GO Column Daan Zandbelt door Robin Duister (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Pokon voor de stad

18 maart 2020

2 minuten

Opinie In deze dagen van coronacrisis ervaar je het extra goed. De alledaagse stad is veel meer dan een statische plattegrond gevuld met bakstenen. Ze is een pulserend orgaan, dat nu op vele fronten tot stilstand is gekomen. Als een wekenlange zondag. Eigenlijk een heel interessant groot experiment. Er is minder lawaai, verkeer en vervuiling. We hebben meer tijd voor elkaar (liggen een geboorte- en echtscheidingspiek in het verschiet?).

Even geen hordes fietsende ouders met hun kroost op weg naar school. Geen volle treinen die forensen en studenten het perron op spugen of kantines vol lunchende collega’s. Ondertussen gaat ander leven onverstoorbaar voort. Bomen bloeien, vogels flirten, rivieren lopen over. We staan op, eten een keer of drie en gaan weer naar bed.

De ritmes van het (stads)leven kennen verschillende frequenties. Dag en nacht, week en weekend, de vier seizoenen en verse generaties die in golven de stad in komen en weer verlaten. Zo vergrijzen wijken, verarmen buurten en bloeien straten op.

Iedere plek kent zijn eigen focus en daarmee een eigen ritme van pieken en dalen. Deze focus kan veranderen met de tijd. Havens worden gegraven, handel floreert en dooft uit. Dit schept ruimte voor nieuwe ideeën om deze verlaten plekken te bemesten. Ze tonen welke nieuwe rol er voor dit stuk stad gloort. Door nieuwe bezoekers te trekken, die uitgroeien tot gebruikers en bewoners. Die vervolgens het gebied naar hun hand zetten. De een zijn dood is de ander zijn brood.

Denk aan hoe het Amsterdamse NDSM-terrein van scheepswerf via creatieve broedplaats en festivalterrein nu uitgroeit tot een gemengde stadswijk. Gaandeweg verkleurt de stad.

Laat het een les zijn voor onze huidige plannen en projecten. Kies voor ‘tabula scripta’ in plaats van ‘tabula rasa’. Dit in tegenstelling tot de vele satellieten van nieuw leven die de laatste maanden in de pers breed werden uitgemeten. Van Pampus met IJmeerlijn tot weilanden vol woningen zonder station. Of nieuwe groeikernen die met buslijnen verbonden moeten worden met een moederstad op afstand. Want uit het niets nieuw leven opwekken is oneindig veel moeilijker. Het kost minstens een paar generaties, maar al gauw een eeuw om tot een nieuwe stad in balans te komen. Begin daarom niet ergens opnieuw. Maar bouw voort op en aan die levende pulserende polis. Door de (ver)bouwopgave in te zetten als pokon voor de stad.

Corona heeft ook een piek, die hopelijk gauw achter ons ligt. Zodat we met dit idee in ons hoofd weer snel aan de slag kunnen.

Cover: Robin Duister


Cover: ‘GO Column Daan Zandbelt’ door Robin Duister (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)


Daan Zandbelt

Door Daan Zandbelt

Rijksadviseur voor de fysieke leefomgeving en partner bij De Zwarte Hond, een ontwerpbureau voor architectuur en stedenbouw in Rotterdam.


Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024