Analyse ANALYSE Samen de stad maken op een ingewikkelde locatie met eisen voor wonen, toegankelijkheid en groen? Op Smakkelaarsveld in Utrecht is het gelukt, concludeert adviseur Frans Soeterbroek. "Dit proces, van 'eerst laten zien dat je met de stad kunt werken', vervolgens samen puzzelen, en dán pas een ontwerp maken, smaakt naar meer."
Begin september was ik bij de presentatie van het plan voor de bebouwing van het Smakkelaarsveld in Utrecht. Op de sociale media zie ik (terecht) veel waardering voor de aanpak van deze bijna onmogelijke opdracht. Het is een ingewikkelde plek, ingeklemd tussen autoweg, superdruk fietsverkeer, water, spoor, tram- en busbanen. Ook zijn er gestapelde eisen rond wonen, publieke toegankelijkheid, groen, rust, vertier, kunst, geluids- en fijnstofnormen, verkeersafwikkeling, enzovoorts. En dan is er ook nog een pijnlijke geschiedenis van eerdere niet-gerealiseerde plannen.
Samen stad maken
De gemeenteraad had de opdracht meegeven dat dit toch echt een fijne plek voor de stad moest worden. En, zoals iemand het uitdrukte, 'het leek er soms op dat we hier alles goed moesten maken van wat elders in het stationsgebied niet was gelukt’. De opdracht van het referendum uit 2002 was om een groen stationsgebied te realiseren, iets wat op zijn zachtst gezegd nog niet zo goed gelukt is. Dat mocht zich hier niet herhalen.
Zelf wilde ik graag weten of je onder deze druk, toch nog een proces kunt organiseren waar de inbreng van de stadsbewoners er toe doet. Ik heb in een bescheiden rol een paar keer mee mogen denken met de projectleider over het proces en weet dus een beetje hoe het gelopen is. En van wat ik zag en zie, geloof ik dat hier het idee van ‘samen stad maken’ behoorlijk is gelukt. Deze ervaring is het zeker waard om te delen. Ik licht daarbij drie dingen uit die hier heel goed gingen.
1: Buiten gebeurt het
Vorig jaar stonden de mensen van de gemeente in regen en wind op het Smakkelaarsveld om daar gesprekken te voeren met iedereen die langskwam en mensen te vinden die mee wilden blijven denken met het proces. Met die bescheiden inspanning is veel goodwill gerealiseerd. Ook begin september werden de plannen niet in het stadskantoor gepresenteerd, maar in een keet en tent op een hoekje van het Smakkelaarsveld.
Misschien lijken dit bescheiden randzaken, maar dat zijn ze niet. Je boort zo een ander type inbreng uit de stad aan dan je in de zaaltjes krijgt. Ook leg je een ander soort verantwoording naar de stad af. Ik ben ervan overtuigd geraakt dat je betere plannen krijgt, als je alles doet op de plek waar het over gaat, zo veel mogelijk wegblijft uit de stadskantoren, en de ontwerptafels naar buiten brengt.
2: Geen vrijblijvendheid in bewonersparticipatie
Wanneer je aan bewoners vraagt wat ze graag willen zien bij de invulling van zo’n plek, krijg je een waaier aan wensen. Hierin vind je vaak woorden terug als groen, levendig, rust en veilig. Wat er dan vaak gebeurt, is dat deze wensen opzij worden gelegd. Ambtenaren, ontwerpers en ontwikkelaars zien deze wensen als te algemeen, tegenstrijdig en weinig realistisch, waarna zij gewoon weer hun eigen ding doen.
In dit proces is dat heel anders gegaan. Er is ten eerste behoorlijk goed vastgehouden aan de wensen van bewoners, vanuit het simpele principe: het is een belangrijke plek voor de stadsbewoners en dan doen we ook wat zij willen. Daarnaast toonden de betrokkenen wezenlijke interesse in wat mensen (niet) wilden, door te zoeken naar het waarom achter de wensen. Zo boor je een diepere laag aan en neem je afscheid van de niet-haalbare wensenlijstjes. Niet voor niets stonden de woordwolken met wensen van de stad begin september prominent in de presentatie.
Ten derde zijn (als waarborg voor invloed vanuit de stad) zes bewoners onderdeel van het tenderteam dat de selectie van de bureaus uitvoerde. Niet onbelangrijk detail daarbij: het feestje van het succesvol afronden van de tenderprocedure werd niet gevierd op het stadskantoor, maar bij een van de bewoners thuis.
3: Ontwerp als laatste
Een van de meest bijzondere dingen in dit proces, is de tenderprocedure. Deze verliep in twee ronden, waarbij het in ronde één absoluut verboden was zelf met oplossingen te komen. Het ging erom te laten zien dat je het proces van ‘samen stad maken’ in de vingers hebt. De tenderteams die het tóch niet konden laten gelijk met een verleidelijk ontwerp te komen, vielen in de eerste ronde al af.
De winnende partij, Lingotto, liet ook in de tweede ronde de ontwerpers thuis. Het nam alleen een ingenieursbureau mee om te puzzelen met alle gestapelde eisen. Pas daarna gingen de ontwerpers aan de slag. Dit proces, van 'eerst laten zien dat je met de stad kunt werken', vervolgens samen puzzelen, en dán pas een ontwerp maken, smaakt naar meer.
Beter proces, beter plan
Ik kan niet bewijzen dat de plannen of de uitvoerbaarheid door deze aanpak beter zijn geworden (want ja, hoe bepaal je dat eigenlijk?). Maar als ik in de plannen een paar simpele principes meet (menselijke maat, balans reuring-rust, slim spelen met hoogten, geen harde scheiding tussen beton en groen, slimme oplossingen om mensen te vrijwaren van overlast, een echt publieke plek), dan ziet het er behoorlijk overtuigend uit.
De gemeentelijke projectleider beloofde dat ze zelf nog eens rustig beschrijft hoe dit hele proces is aangepakt. Dat lijkt me een goede zaak, want er valt genoeg van te leren. Wat ze daar in alle bescheidenheid vast niet zal noteren, doe ik dan maar even: het helpt ontzettend als je mensen op zo’n project hebt die deze manier van werken in de vingers, het hoofd én het hart hebben. Zich op cruciale momenten hard maken voor de integriteit van zo’n proces. En die de kaders een beetje vloeibaar kunnen maken om dit te realiseren. Daar hebben we allemaal wel mee geboft in dit proces. Zegt het voort.
Cover: WAX
Smakkelaarspark is een samenwerking tussen Lingotto, Arup, Studioninedots, ZUS en VKZ
Dit artikel verscheen eerder op deruimtemaker.nl
Cover: ‘Smakkelaarsveld Utrecht’