2015.04.16_Is erfgoed van waarde weerloos?

Is erfgoed van waarde weerloos?

16 april 2015

4 minuten

Opinie De komende jaren komt er een grote hoeveelheid erfgoed op de markt. Slopen en verval staat voor velen nog niet op het netvlies, maar zal steeds vaker onvermijdelijk zijn. Past hierbij de dichtregel ‘Alles van waarde is weerloos’? Deze regel staat in grote neonletters op de dakrand van de Willem de Kooning Academie in mijn woonplaats Rotterdam. Een stad vol erfgoed uit oude en moderne tijden. De zin is van de dichter Lucebert. Deze bekende zin wordt in het gedicht gevolgd door de regel: ‘wordt van aanraakbaarheid rijk en aan alles gelijk als het hart van de tijd’. Wie bepaalt in deze tijd wat van waarde is? Het hart van de tijd rond erfgoed is in beweging. Vanuit de publieke kant wordt er steeds meer ingezet op het afstoten van erfgoed. Dit maakt dat het hart van de tijd gaat over kiezen en het zoeken naar een combinatie van culturele waarde en marktwaarde. Erfgoed is te vinden op allerlei locaties; midden in steden, aan de rand en in landelijk gebied.

Vanuit het perspectief van eigendom kan een onderscheid worden gemaakt tussen portfolio, gebiedsniveau en het object zelf. Het prettige aan portfolioniveau is dat er een afweging kan worden gemaakt tussen culturele waarde en marktwaarde voor bijvoorbeeld de vele religieuze complexen, militaire complexen of zorgcomplexen. Bij aparte gebieden of objecten zijn de locatie, lokale betrokkenheid en interesse vanuit de markt belangrijke factoren om waarde te behouden. Wat kunnen we leren van de eerste succesvolle voorbeelden? Gebiedsontwikkelingen zoals Strijp S in Eindhoven en de Binckhorst laten zien dat gebieden met erfgoed bijdragen aan het geleidelijk tot leven brengen van gebieden. Met een realistische blik wordt erfgoed gezien als kostenpost en aanjager van verdere ontwikkeling. Veel van deze voormalige werkgebieden transformeren tot levendige omgevingen met verschillende vormen van tijdsbesteding. Creativiteit is onmisbaar. Een zeer ‘aanraakbaar’ voorbeeld is de betrokkenheid van Michel Huisman bij het veel bediscussieerde Maankwartier in Heerlen. In diverse filmpjes komt hij aan het woord, om het nu recent gestarte in aanbouw zijnde gebied tot leven te brengen.

Een ander tastbaar element is de koppeling met nieuwe energieconcepten. Hele panden verduurzamen is vaak lastig en zeer kostbaar. Verwarming middels houtkorrels en hout wat vrij komt van de omliggende gronden geeft een beperkte belasting op het milieu als lokale winning mogelijk is. De investeringskosten moeten wel in verhouding staan tot de intensiteit en duur van het gebruik. Een alternatief kunnen (tijdelijke) zonne-panelen en gerichte isolatie zijn, steeds vaker als onderdeel van lokaal energienetwerk in een groter gebied.

Ook is in groeiende mate sprake van tussentijds bestemmen om de investeringskosten te faseren. Een gebied als het Hembrugterrein in Zaanstad laat zien hoe een gebied zo stapsgewijs kan transformeren. Ook de Hofbogen in Rotterdam laten mooi zien hoe een geleidelijke transformatie met meerdere actoren werkt. Recent is er overeenkomst tussen Hofbogen BV (aantal corporaties), Pro rail als eigenaar van het dak en de gemeente Rotterdam. Deze zomer wordt gestart om ‘de bogen en hun dak’ verder te ontwikkelen.

Naast historisch erfgoed, is er groeiende aandacht voor modern erfgoed. Een inspirerend voorbeeld is de transformatie van de Kleiburgflat in de Bijlmermeer. Slopen is te duur! Maar nu worden de flats met veel plezier bewoond door ze op de markt te brengen als kluswoningen. Tot slot is een blik over de grens leerzaam. Waar in Nederland de functie vaak centraal staat, staat in België de waarde dikwijls voorop. Bij uitzonderlijke gebouwen, met publieke of private (h)erkenning, is dit soms een oplossing. Een mooi Nederlands voorbeeld is Radio Kootwijk op de Veluwe, rond 1920 gebouwd voor radioverbindingen tussen Nederland en het voormalig Nederlands-Indië. Ook in Engeland zijn veel van deze voorbeelden te vinden, vaak gefinancierd door private stichtingen. Interessant in Edinburgh (Schotland) is dat daar de combinatie tussen het oude en het nieuwe niet wordt geschuwd. Hier kunnen we in Nederland nog iets van leren! Juist minder bang zijn om in te grijpen, maakt de kans op duurzame aanraakbaarheid groter. Financieel blijft het lastig. Soms is (gedeeltelijke) sloop of verval onvermijdelijk. Er zijn te weinig gebruikers, creatievelingen en mogelijke eigenaren in verhouding tot de hoeveel erfgoed die vrij komt.

Met dank aan het levendige debat over erfgoed met de Young Professional en praktijkredactie van Gebiedsontwikkeling.nu op 14 april 2015.

Kijk verder:

Binckhorst

Strijp S

Maankwartier Heerlen

En over Rotterdam, ROTTERDAM 2040 van Gyz La Riviere

Zie ook:


Cover: ‘2015.04.16_Is erfgoed van waarde weerloos?’


Agnes Franzen door Ineke Oostveen (bron: Agnes Franzen)

Door Agnes Franzen

Strategisch adviseur SKG/TU Delft en medeoprichter/hoofdredacteur van Gebiedsontwikkeling.nu (2010-2017)


Meest recent

GO weekoverzicht 30 januari 2025 door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was een week van de geluiden van hoop

Deze week klinken er geluiden van hoop op Gebiedsotwikkeling.nu. Van de 18 projecten in het Jaarboek Stedenbouw en Landschapsarchitectuur tot en met de parken die eenzaamheid tegengaan en de inspirerende lessen van de Māori uit Nieuw-Zeeland.

Weekoverzicht

30 januari 2025

Bewoners Wellington 3 door Renate Schelwald (bron: Renate Schelwald)

Een gelijkwaardige rol voor natuur in gebiedsontwikkeling, de lessen van inheemse culturen

Renate Schelwald onderzocht in Nieuw-Zeeland wat er nodig is voor een duurzame leefomgeving. Met daarbij natuur niet als leuk decor voor de mens maar als werkelijk gelijkwaardig onderdeel in gebiedsontwikkeling.

Analyse

30 januari 2025

Station Ede-Wageningen door INTREEGUE Photography (bron: Shutterstock)

De stand van het gewas in de publieke ruimte, 18 hoopvolle projecten

18 projecten worden in het Jaarboek Stedenbouw en Landschapsarchitectuur aan een nadere analyse onderworpen. Recensent Jaap Modder put er de hoop uit dat echte kwaliteit op lokaal niveau wordt gemaakt.

Recensie

29 januari 2025