Museumplein Amsterdam

'Steun stedelijke verdichting slinkt als we gezondheid vergeten'

25 juni 2018

3 minuten

'De stad als gezonde habitat’ heet het advies van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) over een gezonde stedelijke leefomgeving. Ellen Peper was voorzitter van de raadscommissie die het advies voorbereidde. ‘Zonder oog voor een gezonde leefomgeving zal de steun voor stedelijke verdichting snel afnemen.’

Ellen Peper (Rli) over de gezonde stad

LCOR 2018: Gezonde stad begint bij de openbare ruimte

De 14 editie van het Landelijk Congres Openbare Ruimte vond plaats op 21 juni. Circa 130 ontwerpers, beheerders en beleidsmakers die werkzaam zijn bij gemeenten, stedenbouwkundigen, adviseurs en landschapsarchitecten kwamen naar Breda. Meer informatie over het Landelijk Congres Openbare Ruimte.

In het advies ‘De stad als gezonde habitat’ (april 2018) plaatst de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur gezondheid in een breed perspectief. Ellen Peper: ‘Gezondheid gaat niet alleen over afwezigheid van ziekten, maar ook om een leefomgeving die mensen uitnodigt tot bewegen, ontspannen en ontmoeten. Het gaat dus ook om het fysiek, mentaal en maatschappelijk welzijn van mensen. Een gezonde leefomgeving maakt dat mensen daadwerkelijk regie kunnen voeren over hun eigen leven. En dat ze sociale veerkracht kunnen ontwikkelen.’

De commissie doet tien aanbevelingen in drie clusters:

  • beleid
  • kennis en ontwerpend onderzoek
  • financiering en sturing

Het zijn handelingsperspectieven die bij kunnen dragen aan gezondheid, legt Peper uit. De commissie pleit zowel voor gezondheidsbescherming als voor gezondheidsbevordering. Ook pleit ze voor ‘meekoppelkansen’: een gezonde leefomgeving zou een belangrijk doel moeten zijn bij grote transities als verstedelijking, mobiliteit, klimaatadaptatie en energie.

Ook zou gezondheidsbevordering met voorrang toegepast moeten worden in buurten met gezondheidsachterstanden. En, zegt de commissie, maak het mogelijk dat partijen die dat willen, kunnen investeren in een gezonde leefomgeving. 

In uw advies pleit u voor landelijke kennisuitwisseling over de gezonde stad.

‘In het land zijn heel veel goede initiatieven. We pleiten ervoor om op basis van die initiatieven nog systematischer in beeld te brengen wat de exacte relatie is tussen de omgevingsfactoren en de gezonde stad. Door systematischer bij pilotprojecten nul- en effectmetingen te doen, ontstaat er nog meer kennis over de omgevingsfactoren die gezondheid bevorderen. Hoe beter dat inzicht is, hoe meer mensen ermee bezig zijn, hoe meer noodzaak er is om van die kennis gebruik te maken.’ 

Wat zijn voor u goede voorbeelden van initiatieven op het gebied van de gezonde stad?

‘Er zijn allerlei gemeenten die al goed bezig zijn met een gezonde leefomgeving. Een voorbeeld is Utrecht, die in zijn hele beleid uitgaat van ‘gezond stedelijk leven’. Alles wat ze doen toetsen ze aan die overkoepelende ambitie. We zien dat dat heel stimulerend werkt. Ook de drie steden die we in ontwerpsessies aan tafel hebben gehad, zetten maximaal in op het thema gezonde leefomgeving.’ 

Welke meekoppelkansen zijn er bij een transitie als de klimaatadaptatie?

'Dat betekent dat er gekeken wordt naar voldoende groen en onverharde gebieden voor regenopvang. Dat is tegelijk een aantrekkelijke omgeving die mensen uitnodigt om te bewegen. Door groen en het terugbrengen van water kan er een aantrekkelijke verblijfsomgeving ontstaan, waar mensen elkaar in een parkachtige setting kunnen ontmoeten, kunnen wandelen en sporten. En als je investeert, doe dat op een manier waardoor het groen uitnodigt en veilig is. Dat zijn in onze ogen meekoppelkansen.’ 

Een belangrijke aanbeveling aan het beleid is: doorbreek de fragmentatie in de overheidssturing. 

‘We zeggen: versterk het omgevingsbeleid en benut de instrumenten die het omgevingsbeleid biedt. Benut de instrumenten die voorhanden zijn, zoals het maken van een omgevingsvisie. In een participatieproces kunnen de partijen tot gedeelde ambities komen voor een gezonde leefomgeving. Dat kan allemaal binnen de Omgevingswet. Ook de andere instrumenten van de Omgevingswet bieden heel veel kansen. Dat zijn naast de omgevingsvisie bijvoorbeeld het omgevingsplan en de omgevingswaarden.’

‘Van belang is dat het Rijk in de Nationale Omgevingsvisie (Novi) doelen als een gezonde leefomgeving expliciet opneemt. Daar doen we aanbevelingen voor. Dat biedt dan de handvatten voor provincies en gemeenten om er ook mee aan de slag te gaan. Tegen hen zeggen we: betrek de belanghebbende partijen om tot gedeelde ambities te komen. Als de lokale situatie erom vraagt – in minder gezonde situaties – biedt de Omgevingswet instrumenten om lokaal strengere omgevingswaarden vast te stellen. Voor de lokale overheid zijn er daarbij veel kansen.'


Coverfoto: "Museumplein Amsterdam - EK 2016" (CC BY 2.0) by FaceMePLS

Dit artikel verscheen eerder op stadszaken.nl


Cover: ‘Museumplein Amsterdam’


Martin Zuithof

Door Martin Zuithof

Hoofdredacteur Stedelijk Interieur bij Stadszaken


Meest recent

Kantoren rondom tuin in Warschau, Polen door Grand Warszawski (bron: Shutterstock)

Hittestress en de Europese stad: maak meer gebruik van innovatie en co-creatie

In Europese steden wordt veel te weinig gedaan om hittestress te beperken. Dat concludeert adviesbureau Sweco. De onderzoekers bevelen aan de nadelige effecten van hitte in steden te verzachten door onder meer innovatie en co-creatie.

Onderzoek

15 juli 2024

Typische Nederlandse polder door Wut_Moppie (bron: shutterstock)

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied, deze bouwstenen helpen op weg

Gebiedsgericht werken in het landelijk gebied is kansrijk maar dan moet er wel aan verschillende randvoorwaarden worden voldaan. Marijn van Asseldonk van Het PON & Telos zet er zes op een rij.

Analyse

15 juli 2024

Eerste woning in Sidhadorp, Lelystad door Rob Bogaerts / Anefo (bron: Wikimedia Commons)

Van de groeikernen via Vinex naar de Novex, Michelle Provoost zoekt naar lessen

Vinex blijft de gemoederen bezig houden, nu ook in een historisch perspectief en een vergelijking met de groeikernen. INTI-directeur Michelle Provoost pleitte in de PBL-Academielezing voor meer continuïteit in beleid.

Verslag

12 juli 2024