Verslag Het kabinet wil in 2020 16% van de energievoorziening uit hernieuwbare energie hebben. Voor 2050 liggen er scenario´s die op 60-90% uitkomen. Zoveel is nu al duidelijk dat innovatieve energiewinning uit golfslag, osmose, getijde en kernfusie deze ambitie niet kunnen waarmaken, aldus Anton van Hoorn (PBL). Het zal aankomen op biomassa, wind, zon en geothermie. Vooral biomassa (grote ruimtelijke claim) en windmolens (omgevingskwaliteit, ruimtelijke beleving) zullen een procedurele krachtsinspanning vergen. Verbeeldingskracht (van met name ontwerpers) is nodig om meer uit de beschikbare ruimte te halen dan op voorhand mogelijk lijkt. Een voorbeeld is het plan voor Energielandschap A4, waarbij een restruimte van het snelwegtraject als sprokkelbos (voor houtkachels) wordt ingericht.
Verslag workshop Ruimte en Energie in Nederland (PBL Ruimteconferentie 2013)
De ruimtelijk dialoog wordt de kritieke factor
Het nationale leidingnetwerk en het Europese supergrid moeten geschikt worden gemaakt voor verschillende energiemodaliteiten en toegerust zijn om de pieken en dalen van hernieuwbare energie (wind, zon) op te vangen. Dit staat ontwikkeling van regionale en lokale netwerken niet in de weg; uiteindelijk moeten netwerken vanaf de kleinste korrel naar de grootste kunnen opschalen. Etten-Leur heeft de primeur van de buurtbatterij, die de overproductie van zonnestroom overdag opslaat voor gebruik in de avond en nacht. Om de 16% hernieuwbare energie in 2020 te halen moeten de procedures snel op orde worden gemaakt, aldus Van Hoorn. . Die manifesteert zich reeds op het niveau van de vereniging van eigenaren als het gaat om zonnepanelen op het dak. Bij het windpark Krammer was het plan al helemaal uitgedacht, voordat er contact kwam met de omgeving. Daar bleek dat het plan de vissers behoorlijk in de weg zat. “Maar ja, er was al zo veel in geïnvesteerd... Helaas, door zulke processen komen burgers recht tegenover hernieuwbare energie te staan.” Waren de ruimtelijke procedures er juist niet voor om de dialoog tijdig te starten? En vervolgens, hebben burgers wel echt wat aan een dialoog? “Uiteindelijk moet er de mogelijkheid zijn om van een plan af te zien in plaats van het maar door te drukken”, meende Van Hoorn.
rijksstructuurvisies
Namens het Ministerie van Infrastructuur en Milieu zette Frank Stevens van Abbe de beleidskaders voor de energietransitie uiteen. Vijf moeten de ontwikkelingen in goede banen leiden voor 1. buisleidingen, 2. ondergrond (geothermie), 3. wind op land, 4. wind op zee (nationaal waterplan) en 5. centrales en hoogspanningsverbindingen. De rijksstructuurvisies vormen het kader voor de rijkscoördinatieregeling/inpassingsplan grote projecten, met name wind op land, 380 KV verbindingen en gebruik ondergrond. Zaak is nu knelpunten in wet- en regelgeving op te lossen, bijvoorbeeld radarverstoring en geluidsoverlast van windturbines. In de sectorale aanpak tot nu toe moet samenhang worden aangebracht. De discussie met de samenleving over plannen en projecten moet liefst vanaf het eerste moment worden gevoerd. Als het om een stabiele energievoorziening gaat, denkt het ministerie na over de vraag of die gezocht moet worden in een uitdijend nationaal netwerk, of in Europese koppeling.
Pieter van de Ploeg van netbeheerder Alliander presenteerde een studie naar de mogelijkheid van een energieneutrale Regio Stedendriehoek. De betreffende regio Apeldoorn-Deventer-Zutphen telt ongeveer 410.000 inwoners, 172.000 huishoudens, 26.000 bedrijven en 220.00 voertuigen. Jaarlijks wordt € 250 miljoen aan energiekosten betaald. De casestudie laat zien dat de oplossing alleen in een combinatie van wind, zon, biomassa en geothermie te vinden is. Een overstap op alleen biomassa bijvoorbeeld zou 175% van het regionale oppervlak opeisen. Evenzeer nodig: een mix van uitwisselbare warmte en energie. Het benodigde slimme netwerk wil zeggen: een slimme match van vraag en aanbod. Bij het plaatsen van windmolens kan dankbaar worden gevaren op het kompas van NIMBY OIIOI: not in my backyard, only if I own it. Naast de vrolijke ‘Boer zoekt wind’ is volgens Van der Ploeg een beetje stalinisme onvermijdelijk, namelijk verplichte afname van restwarmte, zoals in Kopenhagen 98% van alle woningen op restwarmte aangesloten is. Ja, en dan, met stevige energiebesparingsmaatregelen als frankerend beleid, kan de Stedendriehoek zichzelf compleet zelf voorzien van hernieuwbare energie.
Zie ook:
- Hoofdverslag Ruimteconferentie 2013
- Verslag Workshop Woningmarkt: corporaties; middensegment; huurmarkt
- Presentaties en video's Ruimteconferentie 2013
Cover: ‘Thumb_infra energie algemeen_0_1000px’