Opinie In New York is parkeerloos bouwen al lang gebruikelijk en Amsterdam heeft de parkeernorm nu ook losgelaten. Goed voor de verdichting van steden en de betaalbaarheid van woningen, stelt Hans-Hugo Smit. Wie volgt?
Veel binnenstedelijke gebiedsontwikkelingen lopen spaak op hoge parkeernormen. Parkeerplekken maken kost veel geld en hun meerwaarde wordt vaak overschat. Daarom is er veel te zeggen voor parkeerloos bouwen in de stad.
Allereerst maakt een norm van nul hogere dichtheden en meer woningen mogelijk. Bij nieuwe gebiedsontwikkelingen is vaak vooraf al een maximum woningaantal bepaald. Meestal ingegeven door becijferde verkeers- of parkeerdruk en uitkomst van omgevingsparticipatie. Door de auto zo vroeg zo centraal te stellen, wordt een belangrijke verdichtingsslag gemist. Het stedenbouwkundige en markttechnische laadvermogen ligt doorgaans een stuk hoger.
Een volgend argument is dat een norm van nul bijdraagt aan betaalbaarheid. Binnenstedelijke meters zijn sowieso al duur, ook voor een auto. Omdat parkeren in de stad vaak inpandig of zelfs ondergronds moet worden opgelost, wordt het bouwen van parkeervoorzieningen nog duurder. Niet alleen wordt een project zonder zo’n dure voorziening veel eerder haalbaar, het niet hebben van een auto en dure parkeerplaats scheelt bewoners ook veel geld. Want vergeet niet; veel binnenstadbewoners hebben helemaal geen auto en willen dus ook geen parkeerplaats.
Uit onderzoek van BPD blijkt dat gemeentelijke parkeernormen vaak veel hoger liggen dan het feitelijk autobezit van bewoners. Als gemeenten bij het vaststellen van normen al rekening houden met segmentatievariabelen als woningtype, eigendomsvorm en huishoudenssamenstelling, doen de onderlinge normverschillen onvoldoende recht aan de zeer grote verschillen in het feitelijke autobezit. Zo bezitten kleine huishoudens, huurders en/of appartementenbewoners bijvoorbeeld veel minder vaak een auto dan andere doelgroepen. Deze doelgroepen zijn nu juist oververtegenwoordigd in de stad. Door de groei van goede alternatieven, zoals deelauto’s, elektrische fietsen en op termijn zelfrijdende auto’s, zal de parkeerbehoefte voor eigen auto’s bovendien nog verder dalen.
Dan rijst de vraag wat te doen met al die gebouwde parkeervoorzieningen waaraan straks geen behoefte meer is. Zeker voor veel ondergrondse garages bij woongebouwen zal niet gauw een alternatief gebruik worden gevonden. Woonruimte wordt het niet snel en ook je gasten laat je er niet logeren. Leuke extra bergruimte voor racefiets of surfplank misschien, maar dan wel tegen een absurde prijs.
En voor wie nog mocht twijfelen; een norm van nul kán gewoon en wordt ook al toegepast. Kijk naar New York, waar parkeerloos bouwen al lang gebruikelijk is of naar Amsterdam, dat sinds kort afscheid genomen heeft van de norm. Wie volgt en durft normen los te laten om waarde toe te voegen?
Cover: ‘Hans-Hugo Smit’ (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)