedienen, reguleert het microklimaat en buffert overvloed of tekort aan regenwater. Omdat de opgaven per stad heel contextueel zijn, is het belangrijk lokale bewustwording te bevorderen en de gemeenschap erbij te betrekken.

Minder risico’s

Natuurlijk is stadsnatuur niet alleen adaptief. Het mitigeert ook klimaatverandering door dat het CO2 opslaat. Juist de stedelijke omgeving is het meest kwetsbaar door de hoge dichtheid, het economische belang en de afhankelijkheid van inflexibele grijze infrastructuur. Deze risico’s worden verminderd door steden meer resilient te maken, zodat ze minder schade ondervinden of zich sneller kunnen herstellen van een natuurramp.

Omdat de opgaven per stad heel contextueel zijn, is het belangrijk lokale bewustwording te bevorderen en de gemeenschap erbij te betrekken

De steden worden in de publicatie van noord naar zuid onder de loep genomen. Aan bod komen hun geschiedenis en problematiek, hun beleid en hun projecten. Door het boek heen worden op deze manier ook de verschillen tussen Noord- en Zuid-Amerika heel duidelijk. De manier waarop mensen in deze gebieden hun sociaaleconomische systemen hebben ingepast in de natuurlijke condities vertoont per gebied een specifieke wisselwerking met de geografische karakteristieken. Het kan leiden tot een hoge mate verstedelijking – of juist niet.

Groene straten

Beginnend in het noorden: de Canadese steden Toronto en Vancouver hebben beide een sterk en duidelijk beleid geformuleerd inzake hun klimaatdoelen. Dat krijgt concreet gestalte door interventies zoals groene straten, waterfronts, groene daken en stadslandbouw. In Vancouver is een interessante ‘citizens’ -toolkit ontwikkeld die mensen kan ondersteunen om ook de inwonersgemeenschap te betrekken in het ontwikkelen van een veerkrachtige stad.

Toronto, Regent Park door Birkhaüser (bron: Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change)

‘Toronto, Regent Park’ door Birkhaüser (bron: Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change)


De drie Amerikaanse steden New York, Detroit en Houston hebben alle drie een Climate Action Plan opgesteld. Daarbinnen worden projecten ontwikkeld die de gevolgen van klimaatverandering aangrijpen als dynamiek in een ontwerp. Governors Island (West 8 Landschapsarchitecten) en Hunterpoint (SWA/Balsley and Weiss/Manfredi) in New York en Buffalo Bayou Park (SWA) in Houston zijn ontworpen in relatie tot de topografie en het klimaat. De parken kunnen met uiteenlopende andere waterstanden verschillend gebruikt en ervaren worden.

Het laatste project is het resultaat van het werk van een bewonersgroep die zich al 35 jaar inzet voor gelijkheid, participatie en culturele ontwikkeling van het gebied. In krimpstad Detroit is de demografische ontwikkeling gekoppeld aan de klimaatopgave door aan alle vrijkomende percelen een groene functie te geven. Met name de bewonersgroepen worden ondersteund in sociale projecten met groen.

Buffalo Bayou Park, Jonnu Singleton door Birkhaüser (bron: Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change)

‘Buffalo Bayou Park, Jonnu Singleton’ door Birkhaüser (bron: Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change)


De steden op het Zuid-Amerikaanse continent vertonen een heel andere problematiek. Minder overheidscontrole en meer informele bouw maken de uitvoering van beleid om klimaatverandering te stoppen en steden duurzamer te maken minder krachtig. De projecten in Bogota en Medellín in Colombia richten zich met name op groene netwerken in de bestaande stad. Verfijnde ontwerpen voegen transport-infrastructuur en groene verbindingen in de steden toe. In Medellín zijn 100 nieuwe parken onderdeel van dit netwerk en is de bebouwing eromheen ook steeds groener.

In Brazilië worden de steden Rio de Janeiro, Manaus en Brasilia beschreven. De ambitie in Rio de Janeiro is om carbon neutral te worden en de vervuilde gebieden te vervangen door gezonde groene gebieden. Deze doelstelling wordt vooral vanuit projecten vormgegeven.

Mondiaal klimaat

Manaus is de hoofdstad van het Amazonegebied. Hier speelt een groot mondiaal belang: de Amazone is het grootste landschap ter wereld en reguleert daarmee het mondiale klimaat. Wanneer de wereld 4 graden zou opwarmen zou de Amazone veranderen in een savanne. De toplaag van de bodem in het gebied is niet vruchtbaar en zou volledig opdrogen. Hier zijn planologische voorschriften en een sterke overheid cruciaal, in samenhang met de inzet van de burgers zelf. Dit moet voorkomen dat economische activiteiten, zoals het produceren van soja voor de wereldveestapel, de Amazone van de kaart veegt. De publicatie behandelt deze problematiek heel helder en toont een botanische tuin die is ontworpen als expositie van het regenwoud.

Botanische Tuin, Brasilia door Box Lab (bron: shutterstock.com)

‘Botanische Tuin, Brasilia’ door Box Lab (bron: shutterstock.com)


Een totaal ander voorbeeld is Brasilia: de stad die in de jaren vijftig van de vorige eeuw op grote schaal in nieuwe woningbouw voorzag. De inpassing van de stad in een natuurlijke omgeving werd door de modernisten als een industriële opgave opgepakt. Hun de compacte grootschalige bouw kan ook wel gezien worden als een manier om de footprint zo klein mogelijk te houden. In de ontworpen publieke ruimte worden in het boek voorbeelden van bewonersprojecten besproken waarin de ecologie als leidraad wordt genomen in het ontwikkelen van stedelijke landbouw en het concept eco-village.

Leren van Amerika

Sluitstuk in de Zuid-Amerikaanse rij is Montevideo in Uruguay, gelegen in een subtropisch en overstromingsgevoelig gebied. Hier lezen we over een interessante planologische aanpak van dit overstromingsgevaar door mensen uit deze zones te verhuizen.

In de conclusies worden de verschillende voorbeelden gecategoriseerd naar het type ingreep waarmee steden veerkrachtiger worden gemaakt. Een interessant advies betreft onder meer een certificaat (zoals LEED) van het stedelijk groen in relatie tot de ambitie van resilience. Voor de Nederlandse situatie resteert na het lezen van de publicatie de vraag: wat kunnen we leren van de samenhang tussen interventies, community practice en planologische instrumenten in de Amerikaanse voorbeelden?

Onderdeel ecosysteem

In de onderzoeksgroep Delta Urbanism van de TU Delft verkennen we inmiddels een aantal jaren het concept 'Ecosysteem participatie'. Dit concept erkent dat mensen en stedelijke systemen deel uitmaken van een ecosysteem. Het stimuleert acties waarmee we ons bezighouden met de natuur als natuur, dus meedoen in plaats van erboven staan. Bovendien houdt het begrip participatie zich doelbewust bezig met lokale gevoeligheden en cultuur, waardoor een nieuwe harmonieuze relatie tussen natuurlijke systemen en humane technologie wordt hersteld.

Oplossingen op maat

Ecosysteemparticipatie is dus een belangrijk nieuw perspectief. Het geeft natuurlijke systemen een betere positie als stakeholder in stedelijke ontwikkeling. Daarnaast erkent het ook dat stedelijke landschappen complexe ecosystemen zijn, die contextueel moeten worden begrepen en die op maat gemaakte oplossingen vereisen. Onderzoek met studenten levert inzichten op in hoe het concept functioneel zou kunnen zijn en vooral wat het concept kan betekenen in kwetsbare geografische gebieden in relatie tot op de natuur gebaseerde oplossingen.

Wat was, is en zou het nieuwe evenwicht tussen mens en natuur in het stedelijk landschap moeten zijn?

De participatie van burgers en andere betrokkenen kan – zoals we afleiden uit de voorbeelden in het boek – op drie niveaus worden vormgegeven: als planningsrichtlijnen, als community practice en als fysieke interventie. Vooral het werken met burgergemeenschappen kan worden beschouwd als ondersteunde zelfhulp waarbij de meest duurzame relaties met het ecosysteem kunnen worden aangegaan en voortgezet.

Nieuw evenwicht

Tot slot roept het lezen van deze publicatie de vraag op: met welk natuurlijk landschap hebben we eigenlijk in de stad te maken? Wat is hier de natuur? Deze vraag is in sterk veranderde landschappen moeilijk te beantwoorden. Wat was, is en zou het nieuwe evenwicht tussen mens en natuur in het stedelijk landschap moeten zijn? Hoe kan de natuur van ons profiteren zodat we in een klimaatbestendige stad kunnen wonen? De voorbeelden in dit boek laten zien dat het zin heeft om onze antropoceen-benadering (waarin de ecologische crisis toch vooral als een technisch vraagstuk wordt gezien) om te buigen naar een eco-centrische benadering. Met daarbij het bewustzijn dat mensen baat hebben bij het herstel van de natuurlijke systemen.


Cover: ‘New York, Governors Island Park’ door Birkhaüser (bron: Resilient City: Landscape Architecture for Climate Change)


Fransje Hooimeijer - profielfoto

Door Fransje Hooimeijer

Associate Professor Environmental Technology & Design | TU Delft


Meest recent

Zaandammerplein in Amsterdam door TasfotoNL (bron: Shutterstock)

Waardegedreven gebiedsontwikkeling zet baathouder centraal

Ferry Renne, procesmanager bij Brink, pleit voor een verandering in het vakgebied en stelt dat moderne gebiedsontwikkeling dwingt om op een andere manier naar ‘baten’ te kijken. “Zo creëren we kansen voor duurzame oplossingen in de toekomst.”

Analyse

21 november 2024

Wolkenkrabber in Londen in aanbouw door WD Stock Photos (bron: Shutterstock)

Circulaire gebiedsontwikkeling vraagt om meer dan alleen kringlopen sluiten

Circulair beleid richt zich binnen gebiedsontwikkeling nu nog vooral op het hergebruik van materialen. Dat kan en moet anders, blijkt uit een beleidsanalyse van TU Delft-onderzoekers. “Nu blijft het bouwprogramma onaangepast.”

Onderzoek

20 november 2024

Overstroming in Valkenburg door MyStockVideo (bron: Shutterstock)

Waterproblematiek vergroot de druk op ruimtelijke plannen in Limburg

Na de overstromingen van 2021 staat de verhouding tussen woningbouw en waterveiligheid in Limburg op scherp. Het Limburgse Waterschap wil geen nieuwbouw in gebieden met een hoog overstromingsrisico. De Provincie wil dit niet vooraf uitsluiten.

Onderzoek

19 november 2024