Nieuws Grote binnenstedelijke gebiedsontwikkelingen leiden in ons land tot felle tegenstand. Geen middel wordt ongemoeid gelaten om het publiek te betrekken of te beïnvloeden.
Ondanks felle protesten toch voldoende draagvlak
Bij referenda in ons land voor bijvoorbeeld de Noord-Zuidlijn werd de opkomstdrempel niet gehaald met als gevolg dat de gemeente gewoon door kon gaan. In de Duitse stad Stuttgart werd vorige week een referendum gehouden voor het zeer grote stationsproject Stuttgart21. Opkomstdrempel werd hier behaald en ondanks de geweldige protesten van tienduizenden tegenstanders, was een meerderheid toch voor. Een verrassende uitslag volgens veel nieuwsberichten, maar eigenlijk gewoon heel logisch.
Het project Stuttgart21 behelst het aansluiten van de stad op de toekomstige internationale hogesnelheidslijn tussen Londen, Parijs, Wenen en Boedapest. Tegenstanders willen het project stilleggen; het zou miljarden kosten, schade toebrengen aan het milieu en ten koste gaan van investeringen in de regionale infrastructuur. Ook politieke onzichtbaarheid en het gebrek aan inspraak door burgers zou een reden zijn voor de protesten.
Slechte communicatie en gebrek aan draagvlak
De hevige protesten zijn een prachtig voorbeeld van de mogelijke gevolgen van slechte communicatie en gebrek aan draagvlak. Burgers worden niet gehoord en voelen zich dus genoodzaakt om de straat op te gaan. Door geen of onvoldoende pers- en crisiscommunicatie neemt de media hun standpunt over en worden de protesten breed uitgemeten in de diverse (inter)nationale media. De bal is gaan rollen; een ware oorlog tussen politiek en de burger is begonnen, in ieder geval volgens de media.
De tegenstand lijkt steeds groter te worden, een slechte basis voor de komende jaren van uitvoering. De politiek besluit dat het volk mag stemmen over de doorgang van het project. Er wordt een referendum gehouden met een hoog participatievereiste: in dit voorbeeld wordt het project alleen stopgezet wanneer minimaal 2,5 miljoen stemgerechtigden het plan afwijzen. 48% van de 7,6 miljoen stemgerechtigden in het gebied komen individueel hun stem uitbrengen. En wat blijkt, ruim 58% van de kiezers stemt voor het project. Ruim voldoende om Stuttgart21 door te laten gaan. Een echte verrassing is het naar mijn idee niet. Dit is een typisch geval van groepspolarisatie.
Groepspolarisatie
Pol en Swankhuisen definiëren groepspolarisatie in hun boek ‘Nieuwe aanpak van overheidscommunicatie’ als volgt: “Groepspolarisatie wil zeggen dat de mening van de leden van een groep tijdens een discussie de neiging heeft steeds extremer te worden (is de houding bij aanvang negatief, dan wordt deze steeds negatiever; is hij positief, dan wordt hij steeds positiever). Opmerkelijk is dat de individuele deelnemers aan de bijeenkomst na afloop vaak een veel minder extreme houding hebben dan tijdens de bijeenkomst”.
Groepspolarisatie kan op grote maar ook zeker op kleinere schaal voorkomen. Denk aan de zendergerichte informatiebijeenkomsten waarbij een of twee bewoners opstaan en de rest van de zaal meenemen. Vaak wordt na zo’n bijeenkomst de indruk gewekt dat de omgeving ontevreden is terwijl Stuttgart21 het bewijs is dat dit niet zo hoeft te zijn. De gemeente of ontwikkelaar worden hierdoor op het verkeerde been gezet.
Om deze en andere vormen van tegenstand bij binnenstedelijke gebiedsontwikkelingen te voorkomen is adequate omgevingscommunicatie noodzakelijk. Breng de omgeving goed in kaart, wie is voor of tegen? Ga het gesprek aan met tegenstanders, zoek goede alternatieven voor algemene informatiebijeenkomsten. Zorg voor eerlijke communicatie en sta open voor de zorgen van de omgeving. Het belangrijkste van alles is misschien wel het besef van zowel overheden als ontwikkelaars dat er ontwikkeld wordt in een omgeving waar mensen leven. Helaas is dit besef er nog onvoldoende.
Cover: ‘Thumb_infra en stationsgebieden_0_1000px’