Provincies zijn aan zet. De regie durven nemen.

26 augustus 2011

2 minuten

Nieuws De provincies krijgen in de nieuwe Structuurvisie van het ministerie van I en M een sleutelrol in de ruimtelijke ontwikkeling. Als ‘gebiedsregisseurs’ zijn veel provincies zoekende naar een invulling van die rol. De provincie Gelderland is met RO-gedeputeerde Co Verdaas momenteel al een van de actiefste provincies, alleen al aan het aantal inpassingsplannen te meten. Verdaas is dan ook bepaald niet bang om de nieuwe verantwoordelijkheid op te pakken. “Het leiderschap in deze tijd is een gegund leiderschap.”

Niet iedereen is even verheugd over de nieuwe posities van de provincies in de ruimtelijke ontwikkeling. Jarenlang hielden provincies zich vooral bezig met het landelijk gebied, de sfeer is er zacht gezegd behoudend, meeslepende visies hoef je er niet te verwachten en de provincie staat wel érg ver van de burger vandaan, zo is de teneur. En dat terwijl de burger toch het nieuwe uitgangspunt is, niet alleen van het kabinet, maar ook in de wereld van de RO en vastgoedontwikkeling is men naarstig op zoek naar de burger dan wel de klant. De vraag is dus hoe de provincies concreet invulling gaan geven aan hun nieuwe rol als regionale gebiedsregisseur. Tenzij het Rijk iets ziet als nationaal belang, zoals de hoofdinfrastructuur en de waterveiligheid, is de provincie in het vervolg aan zet. Dat is een behoorlijk grote overgang, en niet alle provincies zijn blij met die nieuwe verantwoordelijkheid met bijbehorende financiële consequenties. Want decentralisatie gaat nu eenmaal nooit gepaard met extra geld, integendeel. Zo weigeren Noord-Holland en Flevoland vooralsnog het bestuursakkoord van het IPO met het Rijk te ondertekenen.

Inpassingsplan

Feitelijk kregen de provincies met de invoering van de nieuwe WRO in 2008 met het inpassingsplan al een instrument om een actievere rol te gaan spelen in plannen en projecten. De provincie Gelderland heeft die verantwoordelijkheid opgepakt: ze is zo’n beetje kampioen inpassingsplannen. Een bewuste keuze, zegt Co Verdaas. ‘Wij voeren een selectieve agenda en gebruiken het inpassingsplan waar wij een provinciaal belang zien. Daar waar het aan de gemeenten is om projecten verder te brengen, laten wij het los en dienen hooguit als adviseur van de gemeente. Ik vind, dat moet je dan ook aan de gemeenten laten.’

Voor het volledige artikel zie bijlage.


Portret - Anne Luijten

Door Anne Luijten

Voormalig hoofdredacteur van Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024