Opinie Dat van de ene op de andere dag zoveel boeren en bouwers hun werk niet meer kunnen doen is knap waardeloos, vindt columnist Hans-Hugo Smit. Lijdt Nederland aan BANANAS, het Build Absolutely Nothing Anywhere Near Anything-Syndroom?
Door het recente stikstofdebat ben ik wat mooie afkortingen rijker, maar een illusie armer over normen en waarden in ons land. Bij gebrek aan lange-termijnvisie zijn normen verworden tot cijfers achter de komma en in het debat over zulke waardes worden onderliggende waarden gemakkelijk vergeten.
Het begon met PAS, het Programma Aanpak Stikstof. Ik had er nooit van gehoord, maar het bestaat al sinds 2015. Het programma wilde ecologische en economische waarden verbinden. Mooie ambities, die plots strandden toen onze hoogste rechter – de Raad van State - de PAS ongeldig verklaarde. Dus feitelijk begon het juist pas ná PAS... Was voorheen geen vergunning nodig bij een stikstofneerslag van meer dan 0,05 mol, nu mag er helemaal geen stikstofneerslag meer zijn. Norm nul. Wel helder, maar niet fijn voor boeren, bouwprojecten én automobilisten, die nu 100 moeten rijden.
Toen was daar opeens PFAS. Deze ‘nieuwe’ afkorting bestaat ook al een tijdje en gaat zelfs terug tot de jaren ’60. Opeens blijkt onze bodem veel meer poly- en perfluoralkylstoffen – PFAS dus - te bevatten dan de toegestane 0,1 microgram per kilo. Die mag dus niet meer vervoerd worden. Ook hier weer desastreuze gevolgen voor gebiedsontwikkelingen en bouwers.
Dat van de ene op de andere dag zoveel boeren en bouwers hun werk niet meer kunnen doen is knap waardeloos. Mogen boeren pas weer boeren als koeien stoppen met schijten? En lijdt gebiedsontwikkelend Nederland aan BANANAS (het ‘Build Absolutely Nothing Anywhere Near Anything-Syndroom’)? Dat kan niet de bedoeling zijn!
Terecht dus dat de overheid op haar cijfers wordt bevraagd. En terecht ook heel kritisch. Maar ik schrik van de toon en vooral de ondertoon van de huidige kritiek. De overheid wordt breed weggezet als incompetente elite, door boeren die zelf de dienst wel even uitmaken. Een gerenommeerd instituut als het RIVM wordt als prutsend terzijde geschoven door een menigte met een mening over meetpunten. En bijna ongemerkt worden instanties als het Europese Hof en Raad van State en de milieubelangen die zij verdedigen nietig verklaard door een zee van zelfrechters.
Het land heeft heldere en herkenbare normen nodig, die passen binnen een lange-termijnvisie op ruimtelijke ordening in Nederland en aansluiten bij Europees beleid. Alleen dan kunnen boeren en bouwers daar constructief aan bijdragen. Als zulke normen te lang uitblijven, lijkt de nieuwe norm zichzelf aan te dienen. Dat is niet normaal en ons land niet waardig.
Cover: ‘Hans-Hugo Smit’ (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)