Onderzoek Door de verdere verdichting van de Nederlandse steden krijgen de begrippen erfgoed en ruimte steeds meer met elkaar te maken. De nieuwe waardenbenadering van het Planbureau voor de Leefomgeving maakt de leefomgevingswaarde van erfgoed duidelijk. Gebiedsontwikkelaars kunnen zo een transparante afweging maken.
“Te vaak worden plannen gemaakt die weliswaar passen binnen beleidsvoornemens, maar in het licht van andere waarden of toekomstige ontwikkelingen onverstandig zijn.” Rienk Kuiper, programmaleider ruimtelijke ordening bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), uitte eerder dit jaar al zijn zorgen. Bij het verder verdichten van de stad houden beleidsmakers vaak onvoldoende rekening met de kwetsbaarheid van water en bodem, maar ook met de kwetsbaarheid van cultuurhistorie en ander erfgoed. Daardoor dreigen volgens de onderzoekers waardevolle elementen te verdwijnen.
Transparant
In het essay Erfgoed als leefomgevingswaarde, dat vorige maand verscheen, verklaart het PBL waarom een bepaald gebouw, landschap of een specifieke wijk nou wel als een waardevol onderdeel van de leefomgeving wordt gezien. Waar bestaat de ‘leefomgevingswaarde’ van erfgoed uit? Met het antwoord kunnen gebiedsontwikkelaars en andere professionals deze waarden in het planproces inbrengen. Denk aan het opstellen van een omgevingsvisie, het ontwerpen van een ruimtelijke ingreep of het begeleiden van een herbestemming.
Want dat erfgoed een waarde heeft, is niet omstreden, benadrukken de onderzoekers. Maar waar die waarde precies in ligt, is lastiger te definiëren. Het is namelijk niet alleen een kwestie van smaak die van persoon tot persoon verschilt. De waarde van erfgoed door die personen ook nog eens heel verschillend benoemd. Dat zijn de ‘leefomgevingswaarden’ van erfgoed.
In het essay wordt de waardenbenadering geïntroduceerd waarmee een kwalitatief beeld van erfgoed kan ontstaan. Zo kunnen de maatschappelijke kosten en baten van de keuze voor een bepaald ontwerp in kaart worden gebracht. Betrokkenen kunnen op basis van deze waarden een transparante afweging maken tussen erfgoed en ruimte.
Goede dialoog
De Waardenbenadering bestaat uit acht verschillende waarden. Deze hebben een betekenis voor bewoners, gebruikers en andere betrokkenen bij een ruimtelijke ingreep. Zo ontstaat een kwalitatief beeld dat goed van pas komt. Het maakt de verschillen en overeenkomsten zichtbaar tussen de verschillende scenario’s die in een besluitvormingsproces op tafel kunnen liggen. “Over de scheidslijnen tussen specialismen en sectoren heen. Een ontwerp is daarbij niet alleen het eindproduct van een bepaald keuzeproces, maar ondersteunt zelf het gesprek dat nodig is om die keuze te maken.”
‘Olympisch Stadion, Amsterdam’ door Pravine (bron: shutterstock.com)
Dat is van belang, aldus de onderzoekers, omdat erfgoed meestal “geen losstaand, individueel object is, maar verweven in de leefomgeving van mensen en ook met de veranderingen daarin”. Dat betekent in de praktijk dat de waarde van erfgoed steeds minder makkelijk vast te stellen is. “Dit versterkt de noodzaak van en geeft juist ook aanknopingspunten voor een goede dialoog over een ruimtelijke ingreep.”
Verschillen benoemen
Conclusie van het onderzoek: de Waardenbenadering heeft in de praktijk van gebiedsontwikkeling op meerdere manieren meerwaarde. Met de acht waarden ontstaat een referentiekader waarmee de diversiteit aan waarderingen voor erfgoed inzichtelijk worden gemaakt in het planvormingsproces. Praktische voorbeelden zijn het opstellen van een omgevingsvisie, het ontwerpen van een ruimtelijke ingreep of het begeleiden van een herbestemming. “Zo kan het referentiekader bijdragen aan een meer integraal planproces, in de lijn van de Omgevingswet en de NOVI, maar ook in lijn met de ontwikkeling in de erfgoedsector naar een meer brede benadering van het begrip erfgoed.”
De onderzoekers benadrukken het belang van een transparant instrument in een samenleving waarin de betrokkenheid van burgers bij de planvorming in de (openbare) ruimte steeds groter wordt. Want de combinatie van grotere betrokkenheid en meer diversiteit in de samenleving zorgt er juist voor dat de veelstemmigheid toeneemt en er verschillende waarden worden toegekend aan het erfgoed. Het referentiekader met de acht leefomgevingswaarden fungeert als ‘kapstok’ om de verschillende meningen te duiden.
Blijft een politieke keuze
En die kapstok blijft het hele planproces staan, is het idee. Er zijn tijdens het hele planproces momenten van afweging en het referentiekader helpt op al die momenten om transparant te maken “wat tegen wat wordt afgewogen in termen van leefomgevingswaarden”. Op die manier kunnen ook de effecten van een plan of de effecten van verschillende varianten binnen hetzelfde plan in beeld worden gebracht. “Dit kan ook een aanknopingspunt vormen voor het in beeld brengen van de maatschappelijke kosten en baten van de keuze voor een bepaald ontwerp. Maar de beslissing hoe de afweging uitvalt blijft een politieke keuze. De Waardenbenadering kan helpen deze keuze te beschrijven en transparant te maken.”
Lees het volledige onderzoek op de website van het Planbureau voor de Leefomgeving.
Cover: ‘ENKA-terrein, Ede’ door Milos Ruzicka (bron: shutterstock.com)