Verslag Binnen de contouren van het monumentale Stadstimmerhuis is de afgelopen jaren een markante ‘wolk van staal en glas’ verrezen. Op de begane grond een openbare passage van waaruit het nieuwe stadskantoor, Museum Rotterdam en bedrijfsruimten worden ontsloten. Daarboven 84 appartementen met elk een royaal dakterras en vrij uitzicht over de binnenstad. Op het eerste oog minder opvallend zijn de drie elektrische BMWi3 modellen die in de kelder van het gebouw staan geparkeerd. Bewoners delen het gebruik van deze auto’s. Reserveren kan met de bijgeleverde car-sharing software. Elektriciteit wordt opgewekt door PV-cellen in het dak van het Timmerhuis. De energie vloeit eerst in een aantal in het gebouw geïntegreerde BMWi-batterijen. En wordt vervolgens, dag en nacht, draadloos overgeladen in de geparkeerde voertuigen. Het gebouw en de auto’s vormen zo samen één interactief energiesysteem. Met dit model beschikt Rotterdam volgens BMW Group over de ‘benchmark voor de stedelijke mobiliteit van de toekomst’.
Omgaan met de vraag naar schone energie, service 'on-demand', connectieviteit en de 'belofte' van mobiliteit
Smart cities, smart homes, smart cars
Over die toekomst spraken Rem Koolhaas en Adrian van Hooydonk tijdens het symposium. ‘Mensen willen schone energie, zij willen service ‘on-demand’, zij willen connectiviteit, maar zij willen ook de ‘belofte’ van mobiliteit’, stelt Koolhaas. En die vraag naar mobiliteit blijft overal ter wereld toenemen. Dat geeft op termijn grote problemen voor de leefbaarheid van steden. Van Hooydonk, hoofd design en directielid van BMW Group: ‘Als wij willen beantwoorden aan de wensen van onze klanten, dan moeten we ook de problemen mee helpen oplossen die deze in de weg staan’. Vieze lucht, vol geparkeerde straten en lange files zijn daarom ook een opgave voor onze industrie. ‘Auto’s worden gemiddeld slechts 4% van de tijd gebruikt en zijn daarom te kostbaar voor de steden van de toekomst. Ze zijn duur in aanschaf en de productie ervan vraagt een enorme investering in energie en grondstoffen. Maar vooral de fysieke ruimte die auto’s innemen is kostbaar’, stelt Tony Douglas. Hij is hoofd strategie van BMW Mobility Services en ook spreker tijdens het symposium: ‘We kunnen de productieketen verduurzamen en dat doen we ook, maar de echte innovatie zit in meer gedeeld gebruik van ons wagenpark’. Mobiliteit is niet langer hetzelfde als autobezit. Bedrijven als Uber forceren deze paradigma verandering en daarmee de groei van een nieuwe deeleconomie. Dit biedt kansen voor de leefbaarheid van steden en creëert tegelijk ook een nieuwe markt voor autobedrijven. Daarom investeert BMW met zijn 360-electric programma in parkeerapps en in car-sharing software. Maar ook in services die de aansluiting tussen de auto-, de fiets- en OV-gebruik verbeteren.Kracht van ontwerp
De infrastructuur voor de slimme steden van de toekomst wordt nu ontwikkeld. Er wordt momenteel ruim vier keer zoveel in geïnvesteerd dan enkele jaren terug in nieuwe media. Maar om deze ontwikkeling echt te kunnen doorzetten is het essentieel om te bouwen een draagvlak en enthousiasme bij een veel grotere groep mensen dan nu het geval is. Ken je klant en zet zijn behoefte centraal in innovatieprocessen, dat stelt Van Hooydonk in zijn openingslezing. Koolhaas sluit hierbij aan. Hij illustreert zijn pleidooi met een reactie op de zelfrijdende auto van Google: ‘Het ding oogt als een depressieve Koalabeer. Mensen zitten letterlijk en figuurlijk onderuitgezakt op de achterbank. De meeste mensen willen echter helemaal geen passagier zijn, maar gewoon aan het stuur zitten van hun auto’. Van Hooydonk vult aan: ‘We hebben echt overtuigend ontwerp nodig om de noodzakelijke technologische vernieuwingen vooruit te stuwen. Ter illustratie, de elektrische BMWi8 verkopen wij zelfs in Abu Dhabi en daarmee in het hart van de olieproducerende industrie. Het ontwerp is daarvoor voorwaardelijk, eenvoudigweg omdat de klant wil het hebben’. Daarin verschilt de BMWi8 niet veel van Het Timmerhuis. ‘In het hart van de binnenstad moeten we het beste van het Hollandse rijtjeshuis verbinden met het beste dat stedelijk wonen te bieden heeft’, zegt commercieel directeur Heleen Herbert van Heijmans. Met royale terrassen, tot zelfs 85m2, doet het Timmerhuis in privé buitenruimte niet onder voor de meeste achtertuinen. Dat is gelukt door een ingenieuze constructie en een uitgesproken ruimtelijk concept. Reinier de Graaf, partner bij OMA en verantwoordelijk voor het Timmerhuis-ontwerp: ‘We hebben niet voor hoogbouw gekozen, maar voor een stapeling in twee min-of-meer piramidevormige volumes. Deze zijn opgebouwd uit ‘pixels’ van elk 7.2 x 7.2 x 3.6 meter. Dit maakt het ontwerp ook flexibel. Bewoners konden tot laat in het ontwerpproces invloed uitoefenen op de plattegrond van hun woning. De gekozen vorm zorgt er tevens voor dat valwind en schaduwvorming beperkt zijn gebleven. Het gebouw voegt zich daarom ook prettig in een drukke stedelijke omgeving’. Heleen Herbert sluit hierop aan: ‘Wij wilde niet alleen een sterk woongebouw maken, maar ook een goede woonomgeving in het hart van de stad. Daarbij hoort ook een geslaagde herbestemming van het monumentale Stadstimmerhuis, het epicentrum van de Rotterdamse wederopbouw. Maar ook de uitdaging om ondanks de beperkte parkeerruimte die we konden realiseren, toch automobiliteit te organiseren voor de toekomstige bewoners’.Stevige allianties
Heijmans kon deze brede rolopvatting waarmaken door zich niet slechts als bouwer, maar ook als verkoper van de woningen te positioneren. ‘We verbonden ons voor de lange termijn aan het succes van dit project en daarmee organiseerde we wederzijds afhankelijkheid tussen alle partners’, zegt Herbert. ‘Die betrokkenheid was voorwaardelijk om het partnerschap met BMW tot stand te brengen’. Paula Verhoeven, directeur Stadsontwikkeling van de gemeente Rotterdam, toonde zich enthousiast over deze vorm van samenwerken: ‘Voor een duurzame, gezonde en attractieve binnenstad hebben we als gemeente stevige allianties nodig met het bedrijfsleven. Wat in het Timmerhuis gelukt is kan een voorbode zijn voor een robuust ecosysteem waarin schone energie, mobiliteit en stedelijk wonen onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Projecten als dit zijn daarom de showcases voor de toekomst. Het is belangrijk om te experimenteren en dwars door de grenzen van disciplines heen te breken. Rotterdam heeft daarin een traditie en daarop moeten we voortbouwen’. Thomas Becker, vice president Governmental and External Affairs bij BMW Group, ondersteunt haar oproep maar plaatst ook een kanttekening: ‘Experimenten zijn essentieel voor het bouwen aan een nieuwe praktijk. Echter voor een robuuste transitie naar duurzame mobiliteit is het ook noodzakelijk dat juist de lokale overheid stevige condities creëert en het bedrijfsleven uitdaagt tot innovatie’. Het is vanuit zijn optiek dan ook goed dat Rotterdam milieuzones invoert en parkeertarieven verhoogd. Zeker als dat gepaard gaat met investeringen in de openbare ruimte en het installeren van laadpalen voor elektrisch rijden. Rotterdam heeft er intussen ruim 1400 geplaatst. Maar de stad moet blijven werken aan een uitnodigend verhaal. Met ruim 6% van de totaal geregistreerde voertuigen gaat Nederland, na Noorwegen, ruim aan kop in Europa. Dat komt vooral door fiscale maatregelen die elektrisch rijden stimuleren. Toch beschouwd BMW niet Rotterdam maar Kopenhagen als zijn ‘best practice’. ‘Daar wordt niet alleen geïnvesteerd in de juiste maatregelen, maar ook in een uitnodigend en ‘cool’ verhaal rond elektrische mobiliteit’, stelt Tony Douglas. Een spetterend filmpje waarin 400 BMWi3 modellen door de straten van de Deense hoofdstad paraderen illustreert zijn betoog: ‘Copenhagen, born electric’.Van prototype naar innovatieve praktijk
Het bedrijfsleven daagt zo op deze dag in Rotterdam ook de plaatselijke overheid uit. Hoe kan het Timmerhuis als showcase inspireren tot een innovatieve praktijk? Innovatieve woon- en mobiliteitsconcepten ontwikkel je door aansluiting te zoeken bij de drijfveren van de binnenstadbewoner. Die les deelde Adrian van Hooydonk op de openingsavond van dit symposium. Ze worden realiteit door nieuwe technologie en aansprekend ontwerp op een overtuigende manier met elkaar te verbinden. Het symposium ‘Vision Urban Innovation’ bood een inkijkje in de samenwerking die ervoor nodig was om die verbinding op het schaalniveau van de gebouwde omgeving te organiseren.Rem Koolhaas merkte bij de start van het programma echter al op dat architecten veroordeeld zijn tot het steeds opnieuw ontwerpen van prototypes. Voor het realiseren van gebouwen worden -anders gezegd- steeds plek specifieke gelegenheidsallianties gesmeed. Voor zijn collega Adrian van Hooydonk is het maken van prototypes daarentegen alleen zinvol als er een nieuwe productenlijn uit kan voortkomen. Research and development moet renderen. Als een ‘joint venture Timmerhuis’ niet in de lijn der verwachting ligt, hoe kunnen de lessen van het Timmerhuis dan wel productief gemaakt worden voor de innovatie van het stedelijk wonen in Rotterdam? Het pleidooi van Thomas Becker impliceert dat de lokale overheid hiertoe zal moeten uitdagen en uitnodigen. Welke prikkels kan Rotterdam verder organiseren voor het ‘uitrollen’ van het Timmerhuis-model? Kan de parkeernorm omlaag wanneer autodelen wordt georganiseerd? Krijgen eigenaren van elektrische auto’s exclusieve rechten voor het parkeren in de binnenstad? Worden de BMWi-batterijen of soortgelijke applicaties standaard geïnstalleerd in de het volgende binnenstedelijke woongebouw en bouwt de stad daarmee het ecosysteem-in-de-dop verder uit? Is dit model voorbehouden aan de kapitaalkrachtige binnenstadsbewoners? Of biedt het juist kansen voor die doelgroepen met minder vanzelfsprekende toegang tot deze vorm van mobiliteit? Het zijn enkele van de concrete vragen tijdens het symposium de revue passeerde, plenair maar vooral in de wandelgangen. Belangrijkste conclusie: het verschil wordt gemaakt wanneer meer mensen enthousiast worden over deze combinatie van hoogwaardig stedelijk wonen en elektrische mobiliteit. In het Timmerhuis wonen vanaf 11 december ten minste 84 ambassadeurs. Benieuwd naar hun verhaal wanneer het gebouw volgend jaar zijn eerste jubileum viert.
Bron: airrotterdam.eu, verschenen onder de titel ‘Leren van het Timmerhuis’
Cover: ‘Timmerhuis’