Thumb_infra en stationsgebieden_0_1000px

Karst Geurs: ‘Bereikbaarheid is meer dan reistijd’

8 juli 2014

2 minuten

Nieuws Traditioneel wordt bereikbaarheid in de verkeerswereld vaak gedefinieerd in termen van reistijd en voertuigverliesuren. Maar bereikbaarheid heeft ook te maken met de mogelijkheden van mensen om bepaalde bestemmingen te bereiken.

Dat stelde prof. dr. ing. Karst Geurs bij zijn intreerede als hoogleraar Transport Planning aan de Universiteit Twente.

De mogelijkheden die mensen hebben om bepaalde bestemmingen te bereiken zijn in de eerste plaats afhankelijk van de aanwezigheid en kwaliteit van de verkeers- en vervoerssystemen, uitgedrukt in reisweerstanden, aldus Geurs. Daarnaast is de mate van nabijheid van activiteiten van grote invloed op de mogelijkheden om bepaalde bestemmingen te bereiken.

Verder spelen individuele kenmerken een rol. De toegang tot bepaalde vervoerssystemen en de mogelijkheden die mensen hebben om aan activiteiten deel te nemen, zijn sterk individueel bepaald. Deze zijn afhankelijk van behoeften, vaardigheden en mogelijkheden van individuen. Denk aan leeftijd, inkomen, opleidingsniveau, levensfase, het al dan niet bezitten van een rijbewijs.

Tenslotte zijn de mogelijkheden om aan activiteiten deel te nemen ook afhankelijk van de verschillende tijdstippen waarop vervoerssystemen of activiteiten toegankelijk zijn. In de kleine kernen is bijvoorbeeld ’s avonds geen openbaar vervoer beschikbaar. Daarnaast zijn bestemmingen of activiteitenplaatsen niet altijd toegankelijk. Winkels en voorzieningen hebben immers bepaalde openingstijden.

Geurts pleit voor meer onderzoek om dergelijke factoren in kaart te brengen.

Het gebruik van gegevens van mobiele telefoons, smartphones en navigatiesystemen biedt daartoe vele nieuwe mogelijkheden, zo stelt Geurs.

Een van de wetenschappelijke experimenten waar Geurts aan werkt is het mobiele mobiliteitspanel, waarin 550 gebruikers via een smartphone app tot zes weken per jaar, drie jaar lang, hun mobiliteitsgedrag registreren.

Verder is Geurs vorig jaar samen met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en Goudappel Coffeng het Mobiliteitspanel Nederland gestart. In dit panel wordt het mobiliteitsgedrag van een vast panel van 2.000 gezinnen gevolgd. Het is in omvang het grootste mobiliteitspanel ter wereld. Ook worden veranderingen in mobiliteitsvoorkeuren en ICT-gebruik in kaart gebracht. Het is dan mogelijk de mobiliteitsgevolgen te zien van bijvoorbeeld een verhuizing of het kopen van een auto.


Cover: ‘Thumb_infra en stationsgebieden_0_1000px’



Meest recent

Peter Pelzer door Faculteit Bouwkunde TU Delft (bron: Faculteit Bouwkunde TU Delft)

“We moeten de lange termijn meer gaan voelen in gebiedsontwikkeling”

Peter Pelzer is sinds 1 januari hoogleraar aan de TU Delft en werkte aan een geactualiseerde versie van zijn stadsessay Verantwoordelijk voor de toekomst, waarin hij op zoek gaat naar een planologie voor de lange termijn.

Interview

21 januari 2025

De L-flat in Zeist door Patrick Verhoef (bron: shutterstock)

Wijkaanpakken in middelgrote gemeenten, drie praktijkvoorbeelden

Onderzoekers van Platform31 destilleren uit drie praktijkvoorbeelden een aantal lessen die volgens hen relevant zijn voor middelgrote Nederlandse gemeenten die aan de slag willen met een brede wijkaanpak.

Onderzoek

20 januari 2025

Huis onder constructie door Fokke Baarssen (bron: Shutterstock)

Friso de Zeeuw over zijn rol als voorzitter van adviesgroep STOER

Het programma STOER moet ervoor zorgen dat de kabinetsambitie om 100.000 woningen per jaar te bouwen sneller, efficiënter en goedkoper wordt gerealiseerd. Friso de Zeeuw is benoemd tot voorzitter van de adviesgroep van het programma.

Interview

17 januari 2025