Vismarkt, Groningen door Nina Alizada (bron: shutterstock)

Stedelijk waterbeheer in Groningen, zeven jaar na de eerste stresstest

3 januari 2025

10 minuten

Casus De gemeente Groningen had in december 2017 de primeur: de stresstest waarmee de stad haar gevoeligheid voor de klimaatverandering in kaart bracht. Het was de start voor het klimaatadaptatiebeleid van de gemeente en daarmee voor de nodige acties, maatregelen en projecten. Ambtenaren Klaas Hoomans en Richard Walters vertellen over hun ervaringen en de lessen die ze gaandeweg hebben geleerd.

Als er een thema is dat zich in 2024 verder naar de voorgrond heeft gewerkt, is dat wel water. Voorgaande jaren gaven al de aanzet, met de ‘waterbom’ boven Limburg (juli 2021), gevolgd door de Kabinetsbrief over water en bodem sturend (najaar 2022). Steeds duidelijker wordt dat de atmosfeer ook boven Nederland veel water kan bevatten en dat in korte tijd kan laten vallen – we hebben het over ‘atmosferische rivieren’ die ook Nederland en ons achterland bereiken. Het aantal dagen met zware neerslag neemt toe, zo bracht het KNMI in beeld. Ook in 2024. Zowel in de winter (kerstvakantie 2023) als de zomer (juli 2024, snelwegen onder water) viel er veel regen. Ook in bebouwd gebied blijven de gevolgen van de klimaatverandering niet onopgemerkt. Onlangs lazen we in de kolommen van Gebiedsontwikkeling.nu hoe Zwolle omgaat met haar ligging in de delta. Een andere stad die al enige jaren bezig is met het thema klimaatadaptatie, is Groningen. We namen een kijkje in de noordelijke metropool.

Polders onder water

Het water in en om Groningen is deze maand net weer in het nieuws. Zo wordt de huidige waterberging aan de zuidkant van de stad in natuurgebied De Onlanden de komende tijd twee keer zo groot gemaakt. Die berging (2.500 ha groot) werd in 2012 niet voor niets aangelegd; in 1998 dreigde de stad onder water te lopen door het vele water dat vanaf het hoger gelegen Drenthe noordwaarts spoelde. Het Groninger Museum kon het water maar nauwelijks aan en polders moesten in allerijl onder water worden gezet om het doorbreken van kanaaldijken te voorkomen. Met de ombouw van landbouw naar natuurgebied kon die dreiging van het wassende water – afkomstig uit het buitengebied – beter worden afgewend. Maar klimaatverandering heeft uiteraard ook bínnen het stedelijk gebied gevolgen.

Natuurgebied De Onlanden, Groningen door Rudmer Zwerver (bron: shutterstock)

‘Natuurgebied De Onlanden, Groningen’ door Rudmer Zwerver (bron: shutterstock)


Dat laatste werd onderkend in de nota ‘Groningen Klimaatbestendig’ die in 2018 het licht zag, compleet met uitvoeringsagenda, zo geeft Klaas Hoomans, beleidsmedewerker waterbeheer van de gemeente Groningen, aan. “Maar ruim daarvoor waren we ook al bezig met allerlei uitvoeringen en maatregelen.” Dat laatste onderkent ook adviseur riolering en stedelijk water Richard Walters van de gemeente Groningen: “Maar we hadden tot die eerste stresstest nooit echt een tastbaar bewijs dat een ingreep ook echt noodzakelijk was – gebaseerd op harde cijfers. Het ging elke keer vooral op gevoel, op plekken waar regelmatig wateroverlast werd waargenomen.”

Urgentie

Vanaf 2018 ging dat dus anders, zo schetst Walters. Het werken met de stedelijke stresstest bracht het denken over stedelijke klimaatadaptatie in een stroomversnelling. “We kregen een wateroverlastkaart ter beschikking waarop voor heel Groningen in kaart is gebracht wat er gebeurt als er een bui valt van 73 mm per uur. Die kaart pak ik er nog steeds bij als eerste bewijsstuk wanneer ik word ingeschakeld als adviseur. Dat gebeurt onder meer als er een eerste idee is voor een project in de stad en de eerste strepen op papier worden gezet. Dan vragen mijn collega’s aan mij wat er in het betreffende gebied speelt ten aanzien van water en klimaat. De wateroverlastkaart maakt in een oogopslag in welke gebieden van de stad kwetsbaar zijn.”

We proberen altijd eerst de oplossing bovengronds te vinden, door water vast te houden en via het maaiveld vertraagd af te laten stromen
Richard Walters, gemeente Groningen

De methodiek van kaarten maken over potentiële wateroverlast heeft zich in Groningen de afgelopen jaren doorontwikkeld, maakt Hoomans duidelijk. “Aanvullend op de eerste kaarten hebben we bijvoorbeeld aangegeven op welke locaties wateroverlast echt een probleem vormt. Denk aan scholen, ziekenhuizen, de hoofdroutes voor hulpdiensten. Dat leverde een lijst van 126 locaties op. Sommigen daarvan vielen ook weer af omdat we daar al met maatregelen bezig waren of die waren al uitgevoerd; daardoor werd de urgentie ter plekke minder.”

Hoger gebouwde woningen

De gemeente Groningen heeft niet alleen de kwetsbaarheid voor regenval in kaart gebracht maar is ook begonnen om maatregelen te nemen. Die maatregelen zijn divers, van klein tot groot. Een trottoirbandje dat plaatselijk wordt verlaagd zodat regenwater makkelijker af kan stromen naar lager gelegen gebied. Een wadi die het water vasthoudt en langzaam in de bodem doet infiltreren. Maar ook een compleet woongebied zoals Rietdiep (aan de noordkant van de stad) waar zo min mogelijk regenwater naar het riool wordt afgevoerd. De woningen zijn hier hoger gebouwd, het overtollige regenwater stroomt via de openbare ruimte af naar de omgeving.

Groningen werkt hierbij met een klein ‘laddertje’ van ingrepen, zo geeft Walters aan. “Die ladder hebben we ontwikkeld om niet alleen het water te kunnen beheersen maar ook de kosten in de hand te houden. We proberen altijd eerst de oplossing bovengronds te vinden, door water vast te houden en via het maaiveld vertraagd af te laten stromen. Lukt dat niet dan proberen we bijvoorbeeld bovengronds extra bergingsruimte te creëren. Wil ook dat niet, dan kom je uiteindelijk uit op ondergronds bergen maar dat is in principe het laatste wat we willen, aangezien we hier in een kleigebied zitten. En omdat infiltratievoorzieningen vaak toch weer dichtslibben. Maar deze ondergrondse voorzieningen komen in de praktijk zeker wel voor, zoals in de nieuwe binnenstedelijke Grunobuurt waar we een waterbergende fundering hebben gemaakt. De kolken voeren daar het water niet af naar het riool maar naar de funderingslagen waar het water uiteindelijk vertraagd wordt afgegeven aan de ondergrond.”

Wadi met waterpomp door Rene Notenbomer (bron: shutterstock)

‘Wadi met waterpomp’ door Rene Notenbomer (bron: shutterstock)


De wateroverlastkaart waar Groningen nu al weer enkele jaren mee werkt, is een levend document waarin nieuwe inzichten steeds kunnen worden verwerkt. Over de klimaatverandering maar ook over de morfologie van de stad. Zo wordt er inmiddels in het Groninger Water- en Rioleringsplan met drie soorten regenbuien in gewerkt: de huidige extreme klimaatbui van 58 mm in een uur, de bui van 73 mm in een uur die in 2050 eens in de 100 jaar gaat vallen en ultimo de bui die eens in de 1000 jaar valt: 111 mm in een uur, zo legt Walters uit. “In principe moeten we alle drie de buien aankunnen, waarbij de bui van 111 mm alleen leidend is bij integrale gebiedsontwikkelingen. Daarbij is het ook zaak de data voortdurend actueel te houden, wanneer ter plekke de situatie wijzigt zoals door de oplevering van nieuwe gebouwen, buurten of wegen. Dat actueel houden geldt ook voor de data de data van aangelegde maatregelen zoals riolering, wadi’s, et cetera.”

Jenever stoken

Door de oogharen kijkend naar de kaart met gevoelige gebieden dan zijn dat vooral de versteende bedrijventerreinen, de binnenstad en de locaties die zich onderaan de hoger gelegen Hondsrug bevinden (en waar het water als ware het een omgekeerd soepbord met kracht vanaf stroomt). Hoomans: “In woonwijken hebben we over het algemeen nog wel de ruimte om de openbare ruimte aan te passen en meer klimaatadaptief te maken, maar op bedrijventerreinen is het lastiger om in te grijpen. Dan hebben we als gemeente vaak niet meer dan tien procent van de ruimte in handen. Bovendien is hier vaak sprake van heel veel verharding. Op dat soort plekken gaan we de gesprekken met de kaveleigenaren aan, zoals op het bedrijventerrein Euvelgunne is gebeurd. Daar zijn allerlei nieuwe toepassingen ontwikkeld om het regenwater te hergebruiken, zelfs voor het stoken van jenever. En daarmee konden wij van onze kant de aanleg van nieuwe riolering voorkomen.”

Een opgave als Stadshavens maakt volgens Hoomans duidelijk hoe complex een gebiedsontwikkeling kan worden als allerlei ambities bij elkaar komen

Daarnaast wordt ook de gemeentelijke hemelwaterverordening ingezet, die onder meer partijen verplicht om bij een substantiële ingreep in de gebouwde omgeving – bijvoorbeeld de bouw van een nieuw kantoorgebouw – een waterberging te realiseren. De stok-en-wortel methode noemt Hoomans die aanpak. “Met subsidies kun je partijen stimuleren mee te doen, met regelgeving dwingen we dat zo nodig af. Met onze nieuwe hemelwaterverordening kunnen we zelfs bewoners verplichten om regenwater tijdelijk vast te houden, hoewel we uiteraard liever werken op basis van vrijwilligheid.”

Robuuste waterafvoer

Ook bij nieuwe gebieden in de stad worden de waterspecialisten van de gemeente Groningen betrokken. Zo is Richard Walters betrokken bij het buitenstedelijke woongebied De Held III en het binnenstedelijke transformatieproject Stadshavens. “De Nieuwe Held is een uitbreidingswijk van 1.800 woningen midden in het groen, aan de westkant van de stad. Daar proberen we eerst om het water via de oppervlakte af te voeren naar de landelijke omgeving. Een robuuste manier van waterbergen, gewoon zichtbaar in een sloot of een vijver, dat vertraagt de afvoer richting de boezem – van waaruit het water uiteindelijk wordt weggepompt naar de Waddenzee. Vanuit dat principe is ook het stedenbouwkundig plan opgebouwd, met de woningen die op nieuwe wierden worden gebouwd – zoals we dat in de wijk Reitdiep ook hebben gedaan. Dat zijn hoger gelegen bulten waar het water makkelijk vanaf stroomt. Eigenlijk een eeuwenoud principe dat aan de basis heeft gelegen van dit cultuurlandschap in Noord-Nederland.”

Toekomstige Stadshavens Groningen door Gemeente Groningen (bron: Gemeente Groningen)

‘Toekomstige Stadshavens Groningen’ (bron: Gemeente Groningen)


Bij Stadshavens, het nieuwe woongebied dat op de plek komt van bedrijventerreinen aan de oostkant van de stad, komen ook meer actuele ingrepen in de stedelijke structuur in beeld. Walters: “Hier hebben we te maken met water dat afstroomt van het hoogste punt aan het Eemskanaal naar het lagergelegen punt aan de rand van het gebied: het voormalige Damsterdiep. Je kunt dus niet – of alleen heel duur – afwateren op het Eemskanaal, het moet binnendoor. Dan pak je weer de stresstest erbij en zie je dat het hele Damsterdiep onderloopt bij een flinke bui. Daarom is ervoor gekozen het Damsterdiep gedeeltelijk weer uit te graven en in te zetten als waterberging.”

Belangen van ontwikkelaars

Een opgave als Stadshavens maakt volgens Hoomans duidelijk hoe complex een gebiedsontwikkeling kan worden als allerlei ambities bij elkaar komen. “De groenspecialist geeft aan dat er 30 procent groen in de wijk moet worden gerealiseerd. Daarnaast worden er 3.300 woningen en 33.000 vierkante meter commercieel toegevoegd, een echt stedelijk milieu. Maak dan nog maar eens ruimte voor water.” Een optie zou kunnen zijn om het op en in de gebouwen op te lossen. Walters daarover: “Daarmee raken we als gemeente aan de belangen van de ontwikkelaars ter plekke met grondposities. Ik heb daarom de opdracht meegekregen: probeer het in de openbare ruimte op te lossen. We hebben daarvoor verschillende scenario’s onderzocht en dat lijkt inderdaad te gaan lukken.”

Hoomans geeft aan dat verzekeraars en investeerders de laatste tijd kritischer kijken tegen het overstromingsrisico in relatie tot de waarde van het vastgoed. “Je kan gebouwen ook klimaatadaptiever maken en de kosten daarvan versleutelen in de bouwkosten. Maar tegelijkertijd moeten marktpartijen ook opletten dat ze de woningen niet te duur maken, anders krijgen zij die niet verkocht. Dat is het spanningsveld van bouwen in de stad: allerlei vraagstukken komen bij elkaar.”

Bij de eerste gesprekken voor nieuwe projecten sluiten vaak al de medewerkers van de betreffende waterschappen aan
Richard Walters, gemeente Groningen

Complexe vraagstukken als deze worden daarom met een interdisciplinaire werkgroep aangepakt, waarbij gezamenlijk het zogeheten ‘ambitieweb’ wordt ingevuld. Hoomans hierover: “Rijkswaterstaat gebruikte dat al en wij hebben het doorontwikkeld voor de lokale Groningse situatie en onze inzet op duurzaam GWW [pdf].” Het is een instrument waarmee de verschillende ambities voor een project kunnen worden afgewogen. Walters: “Bij de aanstaande herinrichting van de Vismarkt gebruiken we het ook. Daar willen we graag vergroenen (het plein is nu compleet versteend, red.) en ook het oudste stukje riool van Groningen is hier aan vervanging toe, maar aan de andere kant mag de functionaliteit als dagmarkt niet verloren gaan. Die zaken moet je dan tegen elkaar afwegen.”

Aanpak bij de bron

Om uiteindelijk binnen de bebouwde structuur van Groningen de goede maatregelen te nemen, is het aanhouden van de goede scope buitengewoon belangrijk, zo illustreert Walters aan de hand van het voorbeeld van de herinrichting van het plein bij kunstopleiding Minerva, aan de westkant van de Groningse binnenstad. “Een plek waar ooit het Zuiderdiep is gedempt, laaggelegen en waar veel water samenkomt. Noch bovengronds noch ondergronds was er een oplossing mogelijk. Toen hebben we gekeken: waar komt dat water eigenlijk vandaan? Dat bleek onder meer van de Grote Markt af te komen – een paar honderd meter verderop in de binnenstad. Dan moet je het juist bij de bron aanpakken. Zo gezegd zo gedaan, daar is een bergingsvoorziening gemaakt onder de bomen.”

Binnenstad, Groningen door Wolf-photography (bron: shutterstock)

‘Binnenstad, Groningen’ door Wolf-photography (bron: shutterstock)


Het begrip scope is ook van toepassing op de samenwerking die de gemeente zoekt met haar partners in de waterketen, zo sluit Walters het gesprek af: “Bij de eerste gesprekken voor nieuwe projecten sluiten vaak al de medewerkers van de betreffende waterschappen aan, Noorderzijlvest of Hunze en Aa’s.” Hoomans: “En daarnaast hebben we het overleg Waterpas, daar zitten drie van onze wethouders in, de bestuurders van de waterschappen en de directeur van het Waterbedrijf Groningen. We hebben het dan over de ontwikkelingen die op ons afkomen. Het gaat nu in dit gesprek veel over wateroverlast, maar we zijn ook bezig beleid rondom droogte te ontwikkelen. Kunnen we straks iedereen nog van voldoende drinkwater voorzien? Dat zijn vraagstukken die niemand zelf kan oplossen en waar we met elkaar over moeten nadenken.”

De website www.climatescan.nl biedt een uitgebreid overzicht van alle klimaatadaptatiemaatregelen die in Groningen zijn gerealiseerd.

Climatescan Groningen door climatescan.nl (bron: climatescan.nl)

‘Climatescan Groningen’ (bron: climatescan.nl)


Cover: ‘Vismarkt, Groningen’ door Nina Alizada (bron: shutterstock)


Kees de Graaf door Sander van Wettum (bron: SKG)

Door Kees de Graaf

Eindredacteur Gebiedsontwikkeling.nu


Meest recent

Vismarkt, Groningen door Nina Alizada (bron: shutterstock)

Stedelijk waterbeheer in Groningen, zeven jaar na de eerste stresstest

Groningen had in december 2017 de primeur: de stresstest die de gevoeligheid voor klimaatverandering in kaart bracht. Daarop volgden tal van acties, maatregelen en projecten. Klaas Hoomans en Richard Walters vertellen over de ervaringen.

Casus

3 januari 2025

GO weekoverzicht 2 januari 2025 door Gebiedsontwikkeling.nu (bron: Gebiedsontwikkeling.nu)

Dit was de week van de laatste keer terugkijken en de eerste lessen voor 2025

Deze week kijken we op Gebiedsontwikkeling.nu nog één keer terug. Wat waren de best gelezen artikelen en welke thema’s en boeken kleurden 2024? En Ellen van Bueren en Jaap Modder komen met de eerste lessen voor het nieuwe jaar.

Weekoverzicht

2 januari 2025

GO jaarcover door Ineke Lammers (bron: gebiedsontwikkeling.nu)

De best gelezen GO-artikelen in 2024: oude bekenden en verrassende nieuwkomers

Ook Gebiedsontwikkeling.nu ontkomt op de laatste dag van het jaar niet aan een jaarlijstje. De top 10 is dit jaar een combinatie van oude bekenden (jazeker, weer Didam) en verrassende, Nederlandse nieuwkomers.

Analyse

31 december 2024