2012.12.10_Startgebruikers Ebook Gebiedsontwikkeling_300px

Startgebruikers | E-book gebiedsontwikkeling

10 december 2012

4 minuten

Recensie Toekomstige gebruikers worden steeds meer bij gebiedsontwikkeling betrokken. Doordat de overheid zich terugtrekt en de markt zwak is worden gebruikers steeds belangrijker. Gebruikers worden bepalend voor het proces – ontwikkeling start vanuit de gebruikers. Eindgebruikers worden ‘startgebruikers’.

Recensie iPad app

Na drie eerdere publicaties (Verdienmogelijkheden, Waardenmakerij en Proceskunst) staat het vierde cahier van NederLandBovenWater in het teken van de eindgebruiker. De publicatie is geschreven door Jeroen Hutten. Na jarenlang bij AM gewerkt te hebben heeft hij Nidoo opgericht. Voor Nidoo staan de woonwensen van de eindgebruiker centraal. Jeroen Hutten spreekt daarom liever van ‘startgebruikers’: “Door startgebruikers vervaagt de grens tussen initiatiefnemer en afnemer. Het zijn betrokken personen van vlees en bloed met wensen over hun toekomstige leefomgeving. Zij zijn welwillend om intrinsiek gemotiveerd geld, tijd én energie te investeren in het (laten) realiseren van hun wensen”.

Startgebruikers | E-book gebiedsontwikkeling  - Afbeelding 2

‘Startgebruikers | E-book gebiedsontwikkeling - Afbeelding 2’


De publicatie is het eerste e-book over gebiedsontwikkeling in Nederland en heeft daarmee een primeur. De extra mogelijkheden van een e-book worden snel duidelijk. Naast de basistekst is namelijk een grote verzameling aan filmpjes, infographics, statistieken en verwijzingen naar gerelateerde literatuur opgenomen. Dat maakt het lezen leuk en de hoeveelheid informatie die ontsloten wordt is veel groter dan bij een traditioneel boek. De keuze om de publicatie niet als .epub maar als app uit te werken resulteert wel in één beperking: voor het lezen moet je in bezit zijn van een iPad. Lezen via andere tablets, e-readers of op de computer is vooralsnog niet mogelijk.

Door het interactieve karakter van een e-book heeft Jeroen Hutten niet gekozen voor een traditionele structuur met hoofdstukken en paginanummers. In plaats daarvan is de publicatie geordend aan de hand van vier kwadranten of vier kernwoorden: hopen, weten, doen en ontwikkelen. De vier kernwoorden dekken de content van de delen niet helemaal, maar resulteren wel in een viertal duidelijke vragen. In het eerste deel staat de vraag Wat mag ik hopen? centraal. Dit deel beschrijft de periode voor de crisis waarin het lenen van geld steeds makkelijker wordt. Door de hefboomwerking of leverage wordt vastgoed steeds meer met vreemd vermogen gefinancierd, totdat de investering vanuit het eigen vermogen bijna nihil is. Na de crisis mogen banken veel minder geld uitlenen. Daardoor is nu de eindgebruiker belangrijk. Die heeft immers eigen geld; echt geld in plaats van geleend plofgeld. Het tweede deel, Wat kan ik weten?, omschrijft verandering in de gebiedsontwikkeling. Geert Teisman stelt dat verandering niet alleen voortkomt uit eigen acties, maar ook uit samenwerking en uit events (externalities) die de koers van het proces kunnen veranderen. Er is daarom een flexibele vasthoudendheid nodig. Dat is een zoektocht naar systeemveranderingen en een nieuw, tijdelijk evenwicht. Het helpt daarbij om de scope niet te richten op de huidige situatie, maar op de eindgebruiker. Die wordt dan vroegtijdig betrokken en kan het project, het panorama, verder vormgeven en invullen. De positie van de ontwikkelaar komt in deel drie, Wat is de ontwikkelaar?, aan de orde. De vastgoedsector kiest vaak voor behoud en is bang voor vernieuwing. De opkomst van de manager is hier debet aan, zo stelt Jeroen Hutten. Vakspecialisten zijn steeds meer vervangen door managers. Die voelen zich geen eigenaar van het bedrijf, nemen risico’s met andermans geld, zijn niet ondernemend en ook niet vernieuwend. Bedrijven komen in een steeds moeilijker positie. Omdat de overheid zich ook terugtrekt vindt er een verschuiving plaats van taken naar de actieve burger. Dat is echter niet vanzelfsprekend een succes. Voorwaarde voor een goed proces is dat burgers welwillend zijn en kunnen meewerken in een coalitie aan een collectief doel. In dat proces moeten de overheid en markt de fixatie op het terugverdienen van eerder gedane investeringen loslaten. Dit is een ‘mentale afwaardering’ om ruimte voor creativiteit en organische groei te creëren. In het laatste deel, Wat moet ik doen?, wordt het idee van startgebruikers samengevat. De focus moet komen te liggen op organische gebiedsontwikkeling rond de wensen van eindgebruikers. Op kleinschalige initiatieven die lokaal ingebed zijn en niet gehinderd worden door vooraf opgelegde eisen. Want als alle partijen minder veeleisend zijn, ontstaat er meer waarde.

Startgebruikers is informeel geschreven. Het leest daardoor vooral als een persoonlijk pleidooi, geschreven vanuit het perspectief van de ontwikkelaar. Hoewel Startgebruikers voor vakgenoten bestemd is, maken het jargon en de vele clichés het niet eenvoudig te onderscheiden waar de publicatie inhoudelijk vernieuwend is. De kracht ligt vooral in de keuze voor een e-book; in de diversiteit en bronnen en de breedte van het betoog. Grootschalige ontwikkelingen en tendensen komen door alle filmpjes, infographics en grafieken duidelijk in beeld. De startgebruiker komt echter niet in beeld. Het blijft daardoor nog een beetje gissen wat voor ontwikkelingen bij de startgebruiker passen, in wat voor huizen de startgebruiker woont. Op dit punt nodigt Jeroen Hutten de lezer nadrukkelijk uit het e-book aan te vullen. Zo moet het groeien van een paar eenvoudige principes tot een groter geheel, als een organische ontwikkeling.

Startgebruikers | E-book gebiedsontwikkeling  - Afbeelding 2

‘Startgebruikers | E-book gebiedsontwikkeling - Afbeelding 2’


Titel:

Startgebruikers Auteur: Jeroen Hutten
Uitgever: NederLandBovenWater, november 2012, Nederlandstalig, iPad app
Verkrijgbaar via: de App Store , € 7,99


Cover: ‘2012.12.10_Startgebruikers Ebook Gebiedsontwikkeling_300px’


Portret - David Struik

Door David Struik

YP-redacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024