Nieuws Als het aan het kabinet ligt, gaat de nationale overheid weer een actieve rol spelen bij de ruimtelijke ordening en gebiedsontwikkelingen in Nederland. Dat blijkt uit de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) die minister Ollongren (BZK) op 11 september naar de Tweede Kamer heeft verstuurd. De visie spreekt onder meer over de oprichting van een Rijksontwikkelbedrijf en de selectie van 14 gebieden waar het Rijk (meer) de regie neemt bij de ontwikkeling.
De uitvoering van de NOVI kent volgens de brief van de minister aan de Tweede Kamer
vier prioriteiten. Ten eerste de gevolgen van klimaatadaptatie en de
energietransitie, zowel in infrastructuur als in ruimte voor duurzame bronnen.
De definitieve versie van de omgevingsvisie geeft daarom ‘richtingen’ mee voor
hoe de energie-infrastructuur aangepast kan worden en hoe de leefomgeving
voldoende kwaliteit houdt na plaatsing van onder meer windmolens en
zonnepanelen.
Via de NOVI wil de rijksoverheid ook het duurzaam economisch groeipotentieel vergroten. Dit vraagt volgens Ollongren om een goede inpassing, zodat het woon- en leefklimaat op peil blijft. Zo spreekt de minister over een ‘selectieve groei’ van het aantal datacenters. Verder krijgen de havengebieden van Amsterdam en Rotterdam een aparte status (als zogeheten NOVI-gebied, zie kader), zodat zij sneller en beter kunnen overstappen naar nieuwe, circulaire bedrijvigheid en gebruik van duurzame energiebronnen.
Prettig wonen
De derde prioriteit ligt voor de rijksoverheid
op het ‘meer regie op verstedelijking’ nemen in 14 gebieden, waaronder in de
Metropool Regio Amsterdam (MRA), Metropool Regio Utrecht (MRU), Zuidelijke
Randstad, Groningen en Eindhoven en de spoorzones in Zwolle en Nijmegen. “Het
kabinet wil in ieder geval voor deze gebieden op korte termijn nog tot concrete
(investerings)afspraken komen”, stelt de brief. Door deze rijksregie moeten
vooral de plekken rond (bestaande of nieuw aan te leggen) OV-knopen en
infrastructuur gebruikt worden voor woningbouw.
En ten vierde is er oog voor de ontwikkeling van het landelijk gebied. Onder meer door kringlooplandbouw moet de agrarische sector ‘beter in balans’ komen met natuurlijke systemen. “Dat draagt bij aan een landelijk gebied waar het prettig wonen, werken en recreëren is en waarin ruimte is en blijft voor een economisch vitale landbouw als belangrijke drager van het platteland”, stelt de minister.
Rijksontwikkelbedrijf
Al deze opgaven zijn groot en complex, zowel qua benodigde ruimte als betrokken partijen. De minister kondigt daarom aan dat het Rijk een actievere rol gaat spelen dan voorheen. Ze denkt daarbij aan de inzet van gronden die Rijksdiensten met eigen vastgoed beheren.
Daarnaast wil het Rijk meer regie nemen bij gebiedsontwikkelingen door “de inzet van grond in combinatie met versterking van het ruimtelijk instrumentarium en waar nodig kennis en kunde in prioritaire gebieden”. De minister denkt daarom aan de opzet van een rijksontwikkelbedrijf dat dit uitvoert. De komende maanden onderzoekt het kabinet de risico’s en financiële randvoorwaarden die horen bij dit actieve grondbeleid.
Toekomstbestendig
Tom Daamen, directeur van de Stichting Kennis Gebiedsontwikkeling, kan zich vinden in de gekozen opstelling van het Rijk. “Dit is absoluut goed nieuws dat het Rijk heeft gezegd dat het een minister wil die over de ruimte gaat”, zegt hij tegen EenVandaag. “Want als je woningen gaat bouwen, moet je nadenken over hoe mensen van hoe woning naar hun werk komen. En loopt hun huis niet onder als het veel regent? Al die oplossingen moeten in samenhang worden gemaakt, en dat maakt het echt een groot probleem. Dan helpt het als een minister zegt: als de partijen er lokaal écht niet uitkomen, dan ga ik voor hen de knoop doorhakken.”
In diezelfde uitzending zegt Desiree Uitzetter, voorzitter van projectontwikkelaarsvereniging Neprom, voorstander te zijn van die centrale regie vanwege de vele vragen die er spelen. “We hebben een enorme opgave voor de landbouw. Hoe gaat die toekomstbestendig worden? Hoe combineren we dat met woningbouw dichtbij? En we moeten heel veel energie gaan opwekken. Hoe past dat in die nieuwe woongebieden?”
Verder zegt TU Delft-hoogleraar gebiedsontwikkeling Co Verdaas in het NOS Journaal dat het in het uiterste geval “hard nodig” is dat het Rijk ingrijpt bij gebiedsontwikkelingen die stagneren. Dat speelt onder meer in Utrecht Rijnenburg, waar het de vraag is of er woningen of windmolens komen, en daarom beide niet gebeuren. "Dan moet je als Rijk zeggen ‘Wij vinden woningen nu belangrijker dan windmolens, of andersom’. Maar maak die keuze, anders blijft iedereen op iedereen wachten.”
Domme knelpunten
De provincies zijn minder te spreken over de groeiende invloed van de Rijksoverheid op de inrichting van Nederland, en dan vooral de woningbouw. “Het aanwijzen van gebieden waar woningen moeten komen is het domste wat je nu kunt doen”, stelt de Gelderse gedeputeerde Peter Kerris (PvdA) in het FD. “Want daarmee staat er nog geen huis. Dan loop je toch weer tegen dezelfde knelpunten aan waar we nu al tegen aanlopen zoals hoge bouwkosten, lange procedures en het aanleggen van infrastructuur.”
Ook in Utrecht is minder enthousiasme over de plannen, zegt gedeputeerde Huib van Essen tegen NOS. Voor zijn provincie werkt hij aan een eigen omgevingsvisie. "Dat doen wij samen met het Rijk, die steun hebben we keihard nodig bij de bouw van nieuwe woningen. Maar een minister die vanaf een bureau in Den Haag op een kaart locaties gaat aanwijzen, dat gaat de woningbouw vertragen. Dat is niet ingebed in lokale afwegingen."
De NOVI-gebieden
Voor de uitvoering van de NOVI zijn acht gebieden aangewezen:
- Havengebieden van Rotterdam en Amsterdam.
- Landelijke gebieden De Peel en het Groene Hart.
- Energie- en klimaattransities in relatie tot verstedelijking en erfgoed: Groningen en regio Zwolle.
- Grensoverschrijdende gebieden Zuid-Limburg, Zeeuws-Vlaamse Kustzone.
Volgens de minister zijn deze gebieden “essentieel voor Nederland en de in de NOVI geadresseerde ambities voor de toekomst”. Bovendien vragen de opgaven voor deze gebieden om extra inzet én een goede samenwerking tussen Rijk en regio. De Metropoolregio Utrecht wordt niet genoemd, omdat hier de aanpak van NOVI-gebieden al wordt uitgevoerd.
Cover: Jan dijkstra | Wikimedia Commons
Cover: ‘buurtschap Rijnenburg Jan dijkstra | Wikimedia Commons’ door Jan Dijkstra (bron: Wikimedia Commons) onder CC BY-SA 3.0, uitsnede van origineel