Opinie Het is volgens columnist Daan Zandbelt een van de urgente stadsontwikkelingsopgaven van deze tijd: het slechten van barrières en het verbinden van buurten. Bedrijventerreinen moeten daarvoor gemengd worden met woningen en rommelzones moeten verblijfskwaliteit krijgen. “Bouw geen nieuwe bewoonde eilanden waar mensen geïsoleerd wonen.”
Nee, ik heb het niet over mijn favoriete vakantiebestemming of de Kinderen voor Kinderen hit uit mijn jeugd. Met een onbewoond eiland bedoel ik die onbewoonde stukken stad middenin het stedelijk weefsel tussen buitenwijk en binnenstad. Deze zones liggen meestal rond grote infrastructuuraders, zoals (invals)wegen, kanalen en spoor die de stad doorsnijden. Vaak zijn ze ingekleed in het rafelgroen van volkstuinen, hondentrainingsclubs en scharrige bedrijfshallen. Denk maar aan de manier waarop het Wilhelminakanaal en omgeving Tilburg Noord scheidt van de rest van de stad.
Deze onbewoonde eilanden vormen barrières. Omdat het onaantrekkelijke, sociaal minder veilige plekken zijn die mensen mijden, zeker op rustige en donkere momenten van de dag. Deze niemandslanden houden buitenwijken in een isolement en verhinderen zo dat er nauwe banden tussen de wijken en de rest van de stad ontstaan. Dat maakt deze wijken broos en naar binnen gekeerd.
Op die manier worden kwetsbare groepen gehinderd in hun sociaaleconomische ontwikkeling. Want ontwikkelkansen als school en werk Iiggen uit het zicht. Bovendien genereert het isolement veel onnodige mobiliteit, doordat mensen sneller de auto pakken dan op de fiets stappen. Of überhaupt de deur niet uitkomen. Te ver weg, laat maar.
Check de kaarten van leefbaarometer.nl om een indruk te krijgen waar ‘onbewoonde eilanden’ in jouw omgeving te vinden zijn. Uiteraard hebben de bedrijventerreinen die ook in deze rommelzones te vinden zijn, eveneens hun nut en verdienen zij natuurlijk een plek. Maar niet (langer) tussen bewoonde gebieden in.
Mijn belofte is dat als er woningen worden gebouwd in deze onbewoonde eilanden onze steden grootser worden: met een rijker aanbod van voorzieningen omdat meer mensen daar gebruik van maken. Met minder kwetsbare buurten, door betere toegankelijkheid tot scholing en werk en dus meer gelijke kansen. Zoals het Utrechtse Kanaleneiland door de ontwikkeling van de Merwedekanaalzone veel beter in de stadsplattegrond wordt ingebed. Tot slot levert de vergrote samenhang de stad als geheel meer veerkracht op, doordat er ruimte ontstaat voor de geleidelijke verkleuring van functies en kwaliteiten.
Het slechten van barrières en het verbinden van wijken is een van de nieuwe stadsontwikkelingsopgaven. Om bewoonde eilanden, geïsoleerde woongebieden, aan grotere stukken stadsweefsel te hechten. Daarvoor hoeft niet alles van de onbewoonde eilanden te wijken. Verweesde groenzones groeien uit tot populaire stadsparken. Een stedelijke invalsweg transformeert tot goed oversteekbare groenstedelijke avenue. Achterkanten worden voorkanten. Door nieuwe bebouwing op de landschappelijke en stedelijke structuren te oriënteren en zich daaraan te presenteren, groeit het niemandsland uit tot een centraal gelegen (verblijfs)plek met een eigen agenda. Het Noorderpark in Amsterdam Noord is hier een mooi voorbeeld van.
Het inmiddels populaire park onstond bij de aanleg van de Noordzuidlijn, door de samenvoeging van het Florapark en Volewijckpark.
Laat het ook een les zijn voor gebiedsontwikkelingen elders. Bouw geen nieuwe bewoonde eilanden waar mensen geïsoleerd wonen van de rest van hun dagelijks leven.
Cover: ‘GO Column Daan Zandbelt’ door Robin Duister (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)