18 maart 2014
3 minuten
Persoonlijk Dat is in een zin samengevat het doel van het Convenant Aanpak Leegstand Kantoren dat zes marktpartijen en drie overheidsorganisaties in juni 2012 hebben gesloten. Die partijen zijn namens de overheid, het Rijk, het IPO (Interprovinciaal Overleg) en de VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten), en vanuit de markt IVBN (Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed Nederland), Vastgoed Belang, de NEPROM (Vereniging van Nederlandse Projectontwikkeling Maatschappijen), CoreNet Global Benelux, het FMN (Facility Management Nederland) en de VNB (Nederlandse Vereniging van Banken). Het convenant vloeit voort uit het Actieprogramma Leegstand Kantoren dat de minister van I en M op 7 maart 2011 aan de Tweede Kamer heeft aangeboden. Het bijzondere aan het convenant is de brede range van de deelnemers (van ontwikkelaars tot gebruikers) en de aandacht voor het algemeen belang dat er uit spreekt.
Gebiedsontwikkeling.nu selecteerde tevens het interview met Roel van de Bilt, de rest van de publicatie kunt u hier downloaden (pdf)
Convenant is stap in goede richting
Door Jean Baptiste Bernard
Roel van de Bilt, statutair directeur van FGH Bank N.V., lid van de “Kantorentop” mede uit hoofde van de Nederlandse Vereniging van Banken
De échte opgave is hoe een nieuw gebouw of gebied kan worden ontwikkeld dat langjarig rendeert en functioneert. En hoe overtollige gebouwen een andere functie kunnen krijgen of aan de voorraad kunnen worden onttrokken. Met als gemeenschappelijk doel: dat het teveel aan voorraad echt kleiner wordt. Dit betekent onder andere dat de scherp omschreven functiebestemming van vastgoed anders benaderd zal moeten worden. Daarnaast zal er doorgepakt moeten worden om per regio bet er af te stemmen op de marktbehoefte. We staan als banken zeker positief tegenover de transformatie van leegstaande kantoren, waarbij het risico wel accept abel moet zijn, en de beoogde transformatie voldoende kansrijk. Er zijn tal van voorbeelden van geslaagde transformaties. Ik noem Campus Diemervijver in Diemen; een grootschalig leegstaand kantorencomplex dat getransformeerd is tot een studentencampus.
De kantorenmarkt moet je lokaal bekijken: in sommige gebieden is de bodem nog niet bereikt, maar op andere plaatsen gaat het bet er. Bijvoorbeeld op de Amsterdamse Zuidas, waar de huurprijzen en de waarde van het vastgoed weer stijgen en de leegstand beperkt is. Maar dat gebied is zeker niet maatgevend voor heel Nederland. De leegstand moeten we met elkaar serieus nemen. Dat is ook de reden dat we het Convenant ‘Aanpak Leegstand Kantoren’ onderschrijven en ondertekend hebben. Want daarmee zetten we als sector wel een stap in de goede richting.
Dat neemt overigens niet weg, dat we nog een lange weg te gaan hebben met elkaar. Bepaalde kantoren zijn nu eenmaal sterk in waarde gedaald, en daar hebben de eigenaren –waaronder een deel van onze klanten- financieel last van. Ook de banken nemen een deel van de pijn door middel van het treffen van kredietvoorzieningen. Als wij ver wachten dat onze leningnemer niet aan z’n verplichtingen kan voldoen en het vastgoed dat als onderpand dient, niet voldoende gaat opleveren om de lening af te lossen, dan moeten wij voorzieningen treffen. Of dat nodig is, is van zoveel factoren afhankelijk, dat daar per geval heel genuanceerd naar gekeken wordt. De vastgoedmarkt is lokaal bepaald, en dan kan het ook nog eens zo zijn dat op één en dezelfde locatie het ene kantoor courant is, en het andere niet. Bij de herbestemming van vastgoed wordt dus ook goed gekeken naar het omgevingsgebied, maatschappelijke ontwikkelingen, en naar de ondernemer zelf. Die zit immers uit eindelijk aan het stuur als het gaat om herbestemming van het vastgoed. In de vastgoedsector zullen we samen naar een goede balans moeten zoeken, daar hebben we een gezamenlijke verantwoordelijkheid in. Gezien de vele belangen is wel meer regie nodig.
Lees verder
Cover: ‘2014.03.18_Je verantwoordelijkheid nemen bij het wegwerken van de leegstand bij kantoren_180’