Opinie COLUMN In publicaties over gebiedsontwikkeling gaat het over wat er allemaal op ons af komt. Van aardgasvrij vastgoed tot klimaat-adaptieve pleinen en van circulair bouwen tot energieleverende logistieke hallen. ‘Het is een bietje veul’, zou mijn Brabantse moeder zeggen.
Die veelheid aan ontwikkelingen heeft soms iets zwaarmoedigs, maar kan zich ook op een inspirerende manier aan je presenteren. Ik mag mijn werkzaamheden voor een Nederlandse stad combineren met het verzorgen van onderwijs aan HBO-studenten ruimtelijke ontwikkeling. Als laatste oefening van bekwaamheid verdiepen zij zich in een onderwerp dat hén boeit en intrigeert. Die onderwerpkeuze is daarmee een aardige staalkaart van wat, volgens deze jonge profs in ons vak, relevant is. Toen ik die leeftijd had ging het om grootschalige stadsvernieuwing, heette klimaat nog milieu en was de hypotheekrente 9,2 procent. In het landschap zag je nog minder logistiek en meer industrie, vitale senioren heetten nog bejaarden, en het eerste mailtje moest nog verstuurd worden. Telefoons wogen een kilo en hadden een snoer.
Dat was toen.
Als ik nu willekeurig bij veertien studenten ruimtelijke ontwikkeling de door hen behandelde onderwerpen noteer, levert dat voor ons een mooie agenda op. Kijk eens even mee met deze jongejonge professionals in ons vak:
Do richt zich op de mogelijkheden voor bouwers om onderling daadwerkelijk circulair samen te werken. Cas en Vieve vragen zich af hoe een plein in Eindhoven er over tien jaar daadwerkelijk uitziet, als grote sociale en technische trends werkelijkheid worden. Enzo berekende waarom het bij een corporatie zonder financiële hulp niet gaat lukken om sociale hoogbouw tijdig te verduurzamen. Zarah en Anne vroegen zich af welk woonproduct nodig is om de vitale oudere te verleiden tot het kopen van een nieuwbouwwoning. Jasper en Stijn brachten voor vijf herontwikkelde zware industriecomplexen in beeld waarom het daar gelukt is, welke partijen dat voor elkaar kregen en hoe ze dat deden. Ashly en Lotte analyseerden de keuzes die corporaties en zorgaanbieders moeten maken bij het concreet maken van die veelbesproken scheiding van wonen en zorg. Pim en Bram verkenden voor een beursgenoteerde bouwer aan welke eisen een betaalbare conceptwoning moet voldoen. En Giel en Sven berekenden voor elke labelstap wat het de corporatie kost om die duurzaamheidssprongen voor grondgebonden sociale woningen te maken. Van D naar A. Met poster.
Zomaar een greep. Over wat er op ons af komt. En hoe inspirerend dat kan zijn.
Cover: ‘Go column cover 2’