Analyse Nieuwe buren, nieuwe bakker, nieuwe klasgenoten. Verhuizen naar een nieuwbouwwijk betekent behalve een nieuw huis, ook een wijk vol vreemden en dus volop nieuwe contacten en ontmoetingen. In het Utrechtse project ‘Wij(k) bouwen’ onderzocht ‘de Gezonde Wijk Alliantie’ hoe je sociale nieuwbouwwijken bouwt.
Het is een vraag die menig gebiedsontwikkelaar bezighoudt: hoe zorg je dat bewoners geen vreemden voor elkaar blijven? Het Kennisplatform Inclusief Samenleven deed bijvoorbeeld aanbevelingen hoe gebiedsontwikkelaars sociale interactie in hun plannen kunnen stimuleren. Een nieuwe wijk is immers meer dan een verzameling huizen, maar ook een nieuw stukje samenleving. Ook om je daar als nieuwe bewoner thuis te voelen, zijn die ontmoetingen essentieel, schrijft gebiedsontwikkelaar Site Urban Development.
Sociale cohesie bevorderen
Als iedereen tegelijk arriveert, kan het even duren voordat mensen zich met elkaar verbonden voelen. In de wijk Leidsche Rijn liggen de eenzaamheidscijfers hoger dan gemiddeld en voelen mensen een beperkte binding met hun buurt, concludeerde een aantal maatschappelijke organisaties dat in deze wijk werkzaam is. De organisaties die zich verenigden onder de naam ‘de Gezonde Wijk Alliantie’ besloten daarom tot een onderzoek naar hoe je binnen nieuwbouwwijken de sociale cohesie kunt bevorderen.
Dat deden ze in Leeuwesteyn, een nieuwbouwwijk ten oosten van Leidsche Rijn aan het Amsterdam-Rijnkanaal. In die wijk met 1.100 woningen, van sociale huur tot koop, zijn de eerste woningen in 2019 opgeleverd. De adviezen om ‘de sociale kant’ in nieuwbouwwijken te bevorderen deelden zij vanuit drie perspectieven – ruimtelijke perspectief, bewonersperspectief en organisatieperspectief – in het rapport Stenen maken nog geen buurt.
Het stedenbouwkundig plan van Leeuwesteyn is opgebouwd uit carré-vormige bouwblokken rondom binnentuinen en parkeerplaatsen. Die plekken stimuleren ontmoetingen, zagen de organisaties. Tegelijkertijd remmen ze juist ook bepaalde contacten af: de blokken zijn opgedeeld in sociale huur en vrije sector, interactie tussen de blokken is er nauwelijks.
Daarnaast bestaan nog andere verschillen tussen de blokken: de kwaliteit van de binnentuinen is niet gelijk. “De inrichting van de middenruimte van een woonblok is afhankelijk van de prijsklasse.” Trek dat gelijk, zeggen de organisaties. Ook het feit dat de woonblokken in de vrije sector wél een naam hebben die op de gevel staat en de sociale woonblokken niet, zien zij als “een weerslag op de identiteitsbeleving.”
De bakker is er niet alleen voor brood
De organisaties zagen dat mensen in een isolement dreigen te komen als er nauwelijks buurtvoorzieningen zijn. Grote winkelcentra stimuleren geen contact, mensen verdwijnen daar in de massa en blijven anoniem voor elkaar. Nog kwalijker is het volgens de onderzoekers als er überhaupt geen voorzieningen zijn en bewoners daarvoor op andere buurten zijn aangewezen. Dat creëert slaapbuurten, schrijven de organisaties. De kans je buurman per ongeluk tegen het lijf te lopen wordt nihil. Een simpele toevoeging als een bakker of koffiezaak op de hoek kan voorkomen dat buurtbewoners vreemden voor elkaar blijven.
‘Leidsche Rijn, Utrecht’ door Maarten Zeehandelaar (bron: Shutterstock)
Maak de buurt niet ‘af’, is een volgend advies uit het rapport. Onbestemde ruimte biedt mogelijkheden voor onvoorziene behoeften: misschien is in de toekomst een park nodig om een plek van koelte te bieden in de hete stad of hebben de jongeren zelf ideeën over hoe ze de stad willen inrichten – in Leeuwensteyn ontwierpen jongeren zelf een skatepark. Als bewoners en sociale partijen dergelijke plekken zelf kunnen vormgeven, levert dat samenwerkmogelijkheden op. Nog beter voor de sociale interactie dus.
Op tijd inschakelen
Een groot deel van het rapport gaat in op de rol van organisaties en van bewoners, de bevindingen hangen deels samen met die over de ruimte. Bewoners en organisaties met ideeën voor activiteiten ( van sport voor kinderen tot buurtfeesten) hebben ruimte nodig voor die activiteiten. Laagdrempelige plekken kunnen sociale activiteiten stimuleren.
Belangrijke conclusie uit het rapport is dat partijen de maatschappelijke kant van een plan vanaf het begin moeten meenemen. Een nieuwbouwbuurt is een plek met soms plotseling honderden tot duizenden nieuwe bewoners. Vaak worden maatschappelijke organisaties pas ingeschakeld op het moment dat dit problemen geeft, maar voorkomen is beter dan genezen. Vanaf het begin is ruimte en aandacht nodig voor de sociale programmering van een gebied. Een nieuwbouwbuurt ontwikkelen gaat over meer dan het ontwerpen van huizen.
Lees hier het rapport Stenen maken nog geen buurt.
Cover: ‘Leidsche Rijn, Utrecht’ door Maarten Zeehandelaar (bron: Shutterstock)