Onderzoek Nederland puft in de hitte, het is weer warm in de steden. Er zullen nog veel hete jaren volgen. Steden die zich willen wapenen, nemen de catalogus ‘Cool Towns’ tot zich. De Hogeschool van Amsterdam zet hierin samen met Europese gemeenten en provincies diverse koelte-brengende maatregelen op een rij.
Maar liefst 14,8 graden. Op een hete zomerdag is dat het verschil tussen de temperatuur in de zon (44,3 graden) en de physiological equivalent temperature (PET), ofwel gevoelstemperatuur, onder de schaduwrijke bomenrij op de Mauritssingel in Breda (29,5 graden). Om zoveel mogelijks stadsbewoners en -bezoekers ook op andere plekken te laten profiteren van deze verkoeling, besloot de gemeente om het groen rond het stadscentrum in ere te herstellen. Van oudsher bestond de singel rond Breda uit een aaneengesloten reeks bomen, maar in de loop der jaren vielen er flink wat gaten in deze verkoelende groene ring. Door nieuwe bomen te planten op lege plekken, wordt een aanzienlijk verschil in temperatuurbeleving bereikt.
Hoge verkoelend effect bomen aan de Mauritssingel in Breda.
‘Verkoelend effect bomen’ (bron: Gemeente Breda)
De heetste zomer
Deze oplossing uit Breda is een van de vele voorbeelden uit de Intervention Catalogue. Voor het project ‘Cool Towns’, gericht op de hittebestendige inrichting van steden, onderzocht de HvA samen met Europese partners verschillende manieren om hitte te mitigeren, ofwel verzachten. Dat is hard nodig, zo bleek de afgelopen maanden: de zomer van 2023 gaat wereldwijd de boeken in als de heetste ooit gemeten en staat in Europa op plek vijf.
“Zulke hoge temperaturen leveren niet alleen risico’s op voor de gezondheid van kwetsbare groepen als ouderen en kinderen, maar ook voor de lokale economie,” zegt HvA-onderzoeker Gideon Spanjar.
“Tijdens ons onderzoek hebben we bijvoorbeeld gezien dat de binnenstad van Breda op hete dagen tien procent minder bezoekers trekt. Dat terwijl levensmiddelenwinkels, apotheken en andere essentiële functies zich juist hier bevinden en bereikbaar moeten blijven. Het is dus de hoogste tijd om in actie te komen.”
Uit de Intervention Catalogue kunnen beleidsmakers, stedenbouwers, planologen en architecten inspiratie putten om de nodige verkoeling te bieden in hun eigen gemeente. In de publicatie zijn diverse voorbeelden opgenomen uit de tien pilotsteden die centraal stonden in het project Cool Towns. Naast Breda zijn dat bijvoorbeeld het Franse Saint-Omer, het Engelse Southend-on-Sea en het Vlaamse Oostende. Daarnaast is er een groot aantal bestaande verkoelende maatregelen ook in andere West-Europese steden getest, zodat de publicatie een totaalbeeld van mogelijke oplossingen biedt.
Kwetsbare plekken
Alle oplossingen in de publicatie zijn bewust gecentreerd rond vijf verschillende soorten locaties: winkelgebieden, speelpleinen, woonstraten, openbaar vervoer-stations en wandel- en fietsroutes. “Dit zijn locaties die mensen veel gebruiken en waar ze langere tijd verblijven. Daar zijn ze dus extra kwetsbaar voor de nadelige effecten van hitte,” zegt Spanjar. “Daarom zijn het juist deze plekken waar oplossingen tegen hittestress het hardst nodig zijn.”
Typologie van verkoelende maatregelen, met daarbij aangegeven hoeveel temperatuur-reductie zij realiseren.
‘PET metingen en interventies’ (bron: Hogeschool van Amsterdam)
Om het de lezer van de Intervention Catalogue zo makkelijk mogelijk te maken, zijn ook de verschillende oplossingen opgedeeld in vijf verschillende categorieën. Naast bomen en groene façades behoren ook overkappingen (zoals schaduwdoeken en pergola’s), waterelementen (zoals fonteinen en verneveling) en koele oppervlakten (zoals gras) tot de mogelijkheden. Zo geeft de publicatie een overzicht van welk soort maatregel het beste werkt voor welk type buitenruimte, gebruik en doel.
De ervaringen van gebruikers
Om de effectiviteit van de verschillende interventies te onderzoeken, ontwikkelden de onderzoekers voor Cool Towns een nieuw instrument: het Heat Stress Measurement Protocol. “Met het protocol in de hand hebben we gebruikers gevraagd naar hun ervaren thermisch comfort van de plek. Zo konden we systematisch de effectiviteit meten van allerlei oplossingen om hittestress te mitigeren,” legt Spanjar uit. “We gebruikten steeds dezelfde vragenlijsten en meetmethode en voerden onze metingen altijd uit tijdens dezelfde omstandigheden. Zo lag de temperatuur altijd boven de 25 graden en was de lucht helder. Hierdoor zijn alle oplossingen goed met elkaar te vergelijken en kunnen gebruikers van de Intervention Catalogue nu een gerichte keuze maken.”
Trainingsdagen met de Cool Towns partners.
‘Trainingsdagen met de Cool Towns partners.’ (bron: Gemeente Oostende)
De metingen in de publicatie zijn overigens niet alleen het werk van de onderzoekers zelf. Ook de tien pilotsteden uit Cool Towns hebben leren werken met het Heat Stress Measurement Protocol. De afgelopen jaren volgden ze daarvoor meerdere intensieve trainingen. Spanjar: “In het begin vonden ze het lastig om zich de wetenschappelijke methode eigen te maken, maar langzamerhand werden ze er steeds beter in. Hun metingen leverden waardevolle resultaten op. Dankzij hun enthousiasme en betrokkenheid hebben we in de Intervention Catalogue gebruik kunnen maken van hun metingen.”
Meteen actie ondernemen
Wie de verschillende type oplossingen in de publicatie vergelijkt, ziet dat bomen verreweg het meeste effect hebben met een gemeten PET-reductie van 9 tot 20°C PET. Toch moeten we de meerwaarde van de andere opties niet onderschatten, benadrukt Spanjar, zelfs al zorgen ze voor slechts een kleine daling in de gevoelstemperatuur. “We moeten ons niet blindstaren op een hoge PET-reductie. Natuurlijk zijn bomen een heel goede manier om verkoeling te bieden en we moeten daar ook zeker gebruik van maken om onze steden op de lange termijn leefbaar te houden in een veranderend klimaat.”
Spanjar wijst er echter op dat het laten groeien van bomen wel tien tot twintig jaar duurt. “In de tussentijd zijn er plekken waar verkoeling zo hard nodig is, bijvoorbeeld op een schoolplein waar kinderen spelen, dat we meteen actie moeten ondernemen. In zulke gevallen kunnen schaduwdoeken of pergola’s met een gemeten PET-reductie van 9 tot 15 graden uitkomst bieden.”
Schaduwdoeken op een schoolplein in Utrecht.
‘Schaduwdoeken, Utrecht’ (bron: Hogeschool van Amsterdam)
Daarnaast is het volgens de onderzoeker op sommige locaties, zoals in winkelstraten, lang niet altijd mogelijk om bomen te planten. “Een waterelement als een fontein kan dan bijvoorbeeld helpen om toch verlichting te bieden. Een fontein heeft een 0 tot 6 graden PET-reductie, maar als je daardoorheen loopt, wordt je lichaam wel heel snel en effectief afgekoeld. Zo kun je met een relatief simpele oplossing al veel verschil maken. Het is slim om een combinatie van maatregelen te treffen om optimale verkoeling te bieden.”
“Een groene muur langs een looproute met maar een paar graden PET-verschil kan eveneens een belangrijke verkoelende bijdrage leveren. Genoeg mogelijkheden dus om je als gemeente volgend jaar niet te laten overvallen door een hittegolf, maar bewoners tijdig te voorzien van aangename, koele plekken.”
In Pakhuis De Zwijger vond 28 juni 2023 een discussieavond plaats over hittestress in de stad. Met onder meer de vraag: wat en wie is er nodig om een hittebestendige stad te creëren en hoe gaan we dat doen? Hoe zorgen we ervoor dat hittebestendig bouwen de norm wordt, voor een aangenamere stad in de zomer?
Wilt u reageren op dit artikel of een gastbijdrage voor Gebiedsontwikkeling.nu schrijven over een ander onderwerp? Bekijk dan hier de mogelijkheden.
Bekijk hier online de volledige Intervention Catalogue van de Hogeschool van Amsterdam.
Cover: ‘Brusselplein in Utrecht’ (bron: Hogeschool van Amsterdam)