2015.07.02_Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad'_cover

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad'

3 juli 2015

4 minuten

Opinie De Compacte stad, de Gezonde stad en de Slimme stad. Zolang er steden bestaan hebben we ons afgevraagd wat ‘De Ideale Stad’ is of moet zijn. De stad staat op zichzelf en wij moeten de verschijningsvorm bepalen. Maar wanneer je de stad beschouwt vanuit de mens, lijkt de verschijning ervan alleen maar een resultante. Ons menselijk handelen, het aangaan van relaties, faciliteren van ontmoeting en gebruik creëren en definiëren de stad. Als we dat als uitgangspunt nemen is het hoogst te behalen goed ‘geluk’. Geluk, een moeilijk te doorgronden abstract begrip. De wetenschap staat in zijn kinderschoenen als het gaat om de vragen: Wat is geluk? Wanneer zijn we gelukkig? Wat draagt bij aan ons geluk in de stad? Hoe kunnen we onze steden en wijken gelukkiger maken?

LDE-InnovationLAB ‘De Gelukkige Stad’

De komende 4 jaar initieer en organiseer ik het LDE InnovationLab aan 24 honours studenten van de Universiteit Leiden, de TU Delft en de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het LDE InnovationLab wil een brug slaan tussen studenten, promovendi, hoogleraren en vernieuwende start-ups. Het lab is opgezet als een wekelijkse open studio in workshop-setting, waarin bekende denkers, onderzoekers, bedrijven en studenten bijeenkomen. Nu zijn we een jaar verder en tekenen de eerste inzichten zich af, vandaag neem ik u graag mee in een greep van de achterliggende ontwerpmethodiek en gebruikte theorie.

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 1

Happiness-enhancing activities, Lyubomirsky, 2007

‘Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 1’


De Gelukkige Stad en stedenbouw

Het lijkt me duidelijk dat we aan het begin staan van een nieuwe fase. De ontwerp- en procesmethodiek binnen de ruimtelijke ordening staat wat mij betreft totaal op zijn kop en kan opnieuw uitgevonden worden. Bijna alle RO-gerelateerde professionals hebben geen benul van de achterliggende welzijns theorieën en vertrekken altijd vanuit het fysieke aspect van een opgave. Nu blijkt dat de fysieke verschijning maar een heel klein effect heeft op ons geluksgevoel.

Verschijning is niet bepalend

En dat is even slikken, tenminste voor de ontwerpers die geloven dat de verschijningsvorm van de stad bepalend is voor ons geluk. Nog meer dan populaire boeken over geluk van de afgelopen jaren, zoals ‘The Architecture of Happiness’ van Alain de Botton of ‘The Happy City’ van Charles Montgomery ons doen geloven, zit de grootste invloed op ons eigen geluk amper in de verschijningsvorm en grotendeels in onze doelbewuste activiteiten.

Onderstaande figuur geeft aan wat de bepalende factoren van ons geluk zijn: Voor 50% genetisch bepaald, voor 10% ‘de levensomstandigheden’, zoals leeftijd, inkomen, een nieuwe auto kopen, verhuizen naar een nieuwe buurt en nieuwe collega’s.

De andere 40% zijn de doelbewuste activiteiten, waar mensen bewust mee bezig zijn ook al is het gebruikelijk geworden. Denk aan het onderhouden van relaties, het leren vergeven, het behalen van je gestelde doelen, je lichaam goed verzorgen, het ontwikkelen van optimisme en bijvoorbeeld het beperken van sociale vergelijking en ‘overpeinzing’.

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 2

Figuur. 1. Determinants of Happiness, Lyubomirsky, 2007

‘Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 2’


Als een rat in de tredmolen

Nu voelt dit raar, we weten allemaal hoe blij we zijn als we zojuist een nieuwe auto hebben gekocht, of loonsverhoging krijgen, of verhuizen naar een luxe groene woonwijk. Toch verdwijnt de impact op geluk gedurende de tijd, omdat we er snel weer aan gewend raken. Dit verschijnsel heet het ‘hedonic adaptation effect’, zie figuur 2. Dat betekent dat mensen de natuurlijke en automatische aanleg hebben om zich weer aan te passen aan nieuwe omstandigheden. Dit heeft een belangrijk voordeel: het zorgt ervoor dat ook negatieve gevoelens niet voor altijd blijven. Mensen die geluk nastreven door veel spullen te kopen zijn als een rat in de tredmolen; ze blijven maar rennen, maar komen uiteindelijk nergens.

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 3

Figuur 2. Hedonic Treadmill, Brickman & Campbell 1970

‘Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 3’


Plezier en Betekenis

Het verschil tussen ‘de levensomstandigheden’ en ‘de doelbewuste activiteiten’ zijn ook terug te plaatsen in de ogenschijnlijke tegenstelling Hedonism and Eudaimonia, zie figuur 3. Hedonisme is het streven naar geluk door plezier, prikkels, smaak en bijvoorbeeld een prettige fysieke omgeving. Vanuit dit perspectief is geluk de optelling van prikkels van een persoon. De focus ligt op het hier en nu en de korte termijn. Eudaimonia -theorieën baseren zich op het feit dat mensen op de lange termijn moeten werken aan talentontwikkeling en de betekenis van het leven. We kunnen deze invalshoeken als tegenstellingen zien, maar velen zeggen ook dat het ware geluk ligt bij een combinatie van beiden.

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 4

Figuur. 3 Deci & Ryan 2008.

‘Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 4’


Deugd

Naast ‘plezier’ en ‘betekenis’ vinden we in de wetenschap een derde dimensie binnen de gelukstheorieën en dat is: ‘deugd’, zie figuur 4. 24 sterke karaktereigenschappen en 6 deugden worden gevonden in de grote religies en verschillende culturele tradities en worden in het algemeen beschouwd als karaktertrekken en deugden, waar je aan kunt werken en die universeel beschouwd worden als facetten van ‘een goed mens’.

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 5

Figuur 4. Character Strenghts and Virtues, Peterson en Seligman, 2004

‘Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 5’


De InnovationLAB ontwerpmethodiek: Positive Design Framework

The positive Design Framework (figuur 5) is geïntroduceerd door prof. Pieter Desmet (ambassadeur van het InnovationLAB) en Anna Pohlmeyer in 2013 en is een ontwerpmethodiek die al de bovenstaande theorieën combineert en in een overlappende structuur samenbrengt. Het Positive Design Framework is het afgelopen jaar gebruikt in het InnovationLAB. De doelstelling voor ontwerpen voor geluk is het overlappende gebied tussen ‘plezier’, ‘betekenis’ en ‘deugd’, dit kan worden bereikt door de verschillende ingrediënten harmonieus te combineren.

Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 6

-

‘Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad' - Afbeelding 6’


Figuur 5. Desmet & Pohlmeyer 2013

de sociale-maatschappelijke kant

Grote invloed kunnen we uitoefenen binnen , dit is waar vanuit we moeten vertrekken en waar vanuit de fysieke kant zich later kan ontplooien. Dit blijkt ook uit de gevarieerde ideeën en inzichten van de studenten van het afgelopen jaar, hier zat geen enkel traditioneel stedenbouwkundig plan bij. Het gaat niet over de geleding van de gevel, niet over het gebruik van meer groen en ook niet over het inrichten van een pleintje met een menselijke maat.

gebruikersonderzoek, interviews, co-creatiesessies en het Positive Design Framework in de stad

Het gaat erom vanuit te ontdekken hoe mensen hun talent verder kunnen ontplooien op de lange termijn, hoe mensen meer betekenis kunnen geven aan hun leven, hoe consumeren en status vanuit bezit minder belangrijk zijn geworden, hoe meer prikkels, plezier, comfort en veiligheid wordt ervaren op de korte termijn en tegelijkertijd door zoveel mogelijk mensen een deugdelijk leven geleid kan worden.

meer tot jezelf kan komen

Door constant in gesprek te blijven met de mensen in de stad ontvouwen zich ideeën die meer gaan over doelbewuste activiteiten, meer over het programmeren van de stad die bovengenoemde ingrediënten in zich dragen en meer over mogelijkheden voor betekenisvolle ontmoetingen en/of het creëren van situaties waarin je .

informatie en technologie

Deze wensen kunnen vertaald worden naar nieuwe ruimtelijke ingrepen, maar kunnen ook vertaald worden in het openstellen van (leegstaande) gebouwen, (onbekende) ruimtes, gebieden en wijken die tot nu toe niet toegankelijk waren, of nog niet bekend waren bij mogelijk geïnteresseerden. We zien de stad als een set aan (sociale) systemen, waarbinnen een rol kunnen spelen en waar een veelheid aan structuren klaarliggen om het (collectieve) geluk verder te ontsluiten.

Ik ben blij dat we nog maar net zijn begonnen en nog 4 jaar hebben om door te onderzoeken en te experimenteren. Op dit moment melden zich verschillende geïnteresseerde gemeenten en corporaties zich bij ons om over de nieuwe inzichten en ideeën in gesprek te gaan. Het bewijs voor succes? Uitproberen en experimenteren. We hebben inmiddels genoeg studenten, professionals en onderzoekers klaar staan die het verschil willen gaan maken. De Gelukkige Stad is zeker een doel op zich, maar vooral ook een benadering die veel mensen, waaronder ikzelf, anders doet denken en anders doet samenwerken.

Robbert Jan van der Veen, plein06

Zie ook:


Cover: ‘2015.07.02_Ontwerpmethodiek voor 'De Gelukkige Stad'_cover’


Portret - Robbert Jan van der Veen

Door Robbert Jan van der Veen

Eigenaar plein06, Ambassadeur BuildingWithNature in stedelijk gebied at EcoShape, initiatiefnemer HP InnovationLAB


Meest recent

GO Weekoverzicht 21 november door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was de week waarin bleek dat het einde van de Didam-saga nog niet in zicht is

Wil je helemaal bij zijn bij de (gebieds)ontwikkelingen van deze week? Dan zijn dit de stukken die je gelezen moet hebben. Er is een nieuw hoofdstuk in de Didam-saga en de waterproblematiek vergroot de druk op ruimtelijke plannen in Limburg.

Weekoverzicht

21 november 2024

Zaandammerplein in Amsterdam door TasfotoNL (bron: Shutterstock)

Waardegedreven gebiedsontwikkeling zet baathouder centraal

Ferry Renne, procesmanager bij Brink, pleit voor een verandering in het vakgebied en stelt dat moderne gebiedsontwikkeling dwingt om op een andere manier naar ‘baten’ te kijken. “Zo creëren we kansen voor duurzame oplossingen in de toekomst.”

Analyse

21 november 2024

Wolkenkrabber in Londen in aanbouw door WD Stock Photos (bron: Shutterstock)

Circulaire gebiedsontwikkeling vraagt om meer dan alleen kringlopen sluiten

Circulair beleid richt zich binnen gebiedsontwikkeling nu nog vooral op het hergebruik van materialen. Dat kan en moet anders, blijkt uit een beleidsanalyse van TU Delft-onderzoekers. “Nu blijft het bouwprogramma onaangepast.”

Onderzoek

20 november 2024