Onderzoek Door smart mobility heb je minder parkeerplaatsen nodig, waardoor je meer ruimte overhoudt voor huizen en parken. TU Delft-masterstudent Ruben Camphuijsen onderzocht hoe groot de effecten precies zijn. “Alleen al in Amsterdam komen er zes Vondelparken vrij ter verbetering van de openbare ruimte.”
"Nederlandse steden ervaren een ongekende druk op de beschikbare ruimte. Smart mobility wordt genoemd als de game changer voor stedelijke ontwikkeling. Voor mijn masterthesis aan de TU Delft deed ik in samenwerking met Deloitte Real Estate and Partnerships onderzoek naar de vraag hoe smart mobility kan worden gebruikt voor de herontwikkeling van de openbare ruimte.
Smart mobility, in de vorm van zelfrijdende voertuigen, wordt een steeds realistischer toekomstbeeld. In toenemende mate worden uitdagende testprojecten uitgevoerd. In Pittsburgh kunnen personen al vervoerd worden door zelfrijdende taxi’s, maar ook in Nederland stelt de overheid openbare wegen ter beschikking voor grootschalige testen met zelfrijdende personenauto's en vrachtwagens. Verwacht wordt dat vanaf 2030 de mobiliteitsvraag al voor een groot deel beantwoord wordt door volledig autonome voertuigen.
Meer gereden kilometers
Nog dichterbij in de tijd ligt het 'slimme' gedeeld gebruik van auto’s. Door een shift richting de deeleconomie en een bewustere maatschappij, is autodelen flink gestegen in populariteit. Dit wordt gefaciliteerd door de verbeteringen van informatietechnologieën die het proces van autodelen vergemakkelijken, zoals Snappcar en BlaBlaCar. Ook vastgoedontwikkelaars en de nationale overheid realiseren zich dat autodelen een slimme oplossing kan zijn voor de optimalisering van ruimtegebruik. Met de recent geïntroduceerde City Deal beogen zij innovatieve woningbouwprojecten te realiseren die gebruikmaken van elektrische deelauto’s, met als doel minder uitstoot en goedkopere woningen.
De vraag is op welke manier smart mobility kan bijdragen aan de stedelijke ontwikkeling. De literatuur noemt namelijk zowel positieve (zoals een lagere autobehoefte) als negatieve effecten (zoals extra kilometers).
In samenwerking met Deloitte bracht ik (aan de hand van mobiliteitsscenario’s en expert-validatiemeetings) de effecten in kaart. Hieruit blijkt dat autodelen voornamelijk resulteert in positieve effecten. Door deelvoertuigen kan de totale hoeveelheid auto’s afnemen, hetgeen zorgt voor een lagere parkeerbehoefte en voor vrije ruimte. Daar staat tegenover dat zelfrijdende auto’s vooral voor meer gereden kilometers zorgen en slechts voor een klein deel bijdragen aan een lagere parkeerbehoefte.
Meer ruimte in de stad
Het is daarom met name de combinatie van zelfrijdende auto’s en deelauto’s die een zeer positief effect op de stedelijke ontwikkeling kan hebben. In dit scenario wordt de mobiliteitsvraag volledig vervuld door zelfrijdende taxi’s. Uit de analyse blijkt dat dit tot een reductie van 88% van de openbare parkeerplekken kan zorgen. Via een uitgebreide data-analyse onderzochten we daarnaast wat voor ruimte vrijkomt, waar dat gebeurt en hoe deze gebruikt kan worden bij ruimtelijke herontwikkeling.
Het type parkeerplaats (lees: veld, garage en straat) en de dynamiek van de woningvoorraad bepalen waar en in welke mate ruimte herontwikkeld kan worden. Veld- en garageparkeerplaatsen kunnen vaak gemakkelijk worden getransformeerd naar een nieuwe functie. In welke mate straatparkeerplaatsen kunnen worden herontwikkeld, is afhankelijk van de woningplannen. Als een straatparkeerplaats naast een herstructureringsplan ligt, dan kan de oppervlakte van de parkeerplaats bij de herstructurering getrokken worden. De parkeerplaats kan op die manier getransformeerd worden naar een nieuwe functie, zoals wonen. Indien een straatparkeerplaats is gelegen op een locatie zonder herstructureringsplannen, zal die alleen kunnen worden gebruikt ter verbetering van de openbare ruimte, zoals voor extra groenvoorzieningen.
Het blijkt dat daarom met name in stedelijke gebieden (met hun dynamische woningmarkt en een relatief grote capaciteit van de verschillende soorten parkeerplaatsen) smart mobility een belangwekkende bijdrage kan hebben, zowel voor de woningbouw als voor de vergroening en herstructurering van de openbare ruimte. Een bijkomend voordeel is dat smart mobility in deze gebieden kan bijdragen aan de verdichting van de woningvoorraad, doordat meer woningen gerealiseerd kunnen worden op hetzelfde bebouwde oppervlak.
In meer landelijke gebieden is de woningdynamiek lager en zijn ook vaker alleen straatparkeerplaatsen aanwezig. In deze gebieden kan smart mobility slechts bijdragen aan de verbetering van de openbare ruimte en daarmee aan de aantrekkelijkheid van de regio.
Faciliterende overheid
Wanneer we de effecten kwantificeren, blijkt dat in alleen al Amsterdam meer dan 3.300 woningen gebouwd kunnen worden op voormalige parkeerplaatsen. Daarnaast kan er 292 hectare, goed voor zo’n zes Vondelparken, vrijkomen ter verbetering en vergroening van de openbare ruimte.
Dit scenario resulteert in een waardestijging van het residentieel vastgoed van bijna €4 miljard, opgebouwd uit een waardestijging door een aantrekkelijkere omgeving én extra gebouwde en verkochte woningen. Daarnaast resulteren meer groenvoorzieningen in meer beweegruimte in de stad, waardoor 13 duizend minder mensen naar het ziekenhuis hoeven. Ook is aangetoond dat groenvoorzieningen worden gezien als fijne ontmoetingsplekken, waardoor in dit scenario de sociale cohesie met 5% wordt verbeterd. Als laatste zorgen de extra groenvoorzieningen in dit scenario voor een stedelijke warmtereductie van 0,9 graden Celsius (pdf). Smart mobility toont hierdoor aan een essentiële bijdrage te kunnen leveren aan de gemeentelijke ambities op het terrein van economie, gezondheid, maatschappij en ecologie.
Deze potentie is alleen niet zomaar te realiseren. De overheid moet een voorbeeldrol vervullen om het abstracte begrip smart mobility te vertalen naar concrete prestaties. Zo moeten overheden het aandurven hun parkeerbeleid ingrijpend te wijzigen. Doordat de vraag naar parkeerplaatsen en de keuze voor de parkeerlocatie zeer elastisch is gebleken (pdf), zal het parkeerbeleid (parkeeraanbod en tarieven) de keuze van mobiliteit en de parkeerlocatie in sterke mate bepalen. Daarnaast dienen overheden op te treden als facilitator voor smart mobility, bijvoorbeeld door wettelijke en vertrouwenskwesties op te lossen, innovatieve projecten te faciliteren en als partner op te treden in nieuwe mobiliteitsondernemingen."
Lees hier de volledige scriptie van Ruben Camphuijsen.
Cover: ‘Cover publicatie 'smart mobility' van Deloitte’ door Deloite (bron: Deloitte)